Extra commissie ABZM 9 februari 2015 (20.00 uur)
- Datum:
- 09-02-2015
- Tijd:
- 20:00 - 22:00
- Zaal:
- Raadzaal
- Openbaarheid:
- Openbaar
- Voorzitter:
- J.W. Reterink
Aanwezig | Naam |
---|---|
Voorzitter | J.W. Reterink |
SGP | drs. E.G. Bosma, R. Jansen en A.J. Scheppink |
CDA | drs. I. Kahraman en F.J. Wessels |
ChristenUnie | J. Berkhoff en mr. W.L. Riezebos-Tessemaker |
Gemeentebelang | J. Beunk, W.J.M. Muller en P. Kroeze |
PvdA | |
VVD | F.W. Noordam, E.J.W. Deijk, A.J. Kevelam en H.A.M. Stegehuis |
Lokaal Liberaal | R.A. de Koe en E. Heuver-Harbers |
D66 | ir. H. Klein Velderman |
Griffier | |
Wethouders | A.C. Hofland, B. Beens, R.J. Cornelissen, B.D. Tijhof |
1. Opening
De voorzitter opent de vergadering en heet allen welkom, in het bijzonder de burgemeester van Wierden, dhr. Robben en de secretaris van de Regio Twente, mw. Vos, die aanwezig zijn namens de stuurgroep Heroriëntatie gemeentelijke samenwerking.
2. Inventarisatie spreekrecht
Er is geen gebruik gemaakt van het spreekrecht.
3. Vaststellen definitieve agenda
De agenda is ongewijzigd vastgesteld.
4. Bespreking concept-advies heroriëntatie gemeentelijke samenwerking
De heer ROBBEN geeft aan de hand van de presentatie een toelichting op het concept-advies heroriëntatie gemeentelijke samenwerking, waarin drie niveaus van samenwerking worden onderscheiden. Op het niveau van raden, colleges en ambtelijke organisaties.
Presentatie Samenwerken doen we zelf (pdf)
Vragenronde
Vanuit LOKAAL LIBERAAL wordt gevraagd of het werken met een cafetariamodel c.q. coalition of the willing het meest efficiënte model is en hoe een raad invloed kan uitoefenen als de grootste gemene deler van gemeenten een andere koers wil binnen de uitvoering.
De heer ROBBEN geeft aan dat het niet alleen om efficiëntie gaat, maar ook om menselijke maat en betrokkenheid. Het model is dus niet het meest efficiënte model, maar dat is een bewuste keuze omdat andere argumenten zwaarder wegen.
Het tweede punt gaat over de verantwoording van de portefeuillehouder richting raad bij de uitvoering van de bestuursopdrachten. Als een bestuursopdracht is vastgesteld door de raden, dan ligt vanaf dat moment het mandaat voor de uitvoering bij de regio. Er vindt dan nog wel terugkoppeling plaats, maar bijsturen kan dan alleen nog door de gezamenlijke raden. Het is dus belangrijk de kaders vooraf goed te stellen.
Vanuit het CDA wordt gevraagd naar de opties als een gemeente zich niet kan vinden in de gekozen structuur van samenwerking.
De heer ROBBEN geeft aan te willen voorkomen dat er één of twee gemeenten niet gaan meedoen. Uiteindelijk is het de bedoeling met veertien gemeenten er uit te komen. Daarom ligt er nu ook een concept-rapport waarin nog aanpassingen kunnen worden gedaan.
Onderaan de streep ligt de keuze om wel of niet mee te doen natuurlijk bij de veertien individuele gemeenten.
De VVD vraagt waarom wordt gekozen voor kaderstelling na de raadsverkiezingen. Op dat moment komt een kaderstelling wellicht nog niet goed uit de verf door gebrek aan kennis bij nieuw verkozen raadsleden. Een tweede vraagpunt is waarom de burgemeester van de grootste gemeente als voorzitter zou moeten optreden in de samenwerking.
De heer ROBBEN geeft aan dat het moment van kaderstelling wellicht ook op een ander moment zou kunnen, bijvoorbeeld halverwege de raadsperiode. Dit geluid heeft spreker in meerdere gemeenten gehoord, dit wordt nog een punt van overweging binnen de stuurgroep.
De keuze van de burgemeester van de grootste gemeente is gebaseerd op het feit dat deze burgemeester ook voorzitter is van de Veiligheidsregio en dat deze burgemeester qua externe oriëntatie het grootste netwerk en draagvlak heeft buiten Twente.
Vanuit de SGP wordt aangegeven dat het concept-rapport goed aansluit op de wens om lokaal te doen wat lokaal kan. Aandachtspunt is de governance van GGD en VRT. De doorzettingsmacht is er toch nog gewoon binnen de Wgr die blijft.
