Verslag Raad 21 maart 2011
Soort document:Verslag
Soort vergadering:Raad
Datum:21 maart 2011
Week nummer:12
Tijdstip:19.30 uur
Locatie:raadzaal
Verslag inspraakvergadering
Datum vergadering : maandag 21 maart 2011
Tijdstip en plaats : 19:30 uur in de raadzaal in Rijssen
aanwezig: | ![]() |
voorzitter: | A.C. Hofland |
SGP CDA CU PvdA VVD GB | B. Beens, drs. E.G. Bosma, A. Kamphuis, A.J. Scheppink en J. Slootweg; drs. I. Kahraman, R.J. Cornelissen, G.H. Kastenberg, H.J. Nijkamp en mw. G. Tigelaar-Vruggink; B.D. Tijhof, J. Berkhoff, J. van Veldhuizen en mw. W.L. Riezebos-Tessemaker; R.M.C. de la Haye, H.G.D. Siegerink en mw. M.J. Tijhof-Zwijnenberg; R.A. de Koe, A.J. Kevelam en R. Smelt; A.J. Aanstoot, A. Nijkamp en mw. J. Kuiper-Ruitenberg. |
afwezig: | J. Schreuder en G. Kreijkes |
griffier: | drs. H.A.J. van de Vliert |
notulist: | mw. G.B. (Ria ) Aanstoot-Stam |
pers: | 3 |
publiek: | 80 |
- Opening
De VOORZITTER: Ik open deze vergadering en heet de aanwezigen van harte welkom bij deze inspraakavond voor verenigingen, instellingen en personen op zowel de kadernota als op de strategische visie. De raad wil in deze fase van de besluitvorming graag kennisnemen van wat er leeft in de samenleving en hoe men tegen de voorstellen aankijkt. De fracties hebben vandaag een luisterende rol en zullen de informatie van vanavond meenemen in hun fractieberaad. Op 15 april a.s. zal de raad zijn beslissingen nemen.
De eerste inspreker, de heer Bakker spreekt namens de KWR, de HIG en BC De Tijd in op de strategische visie. De overige insprekers spreken in op de kadernota.
- Inspraak Strategische Visie en Kadernota met bezuinigingsvoorstellen
De heer J. BAKKER (KWR, HIG, BC De Tijd) spreekt in op de Strategische Visie
“Voorzitter, ik werd zojuist getipt. Er zijn 38 insprekers. Als ik u namens al die insprekers bedank voor de uitnodiging van vanavond, dan scheelt dat al ongeveer een half uur. Dus namens iedereen hartelijk dank dat u ons uitgenodigd heeft.
Ik spreek hier namens de ondernemersclubs uit Rijssen en Holten, de HIG, de KWR en De Tijd, en het gaat ons met name om de strategische visie en de keuzes daarin.
Het is nog niet zo lang geleden dat wij aan de fractievoorzitters en aan Provinciale Staten een stuk hebben overhandigd. De meesten van u hebben daarvan kennis kunnen nemen. Daarin geven wij aan hoe wij aankijken tegen onze ondernemende gemeente. Ik wil daarop graag heel kort een toelichting geven. Als het goed is, is het stuk aan iedereen via de griffie gemaild. U hebt er dus kennis van kunnen nemen.
Als wij het hebben over strategische keuzes, dan geeft u in uw kadernota ook aan dat het gaat om identiteit. Wij zijn een ondernemende gemeente en wij houden van modern noaberschap.
Als ik mij even concentreer op die ondernemende gemeente, dan zou ik het kort kunnen samenvatten. Zo staat het ook in ons stuk. Wij focussen ons op de ontwikkelingen van de bedrijventerreinen en de mogelijkheden daaromheen. Als je kijkt naar de kadernota, dan willen wij toch voorzichtig nog wat economische groei hebben. Dat betekent dat je de ondernemers in principe ruimte moet geven, en dat zij ruimte moeten krijgen, om te ondernemen in hun eigen omgeving. Een aantal belangrijke conclusies daarin zijn:
- gemeenten moeten naar aard en schaal kunnen inspelen op plannen en initiatieven van eigen ondernemers.
- de ruimtewinst door herstructurering en revitalisering moet niet worden onderschat en in dit geval ook zeker niet worden overschat, moet ik bijna zeggen.
- korting in de gemeentelijke programmering van de behoefte aan bedrijventerreinen als gevolg van het XLBusinesspark zou wat ons betreft per direct moeten te worden afgeschaft.
- voor de leefbaarheid en het sociaal functioneren van de kernen in West-Twente is bedrijfsontwikkeling nodig.
- bereikbaarheid en vermindering van woon-werkverkeer spelen een cruciale rol in de locatiekeuzes voor de bedrijventerreinen.
Volledigheidshalve wil ik nog zeggen dat wij het stuk ook hebben aangeboden namens de ondernemersclub in Hellendoorn en Wierden-Enter. Het is dus een vrij breed opgezet stuk. Dat heeft alles te maken met wat wij zeggen: zorg dat je aan de bal blijft. Ik zou bijna zeggen, in een beetje een hobby-achtige toestand van mijzelf: zorg dat je de koers controleert, met name als het dan gaat om het streven naar economische groei.
Wij hebben ook geconstateerde de afgelopen periode dat Rijssen-Holten in de regio steeds een beetje wordt afgeschilderd als een plattelandsgemeente. Nu, wij hebben door de jaren heen geconstateerd dat het omgekeerde waar is. Als je onze gedeputeerde, de heer Buursink, hoort, die het accent legt op het grotestedenbeleid, dan zegt hij: ongeveer 5% of daaromtrent wordt in het plattelend georganiseerd en de rest in de grote steden. Volgens mij is dat een geweldige misvatting. Wij hebben hier de afgelopen 50 jaar bewezen dat wij gegroeid zijn en zo gegroeid zijn dat wij eigenlijk niet moeten aansturen op een markt bij de samenleving. Dat betekent dat de rol van de provincie en het regiobestuur voor de toekomst wat nadrukkelijker zou moeten worden afgestemd. Ik ben zelf van mening, als je kijkt naar dat soort bestuurslagen, als het gaat om bezuinigingen vanavond, dat je daar eens heel kritisch naar zou moeten kijken, niet het komende halfjaar, maar de komende vier jaar, om ervoor te zorgen dat je de komende vier jaar in de nieuwe regeringsperiode ernaar toewerkt een efficiencyslag te maken. Daar kun je echt heel veel geld gaan bezuinigen. is mijn opvatting. Ik heb toevallig dit weekend nog geconstateerd dat, zo heet dat, de preventieve begroting van de regio rond € 11 miljoen op jaarbasis is. Als je dan teruggaat naar de kernactiviteiten, dan denk ik dat daar heel veel te vinden is.
Ik denk dat ik, met het onderliggende stuk, vanavond voldoende gezegd heb. Ik hoop dat jullie als raadsleden er je voordeel mee zullen doen. Wij hebben er echt veel tijd en arbeid in gestopt. Ik spreek dan ook namens de HIG en De Tijd en de KWR uit dat jullie vanuit deze strategische positie zorgen dat je aan de bal blijft.”
De heer J. BAKKER (Ronde van Overijssel)
“Eigenlijk, als ik de kadernota zo lees en dat gaat ook weer om strategische keuzes, dan wil ik het eerst over iets anders hebben.
Ik ontdek dat het ambitieniveau dat jullie uitspreken eigenlijk niet helemaal spoort met de bezuinigingsvoorstellen. Dit vraagt om meer in plaats van om minder. Er wordt gepraat over: oud beleid wordt ingeleverd en nieuw beleid moet meer ruimte krijgen.
Nu, wij weten allemaal, als het gaat om geld, dat wij in de huidige situatie van 2010 ongeveer inmiddels met een bedrag van € 18.000 gekort zijn naar 2011 van € 15.600, dat structureel ook op de begroting stond. In de laatste briefwisseling van een week of anderhalve week geleden, werd duidelijk dat er zelfs maar € 10.000 van overblijft. Dus in de huidige situatie betekent het dat dit ongeveer gehalveerd wordt. Dus als het gaat om herijking van geld, dan zou ik u willen meegeven dat ik in de stukken een beetje heb ontdekt dat u een plan gemaakt heeft, gebaseerd op de huidige status. Ik zou u willen vragen, en dat zou wat mij betreft getuigen van visie, om eens even blanco beginnen te denken. En als je dan echt een visie hebt, dan kom je tot de conclusie dat je dingen echt moet afschaffen of dat je dingen juist moet vermeerderen. Wat ik ontdek, is dat er te veel geborduurd wordt op bestaande situaties en dat dat dus eigenlijk aanleiding geeft om het een beetje ‘grijs’ te houden. Dus ik kan mij ook voorstellen, als ik dan spreek namens de Ronde van Overijssel, dat wij in het ergste geval een bericht krijgt dat wij geen geld meer krijgen, omdat dat niet past in die visie. Dat respecteren wij. Maar als u zegt dat er € 10.000 beschikbaar is voor alle evenementen in de kernen van Holten en Rijssen, dan denk ik dat er echt heel lastige zaken aan de orde zijn. Dus ik vind dat niet echt van visie getuigen.
Dan betrek ik het even specifiek op ons, de Ronde van Overijssel. Het zou dit jaar voor de zestigste keer zijn dat wij die organiseren. Vanwege een crisis in de veehouderij een tiental jaren geleden, moesten wij helaas een keer overslaan. Volgend jaar, in 2012, hebben wij de zestigste Ronde van Overijssel. Het toeval wil niet dat de plaatselijke VVV Rijssen en het Dagblad van het Oosten in die tijd, met een prima ondersteuning van de gemeente Rijssen-Holten, de start hebben gemaakt voor ‘60 jaar Ronde van Overijssel’. Het was een geweldig initiatief en het is uitgegroeid tot een echt internationaal sportevenement. Als je het dan over sport hebt, kun je discussie hebben over breedtesport en topsport, maar wij zijn van mening dat topsport en breedtesport, als je die aan elkaar koppelt, juist voor een fantastisch stuk synergie kan zorgen. Atleten, die tot de verbeelding spreken, geven een geweldige impuls aan de breedtesport. Je moet toch altijd mensen hebben die zich laten gelden.
Ik zou dat dus vanavond willen beklemtonen: topsport en breedtesport zijn eigenlijk niet los van elkaar te zien.
Dat wil ik hier voor vanavond zeggen. Ik wens jullie heel veel sterkte met de besluitvorming daarin. Nogmaals, € 10.000 is volgens mij iets waarover niet echt met visie is nagedacht.
Ik dank u wel.”
De heer D. VAN DEN HOUTEN (Bibliotheek Rijssen-Holten)
“Geachte raadsleden, uw college heeft ons recent bericht over een voorgenomen bezuiniging van € 130.000 op de bibliotheek. Die € 130.000 komt niet zomaar uit de lucht vallen. Er is een aantal aannames dat daaraan ten grondslag ligt. Een van de aannames is dat de tarieven wel verdubbeld kunnen worden van € 29 in 2010 voor een basisabonnement naar € 60. Het college gaat er dan van uit dat er zo’n 15% ledenverlies zal optreden. Verder is er in het rekensommetje aangenomen dat er 5300 betalende leden zijn. Dat zou zo’n € 130.000 extra inkomsten betekenen en dat zou de basis vormen voor de besparing. Verder gaf het college aan dat men bereid is tot compensatie van het aantal inwoners als dat gaat stijgen en dat men bereid is de indexatie van de kostenstijgingen, de huidige methodiek, te handhaven. Met dat laatste zijn wij heel blij.
Voor de rest begrijpen wij als bestuur heel goed dat er bezuinigd moet worden en dat ondanks oproepen van de landelijke politiek om bibliotheken te ontzien, het onvermijdelijk is dat ook onze bibliotheek haar aandeel moet leven. Alleen, wij zien het liever anders. Ik kom daarop zo terug.
Eerst even terug naar de aannames. Het college is in het rekensommetje uitgegaan van 5300 betalende leden. Dat was een paar jaar geleden nog zo, maar het afgelopen jaar bleef de teller nog net boven de 4900 steken. Dat scheelt netto zo’n € 20.000.
Verder zijn wij niet optimistisch over het ledenverlies. Het college gaat ervan uit dat 15% ledenverlies verwacht kan worden. Wij zijn bang dat dat wel eens hoger kan uitpakken en als dat gebeurt, komen wij in een neerwaartse spiraal terecht, waarin met steeds minder mensen steeds meer geld moet worden opgebracht. Dat is iets wat voor een basisbibliotheek met zo’n belangrijke en maatschappelijke waarde als een bibliotheek is, eigenlijk niet zou moeten.
Het is ook zo, als wij het voorstel gaan uitvoeren, dat het veel druk geeft op de kwaliteit van onze bibliotheek. Onze bibliotheek is gecertificeerd. Het is niet zomaar wat. Het is gewoon voor u een objectieve beoordeling van de kwaliteit van de bibliotheek in onze gemeente. Onze bibliotheek doet het gewoon erg goed. Wij presteren bovengemiddeld.
Tegelijkertijd hangt die certificatie samen met kwaliteitseisen. Als de kwaliteit afneemt, als ook de subsidie afneemt, dan komt die certificatie onder druk en komt die certificatie onder druk, dan betekent het ook dat het netwerk van bibliotheken niet beschikbaar zou kunnen worden. Dat laatste is iets wat wij niet moeten willen. Een netwerk van bibliotheken is meer dan alleen maar boeken uitlenen van andere bibliotheken. Het is het hele concept, zoals wij het nu in Holten hebben gepresenteerd met de winkelformule: daar zit een retailconcept achter, waarbij je terugvalt op het netwerk voor de minder gangbare titels. Dat gaat dus veel verder. Het is ook de digitale agenda, waarover een aantal van u in Holten heeft gehoord. Het is ondenkbaar dat een bibliotheek kan functioneren zonder dat netwerk.
Dat maatschappelijk belang wordt onderstreept, omdat er een convenant is afgesproken. Er is een Bibliotheekcharter afgesproken tussen Rijk, provincies en gemeenten. Daar zijn tal van afspraken gemaakt. Ik pik er een uit: een minimumsubsidie per inwoner, exclusief huisvestingskosten, van € 14,72 op jaarbasis. Wat betreft die huisvesting: u kunt zich voorstellen dat de oude vestiging in Holten aanzienlijk goedkoper was dan wat wij nu in het Kulturhus doen. De ratio van die € 14,72 heeft alles te maken met dat netwerk. Je kunt niet alleen iets halen uit dat netwerk; je moet ook brengen, en je kunt niet brengen als je daarin onvoldoende middelen genereert.
Rijssen-Holten zit op dit moment net iets boven dat minimum met die subsidie. Als de bezuiniging wordt doorgevoerd, dan komen we er maar liefst 13% onder.
Nogmaals, de prestaties van onze bieb zijn bovengemiddeld als wij die vergelijken met de regio. De subsidie die wij van de gemeente krijgen, is per inwoner € 5 tot € 10 lager dan in de omliggende gemeenten. Wij presteren daarvoor meer. Als je dat gaat vertalen in wat het betekent in uitleningen, dan doen wij bijna twee keer zoveel uitleningen vergeleken met de omliggende gemeenten.
Ons pleidooi. Wij kunnen zo’n € 50.000 bezuinigen zonder dat de kwaliteit echt drastisch wordt uitgehold. Dat kan door een gedeeltelijke verhoging van de tarieven en door besparingen. Onze huisvestingskosten Walgaarde zijn afgelopen jaar, alleen al aan huur, € 150.000. Daarop kan bespaard worden. Wij hebben begrepen dat de gemeente van plan is te onderzoeken of de locatie A van het gemeentehuis als alternatief gebruikt kan worden. Daarnaar zouden wij graag onderzoek zien. Als de bibliotheek daarheen kan, dan is er een win-win. U blijft uw heel goede bibliotheek houden en wij kunnen blijven functioneren.
Dank u wel.”
De heer Krük ( voorzitter Wmo-Adviesraad)
“Geachte leden van de raad, zoals u weet, adviseert de Wmo-Adviesraad het college op het terrein van de Wmo. Dat gaat dan vooral over de ondersteuning van burgers in hun dagelijkse functioneren; kwetsbare burgers, die allerlei problemen ervaren. Een samenleving van mensen met steeds vaker complexe problemen of burgers die gewoon de weg niet meer weten. Wanneer dat ten koste gaat van die mensen, dan kost het ons, ook als samenleving, allemaal geld. Wij denken graag mee over hoe daar mee om te gaan.
Wij begrijpen heel goed dat er in deze tijd bezuinigd moet worden en dat bijna alles ter discussie staat. Met name over de bezuinigingsvoorstellen die Wmo-gerelateerd zijn, hebben we gewikt en gewogen. Het gaat ons vooral om de effectiviteit van zaken en de gevolgen van maatregelen voor de meest kwetsbaren. We verwachten echt niet dat alles gewoon door kan gaan en we hebben begrip voor het feit dat er meer een beroep op de verantwoordelijkheid van mensen wordt gedaan.
We hebben de Wmo-voorstellen bekeken en zien daarin ook een aantal goede zaken:
- Het feit dat het Zorgloket Holten in het Kulturhus komt in plaats van in de Boschkamp.
- Eén makelaarsfunctie voor zorg en welzijn. Dat is iets nieuws en dat vinden wij een goede zaak.
- Zoeken naar meer collectieve oplossingen in plaats van voor iedereen soms dure individuele
oplossingen. Daarin willen wij ook graag meedenken.
- Eén organisatie voor vrijwillige thuiszorg in plaats van meerdere. Daarvoor hebben we al meerdere
malen gepleit.
- Eén zorgloket in Rijssen in plaats van twee kan prima doorgevoerd worden.
Daarnaast vinden we het van belang te benadrukken en willen wij u voorleggen om niet te bezuinigen op:
- Het vangnet of calamiteitenbudget in de thuisbegeleiding. Dat gaat om mensen in echt
problematische situaties.
- Het algemeen maatschappelijk werk. Ook dat gaat om kwetsbare mensen. Het algemeen
maatschappelijk werk kan juist voorkomen dat mensen in ergere problemen raken. De formatie van
het algemeen maatschappelijk werk zit immers al onder de norm, zo schrijft het college. Wachtlijsten
kunnen het gevolg zijn als verder wordt bezuinigd.
- De pakketmaatregelgelden. Deze zijn verstrekt met het doel om de gevolgen bij mensen die geen
begeleiding meer ontvangen, op te vangen. Wij vinden het van belang dat dit behouden blijft voor die
doelgroep en niet langzaam wegbezuinigd wordt.
Heel concreet, dat is ons pleidooi, en u zult dat nog op papier ontvangen, stellen wij voor € 30.000 meer te bezuinigen op het innovatiebudget, want er wordt onvoldoende en onvoldoende creatief gebruik van gemaakt en volgens ons ook niet altijd volgens de vastgestelde criteria.
Wij zeggen dus enerzijds meer bezuinigen op het innovatiebudget, maar anderzijds zeggen wij: u zou minder kunnen bezuinigen op het vangnet thuisbegeleiding en op het algemeen maatschappelijk werk. De precieze bedragen hebben wij opgenomen in ons overzicht. Juist die thuisbegeleiding en het algemeen maatschappelijk werk noemen wij hier en zijn bedoeld als signaal voor de kwetsbare burgers in deze samenleving.
Verder willen wij u in overweging geven om het restant van de pakketmaatregelgelden niet weg te bezuinigen, maar te gebruiken voor het ontwikkelen van nieuwe collectieve voorzieningen om daarmee, in de gedachte van de Kanteling, de relatief dure individuele voorzieningen te beperken. Wij vragen u dus eigenlijk te investeren in de toekomst.
Wij hopen dat u onze concrete voorstellen in overweging wilt nemen en wensen u veel succes bij de besluitvorming.
Dank u wel.”
De heer L. MEIJER (Sportraad)
“Voorzitter, geachte leden van de raad, geachte aanwezigen. Wij, als gemeente Rijssen-Holten, hebben een sportvisie voor de jaren 2010 – 2014. Deze sportvisie was tezamen met beleidsvisies van de gemeenten Heerlen en Amsterdam genomineerd voor de beste beleidsvisie van Nederland. Door het ontbreken van een voldoende financiële onderbouwing is deze prijs aan ons neus voorbij gegaan en is Amsterdam met de eer gaan strijken. Wij willen wel, maar hebben er blijkbaar niets voor over.
In de concept kadernota van de gemeente 2012 – 2015 zijn de uitgangspunten van de sportvisie grotendeels in tact gebleven:
1. De gemeente is verantwoordelijk voor de bouw en aanleg van de basale voorzieningen in de sport.
2. De voorzieningen in de sport moeten efficiënt, zeer intensief en multifunctioneel gebruikt worden.
3. De sport moet voor een ieder toegankelijk en laagdrempelig zijn.
4. De verantwoordelijkheid voor deelname aan de sport ligt bij de burger zelf.
Wij, als Sportraad, kunnen ons in alle vier bovenstaande punten vinden en juichen het toe dat deze overeind zijn gebleven.
Nu de realiteit. Wij hebben de afgelopen jaren al vele tariefsverhogingen en tariefsnivelleringen meegemaakt. Met name in Holten, waar na de gemeentelijke herindeling de tarieven met 70% verhoogd zijn, is het sporten beduidend duurder geworden. Het is de cumulatie van kostenverhogingen, die de sport voor een aantal van ons onbereikbaar zal maken: naast de jaarlijkse inflatiecorrectie, meerdere tariefsverhogingen de afgelopen jaren en dan weer een tariefsverhoging in 2012, 2013, 2014 en 2015. Daarnaast afschaffing van de jeugdsubsidie, afschaffing van de bijzondere jeugdsubsidie. Daarnaast de verhogingen die geledingen buiten de sport zullen ondervinden.
Wij als Sportraad gaan mee in een efficiëntere exploitatie van de gemeentelijke sportvoorzieningen, maar dat moet dan niet alleen vanuit de kas van de gemeente bekeken worden, maar ook vanuit de portemonnee van de burger. Iedereen weet dat de inhoud van de knip in belangrijke mate onze keuzes bepaalt. Wij zijn dan ook bang dat verhoging van de kosten om te gaan sporten voor de burger zal inhouden dat deze minder of niet meer gaat sporten. Met alle gevolgen van dien:
- Korte termijn: minder sociale, mentale vorming van de jeugd, meer problemen met hangjongeren.
- Langere termijn: hogere zorgkosten.
Wij denken dat juist de gemeente voorop moet lopen in de bewaking van de toegankelijkheid van de sport. De ontwikkelingen de laatste tijd wijzen in de verkeerde richting: een voorbeeld hiervan is het stoppen met zwemonderwijs voor leerlingen van de PCO-scholen in deze gemeente. De Sportraad vindt kostenverhoging voor de burger om te gaan sporten kortzichtig en is daar radicaal op tegen.
Afrondend hopen we dat de politiek bereid is om onze visie te delen en de bezuinigingen in de sport te minimaliseren om bovengenoemde effecten te voorkomen. Mochten er onverhoopt toch bezuinigingen worden doorgevoerd, dan hopen wij op een sluitend vangnet voor schrijnende gevallen niet alleen bij sporters, maar zeker ook bij sportverenigingen. Ik wijs hierbij even op de accommodatiesubsidie die dreigt weg te vallen. Dat kan voor bepaalde verenigingen verschrikkelijke gevolgen hebben. Ik noem een concreet voorbeeld: de zwem- en poloclub Twenhaarsveld, die buiten de gemeente een zwembad moet huren om de sport te kunnen beoefenen. Dit geldt trouwens voor veel meer verenigingen, die geen gebruik maken van gemeentelijke sportaccommodaties, maar die gebruik moeten maken van andere accommodaties. Zij krijgen daarvoor van de gemeente een subsidie, zodat de huur die zij voor de locatie elders betalen, gelijk is aan verenigingen die de locatie hier huren. Als dat weg zou vallen, krijgen wij een heel apart systeem, waarbij bijvoorbeeld zwem- en poloclub De Mors de gemeentelijke huur betaalt en dat bijvoorbeeld zwem- en poloclub Twenhaarsveld een veel hogere huur elders betaalt.
Wij zijn bijzonder verheugd voor wat betreft de plannen voor de oplossing van de capaciteitsproblemen op de Koerbelt door aanleg van twee kunstgrasvelden. Wij zien dit als een eerste realisatie van de sportvisie 2010 – 2014, waarbij een op de drie natuurgrasvelden omgezet wordt in kunstgras. Ook hopen we dat de problematiek bij Tennisclub De Mors aan de ene kant en de schaats en skeelervereniging aan de andere kant hun plek zullen vinden in een gemeentelijke visie wat betreft het sportpark het Opbroek. Blij zijn we dat de € 40.000 beschikbaar blijft voor de investeringssubsidiepot. Wij zijn bereid om met u, fracties, mee te denken om te komen tot bepaling van uw fractiestandpunt. Dank u wel.”
De heer P. OOSTHOEK (Christelijke Gymnastiekvereniging VEK en Zwem- en polovereniging De Mors)
“Geachte leden van de raad, geachte aanwezigen, dames en heren. Dank voor de gelegenheid dat wij mogen inspreken. Mij is gevraagd ook in te spreken namens zwem- en polovereniging De Mors. Dat is omdat de problematiek van zwem- en polovereniging De Mors sterk vergelijkbaar is met die van de gymnastiekvereniging Vlugheid en Kracht.
Een donkere dag is misschien nog iets te voorbarig om te zeggen. Wij, deze verenigingen, zien donkere wolken boven ons hoofd. Wat is aan de hand? Kijk naar de gymnastiekvereniging VEK. Wij hebben 650 leden, waarvan 90% onder de achttien jaar en 70% onder de twaalf jaar. Dat is dus echt een heel jonge doelgroep, jonge kinderen. Zoals iedereen weet, is gym, zeker op jonge leeftijd, belangrijk voor de ontwikkeling; ontwikkeling van de grove motoriek, ontwikkeling van de fijne motoriek. Gym zou eigenlijk gestimuleerd moeten worden.
Een ander aspect waarom gym en polo en zwemmen belangrijk is, is natuurlijk heel gewoon het tegengaan van overgewicht, met name bij jonge kinderen. Een item dat in allerlei opzichten steeds belangrijker wordt. Bewegen is gewoon goed en gezond voor kinderen. Zorg ervoor dat conditie en gewicht op peil blijven en houd kinderen weg van de pc en de tv. Verder niks met de pc of met de tv, althans, daarover kun je in dit gezelschap discussiëren. Het is zo, dat kinderen gewoon moeten sporten. Dat is goed voor de ontwikkeling.
Gymnastiek is niet echt goedkoop. Dat geldt ook voor de zwem- en polovereniging. De enige bronnen van inkomsten voor ons zijn contributies en subsidies. Wij beschikken nu eenmaal niet over een kantine, een eigen thuishonk of wat dan ook, om op deze manier extra inkomsten te genereren. Nu, verder leven wij natuurlijk ook nog een beetje in de nadagen van een economische crisis. Dat betekent toch wat werkloosheid, stijgende prijzen. Denk aan de brandstof.
Wij hebben te maken met forse kosten. De huur van een sporthal is niet goedkoop. Wij hebben begrepen dat dit zelfs nog wat duurder gaat worden. Dat geldt ook voor het zwembad.
Kosten van onze technische leiding zijn relatief hoog. Dat is heel bewust, want verzekeringstechnisch zijn wij verplicht om gediplomeerde technische leiding voor de groep te hebben. Dat betekent dat wij daarin ook echt moeten investeren. Dat staat borg voor kwaliteit.
Verder hebben wij als vereniging, als christelijke vereniging zeker, te maken met veel gezinnen waarvan meerdere kinderen lid zijn van de gym. Dan is eigenlijk steun van de overheid onmisbaar.
Dan plotseling het voorstel om subsidies, zelfs jeugdsubsidies, in een aantal jaren af te bouwen tot 50% van de bestaande subsidie, is voor ons en voor De Mors rampzalig. Plotseling worden ook de huren nog eens omhoog geschroefd. Financieel is het al lastig voor dit soort verenigingen om het hoofd boven water te houden en wij pleiten eigenlijk voor een extra investering, hoewel ik wel begrijp dat dat in deze tijd moeizaam is.
Als de voorgestelde bezuinigingen door de gemeente echt waarheid zouden worden, dan kunnen wij als vereniging niet anders doen dan opnieuw de contributie te verhogen. Dat gaat gewoon leden kosten. Het wordt te duur om te gymmen. Wellicht is er dan de gedachte dat er een soort vangnet gecreëerd kan worden, waardoor mensen die het financieel niet meer helemaal kunnen bolwerken, zich kunnen melden op het gemeentehuis. Wij denken dat dat soort vangnetten niet echt werkt. Je loopt niet zo gemakkelijk naar het gemeentehuis om te vertellen dat je de contributie voor je kinderen niet meer kunt betalen. Het is veel gemakkelijker je kinderen van de gym of van De Mors af te halen. Laten wij wijs zijn met ons allen. Laten wij investeren in gezondheid en welzijn, vooral van jonge kinderen, met name voor dit soort verenigingen met nauwelijks mogelijkheden om andere inkomsten te genereren. Laten wij deze verenigingen ontzien van deze bezuinigingsronde. Laten wij ervoor zorgen dat deze donkere buien niet tot regenwolken worden. Laten wij in deze bezuinigingsronde in elk geval proberen jonge kinderen die actief willen sporten te stimuleren.
Dit is mijn korte en bondige boodschap. Dank voor uw aandacht.”
Mevrouw J. KOSTERS (Wandelsportvereniging Riessen)
“Goedenavond, ik wil met klem zeggen dat wij geen vereniging zijn. Deze naam is nog van vroeger, van Wandelsportvereniging Rijssen.
Wij zijn een organisatie van maar vier avonden per jaar. Wij zijn het grootste evenement van de gemeente Rijssen-Holten. De onkosten worden steeds groter, door o.a. verkeersregelaars. Er zijn nu al mensen bezig in Rijssen om een verkeersregelaarsclub op te richten. Dus waarschijnlijk moeten wij die volgend jaar huren.
Wij hebben diverse andere onkosten. Wij hebben geen eigen onderkomen. Wij moeten het Parkgebouw huren.
Wij hebben verder geen inkomsten. Nu vragen wij bij de voorinschrijving € 3,50. Bij de dinsdagavondinschrijving is dat € 4. Zonder subsidie denk ik dat wij naar € 4,50 en € 5 gaan en waarschijnlijk nog hoger. Voor gezinnen wordt het dan niet meer betaalbaar. Het aantal zal dan dalen na stijgingen in de laatste vier jaar. Wij zijn dan misschien genoodzaakt om een punt te zetten achter de organisatie. Dat zou heel erg jammer zijn, omdat er nu weer een toename te zien is.
Dit was mijn inspraak. Hartelijk dank.”
De heer H. VAN BRUSSEL (Volleybalclub RIVO)
“Geacht college en aanwezigen. Middels de brief van 21 februari 2011 met als onderwerp bezuinigingstaakstelling 2012-2015 hebt u ons in kennis gesteld van uw voornemen hoe te komen tot deze bezuinigingsvoorstellen. In uw brief wordt gesteld dat bij de besluitvorming over de bezuinigingscans een evenwichtig pakket aan maatregelen is neergelegd. De strategische visie is voor de uitwerking als kader gebruikt. Welke strategische visie hier wordt bedoeld, is ons niet duidelijk; het gaat volgens ons om een kille sanering. Jaarlijkse verhoging van 10% van de zaalhuur betekent dat ongeveer in gelijke mate de contributies verhoogd moeten worden. Onze vraag daarbij is: geef ons een tip hoe wij vanuit die visie dit aan onze leden moeten gaan uitleggen. Ouders zullen reageren in de trant van: onze looncompensatie is ook maar 1 of 1.5% en nu wordt de uitoefening van de sport jaarlijks met 10% duurder. Wij begrijpen dat u moet bezuinigen en dat daardoor pijn wordt geleden. Echter, tariefsverhogingen van 10% zijn onacceptabel en niet uit te leggen. Het komt ook absoluut niet overeen met de gedachte om vanuit welzijnsoverwegingen zoveel mogelijk mensen te laten sporten. Daarnaast ontstaat het risico dat het beoefenen van een sport in financiële zin niet meer voor eenieder is weggelegd. Met name de sociaalzwakkeren zullen hiervan de dupe zijn. Juist in dezen verwachten wij dat u uw verantwoordelijkheden zult nemen. Wij willen dan ook een dringend beroep op u doen om de plannen te herzien en dit onheil af te wenden.
Naast de aangekondigde tariefsverhoging geeft u tevens te kennen dat jeugdsubsidie in vier jaar tijd wordt gehalveerd. Dit betekent een jaarlijkse bezuiniging van meer dan 10%. Voor een sportvereniging komt het onwaarschijnlijk over dat u juist daar, bij de jeugd, een bezuiniging wilt doorvoeren. Is in zin algemeenheid sport een goede zaak voor de mens, voor de jeugd is het een must. Het voorkomt ledigheid, hangjeugd en dergelijke en het stimuleert naast het lichaam ook aspecten als teamgeest, samenwerking en dergelijke. Wij vinden het onvoorstelbaar dat juist de jeugdsubsidie in uw voorstellen zodanig wordt geraakt.
Hoewel onzerzijds begrip is voor de lastige taakstelling waarvoor u staat, willen wij een ernstig beroep op u doen om de voorstellen in heroverweging te nemen en er zorg voor te dragen dat het beoefenen van de sport voor iedereen mogelijk blijft.
Dank u wel.”
De heer G. TEMPELMAN (Volleybalvereniging Mintonette Holten)
“Goedenavond voorzitter, geachte aanwezigen. Ik dank u voor de gelegenheid om te mogen inspreken.
In het verleden was de gemeente Holten sportminded en had daarom lage tarieven voor het gebruik van haar sportaccommodaties. Na de fusie met de gemeente Rijssen is vanaf 2003, in verband met de harmonisatie, stapsgewijs een verhoging van totaal 70% ingevoerd in Holten. In Rijssen was er een verlaging van 30%.
Het schrijven van de gemeente Rijssen-Holten van 21 februari jl., inzake de bezuiniging taakstelling 2012-2015, heeft ons geschokt, gezien het voorstel daarin, om na de extra tariefsverhogingen van 2011, 2012 en 2013 van jaarlijks 5%, in 2014 en 2015 de tarieven nog eens extra met 10% te verhogen. Dit geeft in totaal vanaf 2003 een tariefsverhoging van ruim 138%.
In hetzelfde schrijven wordt tevens vermeld, dat daarbovenop nog het afbouwen komt van de jeugdledensubsidie, terwijl juist voor de jeugd het sporten, zeker in verenigingsverband, van buitengewoon belang is. Denkt u hierbij aan een betere gezondheid, een groter welbevinden, het verbeteren van de schoolprestaties, terugdringen van schooluitval, van de straat houden van jeugd met daarmee het tegengaan van jeugdcriminaliteit, leren omgaan met winst en verlies, dus met tegenslag, weerbaarder worden en het sociale aspect binnen de samenleving. Een sportvereniging biedt daarvoor een goede gelegenheid.
Ook leren jongeren hier ervaring op te doen met vrijwilligerswerk. Aan de ene kant geeft de gemeente aan dat zij bewegingsarmoede en overgewicht, niet alleen bij de jeugd, eerder en beter wil aanpakken en ziet zij de toenemende mate van maatschappelijke verantwoordelijkheid van sportverenigingen bij het sporten en bewegen. En aan de andere kant, deze huurverhogingen en kortingen op de jeugdledensubsidie. Hoe is dat te rijmen? Door al deze maatregelen wordt voor de burger alles duurder. Zullen veel mensen daardoor niet gedwongen worden hun sport te laten vallen?
Om als vereniging de sporters haar mogelijkheden te kunnen blijven bieden, gezien de financiële gevolgen van deze plannen, willen wij als sportvereniging, de gemeente dringend verzoeken geen tegenstrijdige maatregelen te nemen en haar voorstellen opnieuw kritisch te bekijken met in het achterhoofd de slagzinnen welke eerder terecht door de Sportraad Rijssen-Holten zijn gebruikt:
- Investeren in sport en bewegen is bouwen aan de toekomst
- Investeren is ook besparen.
Ik dank u voor uw aandacht.”
Mevrouw G. DEKKER (penningmeester ZPC Twenhaarsveld)
“Wij hebben ook kennis genomen van de kadernota en dan in het bijzonder van het programma Sport. Wij begrijpen dat de gemeente een terugtrekkende beweging maakt en het de bedoeling is dat volwassenen hun eigen hobby gaan betalen. Het verbaast ons dan dat vervolgens wordt gemeld dat de jeugdledensubsidie wordt afgeschaft en hier een vervangende regeling voor wordt getroffen, waarbij slechts de helft van het huidige budget wordt gehandhaafd. Verder lezen wij dat de accommodatiehuursubsidie vanaf 2012 in twee jaar tijd wordt afgebouwd. Deze voorstellen zullen onze vereniging financieel hard treffen. In de wintermaanden moet onze zwem- en poloclub namelijk uitwijken naar het overdekte zwembad in Markelo. Dit betekent dat wij het bad relatief duur moeten huren, namelijk voor € 52,50 per uur – dit zijn gegevens over 2010 - terwijl in onze gemeente de badhuur slechts € 33,55 is; gegevens 2010. Het verschil van bijna € 20 per uur krijgen wij momenteel nog gecompenseerd door de gemeente in de vorm van huuraccommodatiesubsidie. Wanneer uw gemeente voornemens is dit af te schaffen, betekent dit dat onze lasten circa € 2.500 op jaarbasis zullen toenemen. U zult begrijpen dat wij het niet redelijk vinden deze lasten af te wentelen op onze leden, door het vragen van hogere contributies. U zult dan ook begrijpen dat wij groot bezwaar hebben tegen de voorgestelde afschaffing van deze subsidie. Wel kunnen wij u het volgende in overweging meegeven: onze zwem- en poloclub is graag bereid in overleg te treden met de gemeente over het kunnen huren van het zwembad in Rijssen voor onze trainingen in de winterperiode. Het is natuurlijk toch vreemd dat een zwem- en poloclub uit de eigen gemeente moet uitwijken naar Markelo.
Kortom, wanneer u instemt met het besluit tot het afschaffen van de accommodatiehuursubsidie zullen wij min of meer gedwongen worden onze winteractiviteiten te staken, tenzij u met een oplossing komt in de vorm van het toekennen van baduren op een redelijke tijdstip in verband met jonge kinderen in het zwembad in Rijssen. Wij hebben daarop net zoveel recht als andere gebruikers van het zwembad de Koerbelt.
Wij verzoeken u met klem rekening te houden met ons pleidooi.
Dank u wel.”
De heer L. VOORTMAN (Excelsior ’31)
“Geachte raadsleden, geachte aanwezigen, dames en heren. Als voorzitter van Excelsior dank ik u voor de mogelijkheid onze stem te laten horen. Wij zijn erg blij met het voorstel van B&W om met de aanleg van kunstgras een aanvang te maken. Wij gaan dan ook akkoord met de voorwaarden die daaraan verbonden zijn. Uiteraard, het totale voorstel van de gemeente bevat ook onderdelen die ons minder aanstaan, maar ik wil mij nu beperken tot het onderdeel kunstgras. Blij zijn wij, omdat het een stap voorwaarts is voor de voetbalsport en daarmee ook voor de sport in het algemeen. Rijssen is op vele terreinen vooruitstrevend, en dat past ons ook. Een stad met veel ondernemersinitiatief en op zakelijk gebied een zeer positieve uitstraling. Op sportief gebied is er nog een inhaalslag te maken.
Als wij vanwege weersomstandigheden moeten uitwijken naar kunstgras, dan kunnen we daarvoor in alle omliggende dorpen en gehuchten terecht. Menigeen verwondert er zich over dat er in Rijssen nog steeds geen kunstgras ligt. Daarom noem ik dit een inhaalslag.
Over het belang van de sport wordt genoeg gezegd door onze Sportraad, dus doe ik dat niet meer.
De noodzaak van kunstgras kunnen we onderstrepen, omdat elke vorm van groei en daarmee gepaard gaande capaciteitsbehoefte daaruit zal moeten komen.
Wij leveren veld 6 binnen de atletiekbaan in en krijgen op basis van dít voorstel de broodnodige compensatie in de vorm van twee kunstgrasvelden. Het voordeel voor Excelsior is erin gelegen dat we geen kunstgrasvelden meer hoeven in te huren en vooral dat we onze leden veel minder nee hoeven te verkopen. Onze vereniging heeft weliswaar een eerste dat landelijke bekendheid heeft, maar dat is slecht 1 van 75 teams. Kunstgrasvelden zijn bedoeld voor onze gehele vereniging breed met meer dan 1600 leden. Ook kunnen deze velden ingezet worden voor activiteiten buiten ons huidige spectrum, zoals buitenschoolse opvang, 60+-voetbal, schoolvoetbal et cetera et cetera.
Ik dank u.”
De heer F. NAWIJN (Atletiekvereniging Rijssen)
“Namens de Atletiekvereniging een vrij eenvoudige boodschap, die aansluit bij mijn voorganger. Wij zijn allereerst ontzettend blij met het feit dat wij sinds een paar jaar een kunststofbaan hebben. Een vraag voor u, om hier wat actief erbij te blijven: wie van u weet wie de sportvrouw van het jaar 2010 was? Rachel Rozenkamp, inderdaad. Dat is zij geworden, omdat zij sinds die kunststofbaan er ligt, veel trainingskilometers heeft kunnen maken op die prachtige baan. Waarmee maar gezegd is, als die baan er eenmaal ligt, dat de prestaties niet helemaal vanzelf komen, want de kilometers moeten wel gemaakt worden, maar wij zijn wel blij met die baan. Waarmee wij ook blij zijn, is dat als er kunstgras komt, wij veld 6 kunnen gebruiken voor atletiek in de breedste zin van het woord. Wat dat precies gaat betekenen weten wij natuurlijk pas als wij het aanbod ook aan de jeugd en de oudere atleten kunnen doen om atletiek in de volste breedte te kunnen beoefenen. Daar gaat natuurlijk enige tijd overheen. Waar geen tijd overheen gaat, is dat vanaf het moment dat wij dat veld mogen gebruiken, wij te maken hebben met de huur van dat veld. Die is bijna € 1900 per jaar, alleen voor het veld. Dat gevoegd bij de voorgenomen verhoging van de sportaccommodatie, zal het duidelijk zijn dat dat voor een jonge vereniging een forse uitdaging is. Dat zeg ik bewust. Een forse uitdaging, omdat ik ook eens de andere kant hiervan wil benadrukken. Het is zo gemakkelijk gezegd. Wij hebben begrip voor de bezuinigingen, maar wat betekent dat begrip nu als je kijkt naar de binnenkant van onze vereniging? Want, wat proberen wij dan te doen? Als u in de kadernota schrijft, dat de volwassene zijn eigen hobby moet betalen, dan kan ik daarbij van alles voorstellen. Het begint echter al bij de jeugd. Als je de jeugd kunt betrekken bij alle activiteiten van de vereniging en als je hen het gevoel kunt geven dat zij niet zomaar een uurtje aan het sporten zijn, maar dat zij via het verenigingswerk een deel van hun tijd zinvol en aangenaam besteden, dan leidt dat er later toe dat zij meer actief betrokken zijn bij de vele activiteiten die naast de sportieve activiteiten van hen gevraagd wordt. En dat is nu precies het probleem. Ik ben nu een jaar voorzitter en ik kan u vertellen dat ik het verschil niet weet of ik aan het werk ben of dat ik voor de atletiekvereniging aan de gang ben. Dat geeft niks, dat is mijn keus, maar het geeft wel aan dat steeds meer taken door een steeds kleinere groep gedaan moet worden. Ik vind het dan ook een uitdaging voor iedere club, stichting of vereniging die hier vanavond het woord voert, om zich af te vragen hoe je die betrokkenheid kunt stimuleren.
Eigenlijk is de kern van mijn boodschap: geef ons als jonge vereniging wat meer tijd om die huurverhogingen door te voeren. Dat zou kunnen door bijvoorbeeld te zeggen: als veld 6 voor jullie ter beschikking komt, doe dat dan de eerste vijf jaar om niet. Geef ons de tijd daarmee om dat aanbod te creëren. Dat is wat ik namens de atletiekvereniging wil zeggen.”
De heer F. NAWIJN (PCPO Rijssen)
“Ik sta hier in mijn hoedanigheid als lid van de centrale directie van PCPO Rijssen. Om te beginnen ben ik verheugd dat het college heeft onderkend dat er om trots te blijven op onze schoolgebouwen, meer geld in die gebouwen moet worden gestoken. In de kadernota wordt aangehaald dat wij een aantal jaren onder de minimumvariant hebben geleefd. Ik ben blij te merken dat het de eer van het college te na is om als het ware onze schoolgebouwen kwalitatief in onderhoudstoestand achteruit te zien gaan. Daarmee is er acceptatie voor een belangrijke taak van de gemeente in de uitstraling van onze schoolgebouwen. Het is toch het eerste visitekaartje voor de ouders.
Meer specifiek wil ik nu iets zeggen over de vervangende nieuwbouw van de schoolwoningen. Een poosje geleden stond in de krant: hoe zit het toch met die mooie nieuwe Julianaschool? Het is namelijk al meer dan twee jaar geleden dat u als raad het krediet ter beschikking stelde. Die tijd is heengegaan met vooral planologische problemen, maar ook door onze eigen schuld in die zin dat wij graag niet een gewone school willen bouwen, maar een bredeschool. Dat wil zeggen: een multifunctioneel gebouw, dat naast onderwijs ook kinderopvang en allerlei andere maatschappelijke activiteiten mogelijk maakt.
Ondertussen zijn in Nederland in negen van de tien gemeenten een of meer bredescholen opgericht de laatste jaren. Dat is geen argument op zich, maar ook een vertaling van een maatschappelijke ontwikkeling. Die kan het best samengevat worden met de zin: de zorg moet naar het kind, in plaats van het kind moet naar de zorg. Het is voor mij een eye-opener geweest en hopelijk is het dat ook voor u. In landen als Australië, Nieuw-Zeeland, Finland is men niet gekomen tot een differentiatie van het onderwijssysteem en het zorgsysteem zoals wij dat in Nederland kennen, puur vanuit geografische beperkingen. Dat dat in Nederland wel is gebeurd en vervolgens een veel te duur systeem heeft opgeleverd, wordt algemeen erkend. Maar nu moeten wij terug. Hoe doen wij dat dan? Daarbij worden steeds vaker bredescholen gebouwd, die multifunctioneel zijn, die flexibel zijn in hun ruimten, die nauwelijks of niet klaslokalen kennen, maar die wel zo te maken zijn, waar naast onderwijs en kinderopvang ook sprake is van maatschappelijk werk, fysiotherapie. Wij hebben intentieverklaringen van de bibliotheek, van de muziekschool, van de Gereformeerde Hogeschool als opleidingsinstituut: allemaal voorbeelden van organisaties die rondom en in de school hun activiteiten rondom de kinderen willen ontplooien. Ik dank het college, samen met de afdeling Onderwijs en de afdeling Ruimtelijke Ordening, voor de constructieve opstelling van de afgelopen twee jaar om in onze visie die visie te realiseren met het beschikbare budget. Dat dat nu zo moeilijk blijkt te zijn, komt ook door de economische crisis en het vinden van een financier, die met name het kinderopvangdeel financiert. Wij zijn er dicht bij, maar wij zijn er nog net niet. Dat laatste eindje is een moeilijke weg om te gaan, omdat ik ook wel begrijp dat als je praat over 40 jaar en over risico’s die de gemeente neemt, het niet een weg is die je heel gemakkelijk gaat met elkaar. Toch roep ik u op nog eens creatief en integraal naar het gebouw te gaan kijken in de veronderstelling dat wij geen spijt moeten krijgen van wat wij nu gaan bouwen met elkaar en dat wij over vijf jaar niet denken: hadden wij dat maar anders gedaan.
Dat is wat ik namens PCPO wil zeggen.”
De heer H. SPANJER (De Waerdenborch)
“Geachte leden van de raad van Rijssen-Holten. Mijn naam is Halbe Spanjer en ik ben rector van scholengemeenschap De Waerdenborch in Holten. Ik wil u graag mijn steun betuigen voor nieuw beleid dat u in weerwil van de gemeentelijke bezuinigingen vorm gaat geven.
In de kadernota 2012-2015 stelt het college voor om een bedrag van € 65.000 beschikbaar te stellen voor het treffen van maatregelen voor verbetering van de akoestiek van sporthal ’t Mossink, waardoor de nagalmtijd dichter bij de gehanteerde normen komt. Het zal u bekend zijn dat De Waerdenborch veel gebruik maakt van sporthal ’t Mossink. Voordat ik in Holten kwam werken las ik in de Stentor over de geluidsproblemen in de gemeentelijke sporthallen. Tijdens mijn sollicitatie heb ik dit onderwerp ook aangesneden. Vooral omdat mijn aanstaande collega’s met oordoppen op gymles gaven. In het laatste gesprek kon ik vragen of er al een feestje was gegeven, omdat er inmiddels, alweer in de Stentor, melding was gemaakt van een krediet om die geluidsoverlast te beperken.
Vanaf de eerste week van januari 2011, mijn eerste werkweek op De Waerdenborch, werd mij echter snel duidelijk dat het geld er niet zou komen en dat de problemen dus zouden aanhouden.
Op 1 februari heb ik daarom burgemeester en wethouders een brief geschreven met het dringende verzoek om hun verantwoordelijkheden te erkennen en hun gevraagd om het voortouw te nemen voor maatregelen die op korte termijn leiden tot het laten voldoen aan de Arbo-eisen van de door het onderwijs gebruikte sportvoorzieningen.
Ik ben dan ook samen met mijn collega’s van de sectie Lichamelijke Opvoeding verheugd dat er nu toch iets aan de geluidsproblemen in ’t Mossink gaat worden gedaan. Wij voelen ons erkend en waarderen het zeer dat er ruimte voor nieuw beleid is gevonden. Want wie in het onderwijs investeert, investeert in de/zijn/haar toekomst.
Ik dank u voor uw aandacht.”
Mevrouw M. BOLSTER (Scoop Welzijn)
“Geachte voorzitter, gemeenteraad van Rijssen. Ik ben Marian Bolster, coördinator van het Kleuter Plus project en ik spreek namens de organisatie Scoop welzijn uit Almelo. Wij hebben uw brief over de bezuinigingen van 21 februari jl. ontvangen. Dat was wel even schrikken voor Scoop welzijn Almelo, maar ook voor de Kleuter Plus medewerkers. Het kan toch niet zo zijn dat, wat we in 15 jaar hebben opgebouwd, in twee jaar nu weer afbouwen? Geen subsidie met ingang van 2012 betekent het einde van het project.
U schetst in uw brief wat het betekent voor het Kleuter Plus project. Wij begrijpen dat de gemeente door teruglopende inkomsten moet bezuinigen, maar de keuze om de activiteiten binnen het integratie- en onderwijsachterstandenbeleid te versoberen c.q. te stoppen vinden we geen goede keuze. U geeft in de brief ook aan dat onderwijsinstellingen dit zelf kunnen regelen en kunnen uitvoeren, maar realiseert u zich wel dat Kleuter Plus juist aanvullend en versterkend is en haar doelgroep bereikt die anders niet bereikt worden, namelijk ouders uit achterstandmilieus.
Tevens is Kleuter Plus een versterking van VVE en juist dit vindt u zo belangrijk, want u schrijft dat de nieuwe doelstelling wordt: “Investeren in VVE voor een zo groot mogelijk bereik van doelgroepkinderen. Dit betekent voor onze gemeente een bredere inzet van activiteiten binnen de voorschoolse educatie.” Prima doelstelling, maar daarom juist erg jammer dat u Kleuter Plus niet wilt voortzetten als aanvullend en versterkend programma naast het onderwijs.
Kort noem ik u hierbij de sterke kanten van Kleuter Plus en de effecten die bereikt zijn:
Kleuter Plus is een voor Almelo en Rijssen op maat ontwikkeld thuisgericht programma en gericht op opvoedingsondersteuning en ontwikkelingsstimulering met als doel het realiseren van gelijke kansen en ontplooiingsmogelijkheden voor alle kinderen in het onderwijs.
Gedurende twee jaar voeren ouders vijf maal per week een activiteit uit met hun kind aan de hand van speciaal ontwikkelde materialen met als doel het vergroten van onderwijskansen van kinderen uit achterstandssituaties, het stimuleren van de cognitieve en taalontwikkeling van de kinderen, het bevorderen van een actieve leerhouding bij het kind en het bevorderen van de interactie tussen ouder en kind. