Verslag CommissieABZM 9 september 2013
Soort document:Verslag
Soort vergadering:CommissieABZM
Datum:9 september 2013
Week nummer:37
Tijdstip:20.30 uur
Locatie:raadzaal
Verslag commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken en Middelen
datum vergadering: | maandag 9 september 2013 |
tijdstip en plaats: | 20.30 uur in de raadzaal van het gemeentehuis in Rijssen |
aanwezig: | ![]() |
voorzitter: | J. Slootweg |
SGP | B. Beens, E.G. Bosma, R. Jansen |
CDA | I. Kahraman, H.J. Nijkamp (vanaf 21.52 uur), R.J. Cornelissen, F.J. Wessels (tot 21.52 uur) |
CU | B.D. Tijhof, J. Berkhoff, N.J. Otten |
PvdA | R.M.C. de la Haye, H.G.D. Siegerink, T. ter Keurst |
GB | A.J. Aanstoot, A. Nijkamp, A. Hofhuis |
VVD | A.J. Kevelam, F.W. Noordam, H.A.M. Stegehuis |
Lokaal Liberaal | R.A. de Koe, mw. E. Heuver-Harbers, P.C. Sjabbens (tot 21.25 uur) |
griffier: | H.A.J. van de Vliert |
notuliste: | mw. G.B. Aanstoot-Stam |
namens het college: | A.C. Hofland, J. Ligtenberg, J.A. Stegeman |
ambtelijke ondersteuning: | mw. V.J. Hakenberg |
pers: | 1 |
publiek: | 10 |
1. Opening
De VOORZITTER opent de vergadering en heet de aanwezigen van harte welkom.
2. Inventarisatie spreekrecht
De VOORZITTER deelt mee dat de heer J. van Lindenberg van Bungalowpark De Lindenberg in Holten zich heeft gemeld om in te spreken op agendapunt 12.
3. Vaststellen definitieve agenda
De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.
4. Verslag van de vergadering van 10 en 13 juni 2013
Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.
5. Verslag van de vergadering van 17 juni 2013
Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.
6. Verslag van de vergadering van 1 juli 2013
Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.
7. Actiepuntenlijst
De punten 1, 3 en 5 zijn afgehandeld en worden afgevoerd van de actiepuntenlijst.
2. Commissie informeren over de bebording van de blauwe zone Dorpsstraat Holten
De heer KEVELAM vraagt of er bij blauwe belijning op privé-terreinen zoals op het terrein van C1000 in Holten gehandhaafd kan worden.
Wethouder LIGTENBERG zegt dat hij de vraag via een NB zal beantwoorden.
NB.: de reactie van het college is op 24 september 2013 gemaild aan de raadsleden en wordt als bijlage 1 toegevoegd aan het verslag.
Bijlage 1, reactie van het college op de vraag over blauwe belijning
8. Mededelingen vanuit samenwerkingsverbanden en over strategische projecten
Er zijn geen mededelingen.
9. Raadsvoorstel vaststellen nota drugsgebruik jongeren (Jan Ligtenberg)
De heer WESSELS zegt dat er in Rijssen-Holten helaas een toename is te zien van het aantal mensen dat drugs gebruikt. Spreker vraagt hoe de intensivering van de aanpak ingevuld wordt, wat de kosten daarvan zijn en of dit matcht met de ambitie. Er is een ambitie genoemd van 25%. Spreker vraagt of het gaat om 25% minder drugsgebruikers of om gebruikers die 25% minder gebruiken.
De heer TIJHOF zegt dat er onderzoek is gedaan bij scholen en in de openbare ruimte. Hij vraagt of er ook onderzoek is gedaan in of bij lokale horecagelegenheden en of het dan hetzelfde beeld oplevert.
Bij punt 5, draagvlak, wordt een duidelijke rol gevraagd voor ouders, schoolbestuurders en horeca-exploitanten. De ChristenUnie is blij dat de ouders hier genoemd zijn en dat de verantwoordelijkheid gelegd wordt waar deze thuishoort. Spreker vraagt of het college het idee heeft dat ouders, schoolbestuurders en horeca-exploitanten willen meewerken aan de uitvoering van het plan.
Het drugsgebruik in de gemeente groeit. De doelstelling is 25% reductie te realiseren. Spreker vraagt waarop de 25% reductie is gebaseerd en waarom hier geen 50% of 100% wordt genoemd. Wat is de consequentie om te kiezen voor enig percentage?
In het stuk staat dat heimelijk drugsgebruik voorkomen moet worden en dat er meer transparantie moet komen. Hoe denkt het college dat uit te voeren?
De heer BEENS zegt dat de SGP zich aansluit bij de vragen van de heer Tijhof.
De werkzaamheden van Bureau Halt op het gebied van preventie zijn wegbezuinigd. Hoe verhoudt zich dat met hetgeen nu voorligt? Bij de conclusie staat: “Ten aanzien van de bestaande handelingen en activiteiten van professionals tegen het drugsgebruik onder jongeren, hebben professionals behoefte aan heldere beleidskaders, effectievere preventieve en repressieve activiteiten“ Met name de preventieve activiteiten hadden heel goed ondergebracht kunnen worden bij Bureau Halt.
De heer SJABBENS zegt dat er volgens de nota ruim 100 jongeren drugs gebruiken, deels feitelijk en deels vermoedelijk. Volgens Lokaal Liberaal is dat het topje van de ijsberg.
Onder het hoofdstuk Politie staat dat er een actie is gehouden in 2012 aan de Enterstraat, waarbij een aantal personen is aangehouden voor de handel in of de afname van wiet. Verder staat hier dat uit gesprekken met de jeugd blijkt dat het merendeel van de jeugd drugs gebruikt of dat wel eens heeft gedaan. Spreker zegt dat dit behoort bij zijn eerste opmerking.
Lokaal Liberaal verzoekt op de hoogte gehouden te worden van de te houden expertmeetings om een beter beeld te krijgen omtrent drugsgebruik.
De heer HOFHUIS sluit zich aan bij de woorden van de heer Beens.
De heer NOORDAM vraagt wat er bekend is over drugsgebruik bij volwassenen in de gemeente.
De heer DE LA HAYE gaat in op de volgende punten:
- Uit bladzijde 3, punt 3 blijkt dat het voortgezet onderwijs drugsgebruik niet direct als een probleem ziet. Op bladzijde 13 staat: ”Gelet op het onderzoek valt op dat het drugsgebruik op scholen niet herkenbaar is”. Spreker vraagt zich af of drugsgebruik op scholen niet voorkomt of weten scholen niet waarop zij moeten letten en moeten meten. Er is hier een discrepantie ontstaan, want uit de cijfers naar aanleiding van de gehouden enquête blijkt drugsgebruik wel voor te komen. Hoe denkt het college daarin helderheid te krijgen en hoe wordt het voortgezet onderwijs hierbij betrokken?
- Op bladzijde 9 staat dat de gedachte leeft onder professionals dat ouders tegenwoordig vaker oogluikend drugsgebruik toestaan dan in het verleden. Op bladzijde 13 wordt gezegd dat de rol van de ouders als cruciaal wordt beschouwd bij de aanpak van drugsgebruik onder jongeren. Wat wordt er gedaan aan herkenning van drugsgebruik en het betrekken van ouders daarbij? Als aanbeveling staat in het stuk de intensivering van voorlichting en bijeenkomsten. Dat is echter veelal gericht op experts en hulpverleners.
Tegelijkertijd vraagt spreker het alcoholprobleem hierbij te betrekken. Erkend wordt dat dit probleem niet in deze nota is meegenomen.
Wethouder LIGTENBERG zegt dat de aanleiding voor het opstellen van de nota het jaarlijkse contact met de politie is geweest en de vraag vanuit de raad in verband met eigen waarnemingen. Het college heeft diverse partijen benaderd die hierover een mening konden geven. Het getal van ruim 100 jongeren is nu naar voren gekomen. Onder de conclusie, de aanbevelingen en de speerpunten staat dat er aanleiding is om tot een intensiveringsslag te komen. Over de vraag hoe dat exact handen en voeten gegeven wordt, moet met de partners nog gesproken worden.
In de Wmo-middelen zit een onderdeel preventie op het gebied van verslavingszorg. Als het gaat om een nadere intensiveringsslag, dan zal dit terug moeten komen bij de behandeling van de kadernota.
In het aantal drugsgebruikers ontstaat de komende jaren wellicht fluctuaties. Dat heeft vooral te maken met het te voeren beleid, waarbij de gemeente de regie neemt. Voor het verminderen van het aantal drugsgebruikers is als doelstelling voor 2015 een bepaald percentage gekozen. Daarbij hoort een uitvoeringsprogramma, waarover nog nader gesproken moet worden met de raad.
Kennelijk hebben de scholen momenteel geen probleem op dit gebied. Het is echter een momentopname geweest en men moet alert zijn op ontwikkelingen en op informatie van partners.
Opgemerkt is dat de tolerantie onder ouders zou zijn toegenomen. Spreker wijst ook op wat in het stuk staat over de problematiek waarvan sprake kan zijn. Wat dat betreft moet er van gemeentelijke zijde interventie kunnen plaatsvinden vanuit haar beleid en verantwoordelijkheid. Daarbij gaat het om preventief handelen in combinatie met repressie.
Over Bureau Halt is in juni jongstleden een bepaald voorstel gedaan. Dat neemt niet weg dat Bureau Halt toch weer in beeld kan komen.
Spreker vindt het belangrijk de bevindingen te delen met de raad en te laten zien welke inspanningen er over tafel komen en hoe partners daarop reageren. De raad wordt frequent geïnformeerd, ook omdat er veel energie in gestopt wordt en gezien het belang van het aspect gezondheid.
De vraag over drugsgebruik onder volwassenen kan spreker niet beantwoorden op dit moment.
De rol van de ouders is cruciaal. Het gaat om de manier waarop over het drugsprobleem, de gevolgen ervan en overstappen van softdrugs naar harddrugs wordt gesproken.
Er werd een link gelegd naar alcoholgebruik. Daarover komt nog een aparte nota. Toont deze nota aan dat zich hier problemen voordoen, dan vindt het college dat geprobeerd moet worden daarop maatregelen te nemen, preventief en repressief.
Burgemeester HOFLAND zegt, nu de raad het drugsgebruik onder jongeren als speerpunt heeft aangegeven, dat de politie van mening is dat de gemeente dit serieus moet nemen. Om die reden is er energie in gestoken, waarbij is gezegd dat het in eerste instantie een punt van volksgezondheid is. Zodra drugsgebruik overlast en criminele activiteiten oplevert, komt openbare orde en veiligheid in beeld. Het is goed dat er nu transparantie is en dat duidelijk is, met alle ‘mitsen en maren’, wat er speelt.
Drugsgebruik onder ouderen komt wel voor, maar met zeer beperkte overlast. Dat duidt erop dat het met name gaat om zogenaamde thuisgebruikers. Als zich echter drugsdealen ontwikkelt en de politie krijgt daar lucht van, dan wordt daar uiteraard opgetreden.
De heer HOFHUIS zegt dat de wethouder opmerkte dat er op de scholen geen problemen zijn geconstateerd. Op pagina 3 staat echter dat er vooraf een bewuste keuze is gemaakt om de scholen buiten beschouwing te laten.
Wethouder LIGTENBERG zegt dat er op de scholen geen bijzonderheden zijn geconstateerd.
De heer NOORDAM wijst op de controle die vorig jaar bij De Waerdenborch is uitgevoerd, die het tegendeel leek te bewijzen.
De heer TIJHOF zegt dat er een extra risico is als het gaat om de combinatie van alcohol en drugs. Het is de moeite waard daarop extra te controleren in de horeca, ook om te kijken of dit rapport daardoor zou veranderen.
Voor de ChristenUnie moet het uitgangspunt zijn dat drugs niet thuishoren in Rijssen-Holten. De gemeente moet dat uitstralen met alle middelen die zij heeft. Om draagvlak te verkrijgen onder ouders en om te wijzen op risico’s van drugsgebruik, moeten er middelen worden ingezet om ouders op wijkavonden voor te lichten. De ChristenUnie vindt dat daarop actie moet plaatsvinden. Als het rapport daarin ondersteunend is en als het een opstap is om het beleid verder vorm te geven, dan ondersteunt de ChristenUnie het college.
De heer NOORDAM zegt dat er dan ook meer bekend moet zijn over drugsgebruik onder ouderen. Nu heeft het referentiepunt alleen betrekking op de jeugd.
De heer TIJHOF zegt dat uit de beantwoording door het college blijkt dat drugsgebruik onder ouderen beperkt blijft tot een aantal zogenaamde thuisgebruikers.
De heer DE LA HAYE zegt dat de groep boven 23 jaar groter is dan “een aantal”.
De heer TIJHOF zegt dat het uitgangspunt voor de ChristenUnie duidelijk is: Drugs horen hier niet thuis. Dat geldt voor jongeren en ouderen. De gemeente kan aan de slag met voorliggend voorstel.
De heer WESSELS zegt dat het goed is de focus bij een bepaalde groep te leggen. Het is goed bij de jeugd te beginnen en daarvoor de aanpak op een goede manier in te vullen.
De beantwoording van de wethouder, het hoe en het wat, ook als het gaat om de kosten, vindt spreker niet duidelijk. Wanneer kan de raad van het college wat meer verwachten?
De heer BEENS ondersteunt de woorden van de heer Tijhof en sluit zich aan bij zijn oproep.
In de beantwoording van de wethouder over de preventie is gezegd dat mogelijk Bureau Halt weer ingeschakeld kan worden. Spreker gaat ervan uit dat de raad dat terugziet bij de begroting voor 2014.
De heer TER KEURST zegt dat de politie de ogen lijkt te sluiten voor zaken als wapenhandel, mensenhandel en dergelijke, die ook in deze gemeente plaatsvinden. Spreker vraagt of daar überhaupt nog naar wordt gekeken of dat het blijft bij wat nu in het rapport staat.
De heer NOORDAM zegt dat het onderwerp drugsgebruik onder jongeren er in het rapport is uitgelicht. Er zijn echter meerdere vormen van verslaving, die ook onder de jeugd plaatsvinden. Spreker vraagt of ook daarnaar wordt gekeken in de toekomst.
De heer WESSELS vraagt of de heer Noordam de prioriteit steunt, die vorig jaar door de raad is aangenomen om drugsgebruik aan te pakken.
De heer NOORDAM zegt dat een meting zodanig uitgevoerd moet worden, dat er daadwerkelijk iets mee gedaan kán worden. Er is nu alleen naar de jeugd gekeken, terwijl over de ouders niets bekend is. Gekeken moet worden of drugsgebruik onder de ouders in relatie staat tot wat er met de jeugd gaande is. Op wijkavonden moet dat aan de orde gesteld worden.
Wethouder LIGTENBERG zegt dat hij de woorden van de heer Tijhof kan volgen als het gaat om problemen die zich kunnen voordoen in de combinatie van alcohol en drugs in horecagelegenheden. In het verleden zijn daarover in het horecaconvenant bepaalde afspraken gemaakt. Samen met de voorliggende nota is het een extra aandachtspunt.
De onduidelijkheid die het CDA nogal makkelijk uitsprak over het hoe en het wat vindt spreker enigszins badinerend. Het college heeft geprobeerd een en ander in de nota uit de doeken te doen en daarbij aangegeven dat dit niet het einde is, maar nog slechts een fundament. Daarmee wil het college aan de slag. Er is een inkijkje gegeven in de kosten. Dat kan op dit moment echter nog niet exact geduid worden. Dat komt naar voren in het uitvoeringsprogramma en in de intensiveringsslag.
De heer WESSELS zegt dat het zeker niet zijn bedoeling is daarover badinerend te doen. Het gaat om een serieuze zaak. Zijn opmerking was geenszins bedoeld om het stuk in twijfel te trekken.
Wethouder LIGTENBERG zegt dat iedereen kennis heeft kunnen nemen van de stukken, ook van de beantwoording door het college op de door commissie gestelde vragen.
De heer DE LA HAYE zegt dat het aantal van 100 jongeren niet kan worden vergeleken met naburige soortgelijke gemeenten en met gemeenten als Deventer en Almelo. Er zijn vanavond uitspraken gedaan over een drugsvrije gemeente. Spreker merkt op dat de jeugd voor drugs kan uitwijken naar Deventer en Almelo. Als de jeugd echter in de eigen gemeente blijft, is daar beter zicht op.
De heer BEENS zegt dat het niet gaat om aantallen drugsgebruikers in andere gemeenten. Het gaat nu om de verantwoordelijkheid van Rijssen-Holten. Spreker zegt nogmaals zich volledig aan te sluiten bij de woorden van de heer Tijhof.
De heer KEVELAM zegt dat een reductie van 100% waarover de heer Tijhof sprak, een onrealistische en niet-haalbare gedachte is, omdat softdrugsgebruik in zekere mate legaal is. Spreker vraagt wat de reactie van het college hierop is.
De heer TIJHOF beluistert in de woorden van de heer De la Haye dat hij drugsgebruik eigenlijk wil faciliteren in de gemeente door de jeugd niet te laten uitwijken naar Deventer of Almelo.