De heer ROBBEN zegt dat de stuurgroep aangeeft dat de Wgr beëindigd kan worden. Ten aanzien van de doorzettingsmacht, of beter: doorzettingskracht geeft spreker aan dat dit nader geregeld moet worden. Dit kan bijvoorbeeld door in alle gemeenteraden besluitvorming te laten plaatsvinden en vervolgens Twentebreed alle voor- en tegenstemmen bij elkaar op te tellen. Dan weet je hoe de gezamenlijke volksvertegenwoordigers van Twente er over denken.
Ten aanzien van GGD en VRT vinden er geen veranderingen plaats in governance.
D66 geeft aan dat er in feite twee organisatievormen ontstaan; een beleidsrijke en een beleidsarme samenwerking. D66 kan zich goed vinden in het model van het Twentebedrijf. Een beleidsarme samenwerking waar je voordelen bij kunt hebben. D66 is geen voorstander van een extra bestuurslaag tussen gemeenten en provincie. Een gezamenlijke besluitvorming door alle raadsleden in Twente zal snel ontaarden in een Poolse landdag. De democratische verantwoording is een belangrijk punt voor D66.
De heer ROBBEN is het met spreker eens dat er geen extra bestuurslaag moet zitten tussen gemeenten en provincie. Om een Poolse landdag te voorkomen is het handig om gebruik te maken van de besluitvorming binnen de 14 gemeenten en op basis daarvan de rekensom te maken of er Twentebreed meer voor- of tegenstanders zijn van een voorstel. Het Twenteberaad is bedoeld als voorbereiding van de Twentse agenda, niet als besluitvormend gremium. De democratische verantwoording is belangrijk, daarom wil de stuurgroep de democratische besluitvorming neerleggen waar deze thuishoort; bij de raadsleden.
Vanuit GEMEENTEBELANG wordt de vraag gesteld waar de vrijblijvendheid eindigt en de verplichting begint. Een tweede vraag is voor welke tijdsspanne deze constructie is gekozen.
De heer ROBBEN geeft aan te streven naar een model dat 5-10 jaar meekan, daarna zal de wereld waarschijnlijk weer flink zijn veranderd.
Als de raden zich committeren aan deze samenwerkingsvorm dan is dat de eerste stap. Daarna is het zo dat als een bestuursopdracht eenmaal is vastgesteld er geen vrijblijvendheid meer is bij de deelnemers.
Eerste termijn
De VVD vraagt de andere fracties wat het succes is geweest van deelname aan Regio Twente
De SGP geeft aan altijd kritisch te zijn geweest op de Regio, desalniettemin zijn de successen niet te onderschatten als je kijkt naar de bijdragen van de Regio op het gebied van mobiliteit.
Ook als we kijken naar branding van Twente, Onderwijs, Jeugdzorg en GGD zijn er goede resultaten geboekt. Nu de heroriëntatie aan de orde is als gevolg van het vervallen van de plustaken, kan de SGP zich vinden in de gekozen insteek. Natuurlijk moeten er nog zaken worden uitgezocht waar het gaat om juridisch overgangsrecht, stemverhoudingen en doorzettingsmacht, maar de insteek is goed.
De CHRISTENUNIE geeft aan dat er in het verleden een wettelijke taak lag bij de Regio die nu is komen te vervallen. Dit rapport komt een heel eind tegemoet aan de wens van de raad van Rijssen-Holten om zoveel mogelijk lokaal te doen.
LOKAAL LIBERAAL geeft aan dat het rapport ruimte geeft voor couleur locale. Die keuzevrijheid om wel of niet mee te doen is goed. Vraag is wel hoe we omgaan met andere samenwerkingsvormen, waarbij te denken valt aan WT4.
De VVD kan zich goed vinden in het Twentebedrijf. Maar doet de gemeente nu de deur dicht richting bijvoorbeeld Deventer? De VVD vindt het belangrijk hierover na te denken en niet automatisch alleen naar Twente te kijken. Blijft die ruimte er in de toekomst?
D66 geeft aan van mening te zijn dat de voorzitter van de samenwerking dient te worden gekozen door de deelnemers. Samenwerking in Twente is prima, maar de gemeente moet zich niet beperken tot alleen Twente. D66 wil meer debat in de raad over intergemeentelijke samenwerking.
Het CDA vindt het een goed rapport. Dit rapport zet de raden in hun kracht. Er is geen discussie dat sommige taken regionaal opgepakt moeten worden, het is zaak dat de raden die onderwerpen eens per 4 of 8 jaar vaststellen en er dan ook geld bij leggen. De uitvoering is vervolgens collegebevoegdheid, die uitvoering wordt lokaal natuurlijk wel kritisch gevolgd of de lokale invulling waar mogelijk ook wordt benut. Het CDA wil gemeenten niet verplichten in te stappen in het Twentebedrijf, het is zaak dat het Twentebedrijf de gemeente verleidt om vrijwillig in te stappen.
GEMEENTEBELANG geeft aan dat de verplichte samenwerking goed is ingericht en loopt. Dat schept een basis om ook vrijwillig op andere terreinen samen te werken. Twente vormt daarom een vanzelfsprekende omgeving voor samenwerking. Het voorstel met samenwerking op drie niveaus spreekt de fractie aan.
De BURGEMEESTER geeft aan dat het college de concept-notitie op hoofdlijnen onderschrijft. Het is wel goed te bedenken dat het primaat van samenwerking tot nu toe bij WT4 lag, daarna bij Twente en daarna overige gemeenten. Die verdeling staat nu wel ter discussie. Met deze notitie kies je nu direct voor Twente en kijk je daarbinnen welke samenwerkingscoalitie ontstaat. Daarna kijk je buiten Twente. De juridische constructie is belangrijk in de uitwerking en de vraag of we tot een gezamenlijke agenda kunnen komen.
Over de uitwerking zal nog wel verder doorgesproken worden, bijvoorbeeld waar het gaat om de doorzettingsmacht en de stemverhouding en hoe je als gemeente omgaat met een samenwerking die een andere kant uitgaat dan je aanvankelijk beoogde.
Het CDA geeft aan behoefte te hebben aan meerjarige programma’s waar je één keer over besluit om daar wel of niet aan mee te doen. Na het besluit om mee te doen inclusief de financiële verplichtingen die daaraan hangen, ligt het mandaat verder bij het college.
GEMEENTEBELANG gaat ervan uit dat gemeenten zich op hoofdlijnen vastleggen, maar dat gemeenten in de uitvoering op onderdelen kunnen in- en uitstappen. In de gezamenlijke pool kijk je met wie je zaken kunt doen.
De VVD geeft aan dat het rapport aansluit op de wensen van de raden. De lokale portefeuillehouder blijft verantwoordelijk voor de samenwerking. De VVD kan zich vinden in de notitie, maar blijft bij de stelling dat de voorzitter van de samenwerking gekozen moet worden.
D66 is geen voorstander van een ingewikkelde bestuurslaag, D66 ziet voordelen in een organische samenwerking tussen gemeenten ook in beleidsrijke dossiers en zou het een gemiste kans vinden als er niet meer buiten Twente wordt gekeken. Het is beter te zoeken naar partners die passen, ook buiten Twente, dan in een samenwerkingsverband te blijven omdat dat er nu eenmaal is, omdat het ooit van boven is opgedrongen. D66 is tegen het voorstel zoals het er nu ligt.
Ook al wordt het anders ingericht, toch blijft er ook in deze samenwerking een bestuurslaag nodig om allerlei vertegenwoordigingen te laten functioneren.
SGP, CDA en CHRISTENUNIE geven aan het standpunt van D66 niet goed te begrijpen, want samenwerking binnen Twente sluit samenwerking buiten Twente niet uit.
De BURGEMEESTER geeft aan dat het college de ogen niet sluit voor samenwerking buiten Twente, maar er is geen bestuurlijk Salland. Het primaat voor samenwerking ligt binnen Twente.
De VOORZITTER vat de behandeling samen door te concluderen dat de commissie zich in meerderheid kan vinden in dit concept. De punten die de commissie meegeeft aan de stuurgroep zijn:
- het juridisch overgangsrecht
- het democratisch gehalte / doorzettingskracht
- het afrekenmodel van het Twentebedrijf
- het moment van kaderstelling
De heer ROBBEN vult aan dat ook het punt van de voorzittersverkiezing is genoemd.
5. Voorbereiding Regioraad 11 februari 2015
De SGP, VVD en CHRISTENUNIE geven aan de ambtelijke opmerking rondom de reserves en voorzieningen te ondersteunen. Hier mag door de regioraadsvertegenwoordiger de vinger bij worden gelegd.
Daarnaast geeft de VVD aan dat er wordt gesproken over een bijdrage van € 1,15 per inwoner t.b.v. de netwerkstad. De VVD vraagt zich af of inwoners van Rijssen-Holten meebetalen aan de Netwerkstad.
De VOORZITTER concludeert dat de regioraadsvertegenwoordiger deze opmerkingen mee kan nemen naar de Regioraad.
6. Sluiting
De VOORZITTER sluit de vergadering om 21.30 uur.
Aldus vastgesteld in de vergadering van de Commissie ABZM van Rijssen-Holten op 9 maart 2015.