De heer DE LA HAYE merkt op dat hij dat niet heeft.
Wethouder LIGTENBERG zegt dat er allerlei vormen van verslaving zijn. Er moeten echter prioriteiten gesteld worden. In het verleden is al vaak de alcoholproblematiek aan de orde geweest. Wat nu voorligt komt voort vanuit een wens van de raad.
Wat betreft de reductie van drugsgebruik vindt spreker dat men realistisch moet zijn. Het is een weerbarstige materie en een kwestie van ‘de aanhouder wint’. In de preventiesfeer zal al het nodige gedaan worden, vooral de rol van de ouders zal benadrukt worden. De wijkavonden zijn daarvoor goede momenten. Als gevraagd wordt om een reductie van 100% dan moet daarvoor enorm veel gebeuren en moet er bij de politieke partijen bereidheid zijn extra middelen beschikbaar te stellen.
De heer Kevelam sprak over softdrugs die in een bepaalde mate legaal zijn. Men heeft wat dat betreft kennis kunnen nemen van de manier waarop de politie acteert en van gedetailleerde informatie hierover.
De heer NOORDAM zegt dat de VVD kan leven met het voorliggend stuk, maar dat zij de ambitie van 25% niet realistisch vindt.
De heer DE LA HAYE zegt dat de PvdA op hoofdlijnen instemt met de nota. Kijkend naar de speerpunten, dan wil de PvdA intensivering in de aanpak van drugsdealers en de locaties waar drugs worden gedeald. De PvdA is niet voor een softe aanpak van voorlichtingsbijeenkomsten. De PvdA wil het stuk terugzien als bespreekstuk in de raad.
De heer HOFHUIS zegt dat Gemeentebelang kan leven met het stuk, maar het betreurt dat de scholen niet zijn betrokken bij het onderzoek.
De voorzitter concludeert dat de commissie adviseert het raadsvoorstel vaststellen nota drugsgebruik jongeren als bespreekstuk te behandelen in de raad.
10. Cameratoezicht (opiniërend; Arco Hofland)
De heer DE KOE zegt dat het goed is dat er nu schot in de zaak komt voor wat betreft cameratoezicht na het beschikbaar stellen van budget bij de kaderstelling. Lokaal Liberaal is blij dat de samenwerking met de werkgeversorganisaties goed verloopt.
Lokaal Liberaal ziet dit als een opstartproject met wellicht later een uitbreiding. Spreker vraagt waarom is gekozen voor een voorfinanciering van € 18.000, terwijl het al bijna 2014 is en de financiering door een andere partij opgelost kan worden.
De heer KAHRAMAN vraagt zich eveneens af waarom niet gewacht kan worden tot 2014. Spreker vraagt of er momenteel iets aan de hand is op de bedrijventerreinen wat zo urgent is dat cameratoezicht ingezet moet worden.
Uit eerdere ervaringen met toezeggingen van ondernemers, bleek achteraf dat de gemeente voor de kosten moest opdraaien. Spreker vraagt daarom of er afspraken zijn gemaakt, mocht het ondernemersfonds geen doorgang vinden, over wie de € 18.000 op zijn bord krijgt.
In de conclusie van het rapport staat dat er op dit moment geen probleem is met de openbaar orde en veiligheid en dat cameratoezicht in feite overbodig is, met uitzondering op de locatie Maximatunnel. Wat is de mening van het college hierover? Er kunnen namelijk camera’s worden gehuurd van het korps, die op moment dat het nodig is ingezet worden.
De heer BOSMA zegt dat de SGP de inhoud van het stuk een goed begin vindt. De Maximatunnel is een knelpunt en wellicht kan nog een keer goed bekeken worden of daar cameratoezicht toegepast moet worden.
Ook de SGP vraagt zich af waarom er zoveel haast gemaakt wordt. Zij staat wel positief tegenover het initiatief van de werkgevers, dat een goed voorbeeld is van hoe de samenleving, in dit geval de werkgevers, en de overheid elkaar vinden om samen een collectief goed als veiligheid te waarborgen. De SGP juicht dat toe en vindt dat het college vooral verder moet gaan op de ingeslagen weg.
De heer NOORDAM zegt dat uit de brief van HIG en KWR blijkt dat financiering ook mogelijk is door een in te stellen fonds via een OZB-verhoging voor een bepaald gebied.
Spreker sluit zich aan bij de woorden van de heer Kahraman over eerdere ervaringen. De ondernemers hebben hun voorstel enthousiast geschreven, maar er komt een moment dat er afgerekend moet worden. Dat is een zorgpunt.
De VVD stelt voor geduld te hebben tot 2014. € 18.000 is in deze tijd veel geld.
De heer TIJHOF zegt dat de ChristenUnie het voorliggende stuk een positief plan vindt en dat zij in basis voor cameratoezicht is. Hopelijk komt het college met een afdoend antwoord op de zojuist gestelde vragen. De opinie van de ChristenUnie luidt: volgas doorgaan.
De heer DE LA HAYE zegt dat er volgens sub a op pagina 2 van het voorstel geen directe noodzaak c.q. aanleiding is voor cameratoezicht in de gemeente. Uitzonderingen zijn de Maximatunnel en de stationsomgeving. Spreker vraagt zich af of het geregeld is dat er opnames gemaakt mogen worden in de openbare ruimte of dat het alleen geldt voor het dek van de tunnel.
Voor het instellen van een ondernemersfonds moet het college eerst de regels vaststellen, omdat ook de HHV en de Habi bij de gemeente kunnen aankloppen.
De heer AANSTOOT zegt dat Gemeentebelang zich aansluit bij de vragen over de voorfinanciering. Spreker vraagt het college of er al verplichtingen zijn aangegaan en of het geld deels al is uitgegeven.
Er is een vraag van de ondernemers om een keurmerk te krijgen. De gemeente moet daarin participeren. Volgens spreker moet er voor gewaakt worden dat de gemeente te veel verantwoordelijkheid naar zich toe haalt, terwijl momenteel zoveel mogelijk gedereguleerd wordt.
Spreker vraagt of er camera’s zijn opgehangen op de twee locaties waar problemen zijn en waaruit dat gefinancierd is.
Bij cameratoezicht moet het uitlezen van opnames gebeuren door de politie. Er moet dan wel voldoende capaciteit zijn voor opvolging. Is daarover gesproken in de driehoek?
Burgemeester HOFLAND zegt dat het vreemd is dat hij bij de kadernota werd aangespoord om haast te maken met cameratoezicht, terwijl er nu opmerkingen zijn gemaakt over uitstel. Het is de inschatting van het college dat voor een deel de openbare orde en veiligheid gediend is met cameratoezicht. Dat kent enerzijds de begrenzing van de Politiewet: als er direct sprake is van opsporing en dergelijke, kan er door de politie in samenspraak met het Openbaar Ministerie een camera opgehangen worden. Een voorbeeld is de camera die een tijd in de Maximatunnel heeft gehangen. De andere begrenzing betreft de Gemeentewet. Van daaruit is permanent cameratoezicht mogelijk, waarbij allerlei juridische stappen horen. Dit is een bevoegdheid van de raad, vaak gedelegeerd aan de burgemeester. Voor zo’n proces is geld nodig en er is onderzoek nodig. Zo’n onderzoek heeft in de voorliggende situatie plaatsgevonden. De conclusie van het rapport is dat het geëigend is rondom de Maximatunnel en het station camera’s op te hangen.
Het kan gebeuren dat er incidenten zijn, zoals het jaarlijks ingooien van ruiten van een school tijdens Oud en Nieuw. Dan kan besloten worden een camera op te hangen voor Kerst en deze weer weg te halen in januari. Minister Opstelten is bezig ook dat soort zaken te regelen, waarbij de burgemeester de bevoegdheid krijgt om snel te kunnen acteren.
Het voorliggende rapport geeft het handvat om permanent cameratoezicht in de Maximatunnel mogelijk te maken. Als daartegen geprocedeerd wordt, dan kan vanuit het rapport bij een rechter aannemelijk worden gemaakt dat er met recht en rede camera’s zijn opgehangen.
Het bedrijfsleven denkt op dit moment na over cameratoezicht op bedrijventerreinen, geënt op ervaringen in Deventer. Degene die dat in Deventer heeft geplaatst, is ook de adviseur van het bedrijfsleven in Rijssen.
Een van de eerste stappen om tot cameratoezicht te komen, is dat het verkrijgen van het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) op het industrieterrein. Dat kost ongeveer € 18.000 euro. Het college zegt, juist om straks ook zelf met cameratoezicht te gaan beginnen, te willen bekijken of dat niet tezamen gebracht kan worden in één ruimte voor het uitlezen. Het college wil in die zin haast maken en die stap voorwaarts zetten. Daarbij hoort het begrip ondernemersfonds. Het ondernemersfonds is eigenlijk een juridische toepassing, waarbij ondernemers zelf vragen om de OZB in een bepaald gebied te verhogen. Het is de intentie via het ondernemersfonds, deels of geheel, de exploitatie van het cameratoezicht, maar ook de afbetaling van de € 18.000, daaruit te organiseren. Het college stemt in principe in met het ondernemersfonds. Het is een belangrijke stap voorwaarts om straks de ondernemers in staat te stellen het cameratoezicht te organiseren. De € 18.000 kan via de OZB teruggehaald worden bij de ondernemers.
Dezelfde intentie is er vanuit het college voor de Habi en HHV, waarbij het vooral gaat om het geven van een impuls aan promotie en marketing van de binnensteden en van de winkeliers. Dat kan gebeuren op verzoek van de middenstandsverenigingen.
De gemeente neemt een bescheiden risico. Als de raad te elfder ure toch uitspreekt niet in te stemmen met het ondernemersfonds, dan klopt het dat de € 18.000 die is voorgeschoten, heel lastig terug te halen is. Het is echter de intentie het zo te organiseren dat dat geld terugvloeit.
Tweede termijn
De heer BOSMA zegt dat de SGP in dit geval geen angst heeft dat de gemeentelijke overheid te veel zaken naar zich toehaalt. Het is juist een heel goed initiatief, omdat de ondernemers de verantwoordelijkheid nemen voor zichzelf en voor het hele bedrijventerrein en omdat het een goede uitstraling is naar de samenleving. Als de gemeente dat slechts hoeft te faciliteren, is het een heel mooi voorbeeld van hoe dingen georganiseerd kunnen worden zonder dat de overheid zelf alles regelt en doet. De SGP is dus blij met wat er voorligt.
De heer AANSTOOT zegt dat hij wil waken voor het te veel toetrekken van verantwoordelijkheid naar de gemeente; dat kan verkeerd uitpakken. Om nu de ondernemers te faciliteren om het keurmerk te krijgen, is prima. De burgemeester heeft gezegd het geld terug te vorderen via een extra verhoging van de OZB. Spreker merkt op dat daarin het risico zit dat niet alle ondernemers willen meedoen.
De heer KAHRAMAN zegt dat de ondernemersvereniging de € 18.000 niet wil voorfinancieren en wacht tot het ondernemersfonds er is om van daaruit de eerste stappen te kunnen financieren. Spreker staat er heel positief tegenover dat de ondernemers deze stappen willen nemen, al wordt de gemeente als overheid gebruikt om het allemaal te regelen via een verhoging van de OZB.
Er is een slechte ervaring uit het verleden met een dergelijke constructie. Daar moet lering uit getrokken worden. Het CDA benadrukt dat er duidelijke afspraken moeten worden gemaakt met de ondernemers. Er moeten geen juridische haken en ogen zitten aan deze constructie. Spreker vraagt of de portefeuillehouder kritisch heeft gekeken naar de jurisprudentie en of het een waterdicht plan is.
Naast de discussie over het ondernemersfonds, loopt de discussie over de openbare ruimte, waaronder de Maximatunnel. Het CDA vindt dat daarmee gewoon doorgegaan kan worden.
De heer TIJHOF zegt dat de ChristenUnie positief is over het stuk. HIG en KWR vragen in hun brief om de bereidheid op korte termijn aan de gemeenteraad een voorstel te doen tot de instelling van een ondernemersfonds. Dat voorstel is er. Negatieve geluiden zijn er niet te horen vanuit de commissie.
Voorts wordt gevraagd de bereidheid uit te spreken het krediet voor te financieren voor het verkrijgen van het KVO.
De heer NOORDAM merkt op dat met deze tweede vraag wordt bedoeld: ben u bereid tot? Er wordt nog nergens om gevraagd.
De heer TIJHOF zegt dat het gaat om een vóórfinanciering van € 18.000. Daar is spreker voorstander van. De ondernemersverenigingen geven aan dat zij dat bedrag terugbetalen. Spreker heeft er vertrouwen in dat de ondernemers dat waarmaken.
De heer DE KOE zegt dat Lokaal Liberaal positief is ten opzichte van cameratoezicht, zowel in de Maximatunnel als op het industrieterrein. Spreker is van mening dat de ondernemersverenigingen zich zullen houden aan de gemaakte afspraken.
De heer AANSTOOT zegt dat het belangrijk is om de voorwaarden te creëren waarmee de ondernemers aan de slag kunnen om het keurmerk te verkrijgen. Gemeentebelang heeft geen moeite met de financiering op dit moment. Spreker herhaalt dat gewaakt moet worden voor te veel verantwoordelijkheid die naar de gemeente wordt gehaald. Er moet voor gezorgd worden dat de regels voor het ondernemersfonds hard zijn.
De heer DE LA HAYE zegt dat de PvdA instemt met het voorstel. Wat betreft de voorfinanciering vraagt spreker hoe hard de woorden van de KWR en de HIG zijn, en ook van de Habi en de HHV.
De heer NOORDAM zegt dat er problemen kunnen ontstaan als niet de gehele achterban van de HIG en de KWR achter het voorstel staat. In de brief staat alleen “bent u bereid?”. De VVD wil wel de garantie dat de € 18.000 gedekt is. De VVD is niet gelukkig met een extra verhoging van de OZB. Primair is parkmanagement voor dit zaken bedoeld. De VVD is gelukkig met de plannen, maar niet met de wijze waarop.
Burgemeester HOFLAND zegt dat het mooi zou zijn als dit via parkmanagement geregeld zou kunnen worden. Dat kan helaas niet afgedwongen worden. Het voorliggende initiatief komt bij de ondernemersverenigingen vandaan. In formele zin is de gemeenteraad verantwoordelijk voor de vaststelling van de OZB-tarieven. Bij de uitwerking kan blijken dat er een paar ondernemers zijn die niet achter deze uitvoering staan. In de contacten met de ondernemersverenigingen, zowel in Holten als in Rijssen, blijkt dat men echt de intentie heeft om daartoe over te gaan. Men zoekt naar dekkingsmiddelen en in die zin faciliteert de gemeente. Het zou heel bijzonder zijn als de raad na twee jaar zou zeggen: wij kappen ermee, wij zien het niet meer zitten. Dat is volgens spreker niet de setting van hoe men met elkaar omgaat.
Er is ervaring opgedaan met een dergelijke constructie en juridisch is daarnaar gekeken. Het klopt dat er een risico is van € 18.000. Dat vindt spreker een theoretisch risico dat te overzien is. Het risico is vele malen groter als iemand wil procederen en de Hoge Raad zegt dat deze vorm van belasting-heffing niet door de beugel kan. Spreker zegt toe er met de experts nogmaals naar te kijken. In andere gemeenten functioneert deze constructie al.
De KWR en de HIG zouden graag volgende week al het KVO-traject starten. Als de commissie vanavond instemt, komt de OZB-verhoging dit najaar in de raad.
Spreker zegt toe in overleg te gaan met de ondernemers om te kijken of het risico weggenomen kan worden. Hij meent dat de meerderheid van de commissie zegt dat het ondernemersfonds een goed idee is. Bekeken kan worden of de feitelijke rekening kan blijven liggen tot januari, zodat deze op dat moment gewoon van het ondernemersfonds afgeboekt worden.
De VOORZITTER sluit de discussie.
11. Raadsvoorstel stimulering verbetering uitstraling van private panden Rijssen-Holten in het kader van het deltaplan (Arco Hofland/Ab Stegeman)
(De heer Tijhof neemt niet deel aan de discussie).
De heer CORNELISSEN vraagt waarom expliciet is gekozen voor de gebieden zoals aangegeven op de kaart bij de verordening en waarom er niet gemeentebreed is gekeken.
De heer HOFHUIS citeert punt 10, financiën: “Voorgesteld wordt om het resterende budget vanuit de in te trekken Verordening voor de verbetering van de uitstraling van de private panden op de Industrieterreinen Noordermors en De Haar over te hevelen naar deze nieuw in te stellen Verordening”. Spreker vraagt hoe groot het resterende budget is.
Wethouder STEGEMAN wijst op de stimuleringsmaatregelen uit het verleden, waarbij deelgebieden werden gehanteerd. Analoog daaraan is nu gekozen voor de kern Rijssen, de kern Holten en de bedrijventerreinen, zoals in de bestemmingsplannen zijn aangegeven. Er is niet voor gekozen de stimuleringsregeling voor de gehele gemeente te laten gelden.
De heer CORNELISSEN geeft aan dat er bedrijventerreinen worden benoemd die recent zijn gerealiseerd. Mocht het college bang zijn voor te veel animo, dan zouden wat spreker betreft drie terreinen van de kaart afgehaald kunnen worden.
Wethouder STEGEMAN zegt dat hij ervan uitgaat dat de nieuwe bedrijventerreinen of panden die net gerenoveerd zijn op oude bedrijventerreinen niet in aanmerking komen. Daar zal de verbetering nauwelijks zichtbaar zijn. Het gaat om verbetering van de beeldkwaliteit van de fronten.
De heer CORNELISSEN zegt dat ook bedrijven op de bedrijventerreinen waar op dit moment al verbeteringen zijn gerealiseerd, volgens de kaart en de verordening gebruik kunnen maken van de regeling. Hierover is expliciet gesproken bij het opstellen van het Deltaplan, waarbij is gezegd dat het breder getrokken mocht worden. Daarbij is ook agrarische bebouwing aan de orde gekomen. In dit geval zou gezegd kunnen worden dat het gaat om een kwaliteitsverbetering en een economische impuls. Het is niet relevant of een bedrijf net binnen of net buiten een bepaald gebied ligt. De gemeente zou juist maximaal moeten stimuleren er gebruik van te maken.
Wethouder STEGEMAN zegt dat er gekozen is voor de gebieden rondom de kernen, teneinde zaken planologisch bij elkaar te houden en de uitstraling te optimaliseren. De raad kan zelf de keuze maken voor een gemeentebrede aanpak.
De heer BERKHOFF vraagt hoeveel er gebruikgemaakt is van de regeling en wat het resterende budget is.
Mevrouw HAKENBERG zegt dat er nog circa € 40.000 over is.
Burgemeester HOFLAND zegt dat in het Deltaplan is gekozen voor het centraal stellen van het collectieve gevoel en van de uitstraling. Het gaat om individuele ondernemers en de uitstraling van de bedrijfspanden die zij bezitten. Mooie panden hebben een aantrekkende werking. Er is bewust gekozen voor afbakening van de terreinen, want er moet sprake zijn van collectiviteit.
Spreker erkent dat er bedrijventerreinen zijn die recent zijn aangepakt, zoals De Mors en Plaagslagen. Daarom zou hij het logischer vinden om die te schrappen in plaats van de bedrijfspanden gemeentebreed voor deze regeling in aanmerking te laten komen.
Tweede termijn
De heer CORNELISSEN twijfelt over de collectieve gedachte, zoals verwoord door burgemeester Hofland, omdat er ook binnen woongebieden wel winkels kunnen zijn die van de regeling gebruik zouden willen maken. Dat geeft ook een collectief gevoel voor de buurt. Spreker vindt de plankaart vrij beperkt en vraagt zich af waarom ook Plaagslagen, Vletgaarsmaten en De Keizer niet van de plankaart kunnen worden geschrapt als het college toch van mening is dat de kring zo klein mogelijk moet zijn. Spreker neemt het stuk mee terug naar de fractie.
De voorzitter concludeert dat de commissie adviseert het raadsvoorstel stimulering verbetering uitstraling van private panden Rijssen-Holten in het kader van het Deltaplan te behandelen als bespreekstuk in de raad.
12. Brief Bungalowpark De Lindenberg over rioolaanslag (ovv CDA)
De heer VAN LINDENBERG spreekt in. Hij refereert aan zijn brief van 14 juni jl. inzake de rioolbelasting/aanslag. De brief heeft hij gestuurd, omdat er zijns inziens iets behoorlijk scheef zit in de berekening van de aanslag rioolbelasting. Het bungalowpark is één bedrijf, ook voor de WOZ, en heeft als belangrijkste bedrijfsactiviteit het verhuren van recreatiewoningen. Deze worden per stuk aangeslagen voor € 244, omdat de units volgens de verordening zelfstandig kunnen worden gebruikt. Spreker bestrijdt dit, omdat de bungalows afhankelijk zijn van de centrale hoofdtoevoer, en vraagt zich af of, hoewel de heffingsambtenaar volgens de rechter correct heeft gehandeld, de wet het zo bedoelt. Hij wijst erop dat zijn bedrijf niet alleen concurreert tegen andere bedrijven met recreatiewoningen, maar ook tegen bedrijven met stacaravans, boerderijkamers, hotelkamers, bed and breakfast of een groepsaccommodatie. Deze doen in de regel niet onder voor recreatiewoningen. Stacaravans bijvoorbeeld hebben eigen sanitaire voorzieningen en kookvoorzieningen, waarmee deze volgens spreker eenzelfde status hebben als recreatiewoningen. Stacaravans worden echter wel aangeslagen naar ingenomen water. Dat wil De Lindenberg ook graag. Het is ook logischer, want dat is precies de hoeveelheid water die geloosd wordt op het riool.
Spreker weet dat de gemeenten Tubbergen, Denekamp, Haaksbergen en Hardenberg werken met een systeem waarbij bungalowbedrijven worden aangeslagen naar ingenomen water. Hij merkt voorts nog op dat voor wat betreft de waterschapslasten wel naar ingenomen water wordt afgerekend. Hij vraagt daarom met klem de huidige verordening aan te passen, omdat het vreemd is dat bedrijven met een vergelijkbaar waterverbruik circa € 5.000 meer moeten betalen dan andere. Dat is een serieus bedrag, in een tijd dat elke euro telt.
De heer H. NIJKAMP vraagt of de heer Van Lindenberg bedrijven kan noemen in de gemeenten waar met een andere systeem wordt gewerkt.
De heer VAN LINDENBERG zegt dat het in de gemeente Denekamp gaat om een combinatiebedrijf: camping/bungalowpark De Papillon. In de gemeente Tubbergen gaat het om het bedrijf ‘n Kaps en in Haaksbergen gaat het om het bedrijf Stien’n Boer. Dit zijn bungalowparken.
De heer AANSTOOT vraagt of het heffingsregime voor de rioolheffing ook gold onder de voormalige gemeente Holten en of toentertijd ook een regime gold op basis van waterinname.
De heer VAN LINDENBERG zegt dat voor zover hij weet er toen per bungalow werd aangeslagen, waar er al sprake was van riolering.
Eerste termijn
De heer H. NIJKAMP zegt dat hij niet enthousiast is over de beantwoording van het college op vragen die het CDA heeft gesteld over eventueel soortgelijke situaties en over het omgaan met het principe van redelijkheid en billijkheid. Het college stelt het billijkheidsprincipe neer te willen leggen bij de raad. De raad gaat daar inderdaad over, maar spreker had van het college graag een meer inhoudelijke reactie verwacht om die afweging beter te kunnen maken.
Daarnaast staat in de beantwoording dat er onderzoek wordt gedaan in de recreatieve sector, maar er wordt ook gesteld, dat wil je iets doen, dat over 2014 heen getild wordt. Spreker vraagt het onderzoek te bespoedigen.
De heer TIJHOF zegt dat het hier gaat om een belastingverordening. Deze worden jaarlijks vastgesteld na de begrotingsvergadering. Spreker vraagt zich af of de vragen die nu aan de orde zijn te vroeg of te laat zijn gesteld. Als de raad aan de wens van de heer Van Lindenberg tegemoet wil komen, dan zal de belastingverordening aangepast moeten worden en dus geamendeerd moeten worden.
De heer AANSTOOT zegt dat Gemeentebelang het verzoek van de heer Van Lindenberg heel legitiem vindt. Spreker vraagt wat de stand van zaken is van het onderzoek dat het college in zijn beantwoording noemt. Als er meer bekend is over het onderzoek, dan kan dat worden bediscussieerd en meegenomen worden in de verordening die 1 januari 2014 van kracht wordt.
De heer KEVELAM zegt dat de afspraak is dat de rioolrechten 100% kostendekkend moeten zijn. Als er ergens iets verlaagd wordt, moet het dus elders worden verhoogd. Spreker vindt het bezwaar van de heer Van Lindenberg begrijpelijk en terecht. Hij wil graag een overzicht ontvangen van het college van situaties met meerdere woon- of bedrijfseenheden met één aansluitpunt. Tevens verzoekt hij om een berekening van wat het betekent als de verordening wordt gewijzigd: daar waar nu meerdere wooneenheden op het gemeentelijk riool zijn aangesloten, waar een omslag wordt gemaakt naar belasting op waterinname. Spreker voelt ervoor de regeling aan te passen.
De heer DE LA HAYE is verbaasd dat in dit dualistische bestel de fracties vragen stellen aan het college en niet aan elkaar.
De heer H. NIJKAMP vindt dat als de raad actie wil ondernemen, dit gedaan moet worden bij de vaststelling van de verordening. Daarvoor moet het college de feiten aandragen.
Wethouder LIGTENBERG zegt dat de conclusie is getrokken dat het besluit juridisch juist is. De rechter treedt niet in het begrip billijkheid met betrekking tot het proces verbaal en de uitspraak. Het college is wel van mening dat er aanleiding is voor een nader onderzoek. De 100% kostendekkendheid moet daarbij voorop staan. Spreker wijst erop dat het niet alleen gaat om het bedrijf van de inspreker, maar ook om campings en andere parken. Het onderzoek kan betekenen dat de uitkomst ten laste komt van anderen uit de recreatieve sector. Spreker probeert dat zo spoedig mogelijk uit te zoeken en te bepalen wat er richting de raad door het college wordt geadviseerd en hoe het billijkheidsregime daarbij kan worden toegepast. Het college zal proberen dit te betrekken bij de behandeling van de belastingvoorstellen.
De heer H. NIJKAMP vraagt hierbij om een uiterste inspanning van het college.
13. Rondvraag
De heer JANSEN vraagt waarom punt 11, raadsvoorstel over stimulering verbetering uitstraling private panden, wel op de agenda staat, terwijl het onderwerp stimulering startende ondernemers als informatief stuk wordt aangeboden. Beide stukken komen voort uit het deltaplan.
De heer DE KOE verzoekt informatief stuk d, Inspanningen om aanrijtijden ambulance te verbeteren, te agenderen voor de volgende commissievergadering. Spreker levert de onderbouwing daarvoor aan.
De heer CORNELISSEN wijst op de leesbaarheid en de opmaak van de aangeboden stukken. Er is een nieuw systeem, maar dat komt de leesbaarheid van stukken zeker niet ten goede. Spreker vraagt of dat op korte termijn kan worden opgelost.
De heer AANSTOOT sluit zich hierbij aan en verzoekt dit te bespreken in het presidium.
De heer DE LA HAYE zegt dat er een hek staat om de bouwactiviteiten op Kalfstermansweide. In het weekend zijn daar ook de Keunefeesten, waarvoor ook hekken zijn geplaatst. Fietsers die naar het station willen gaan, moeten via het Wansinktracé rijden. Kan het college daarop direct actie ondernemen?
De VOORZITTER zegt dat agendapunt 11 is geagendeerd, omdat het een raadsvoorstel is, het gaat om een bevoegdheid van de raad. Het informatieve stuk e is een uitvoerende zaak, een collegebevoegdheid waarover de commissie wordt geïnformeerd. Op verzoek kan dit onderwerp voor een volgende vergadering worden geagendeerd.
14. Sluiting
De VOORZITTER sluit de vergadering om 22.25 uur.
aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken en Middelen op 7 oktober 2013
de griffier de voorzitter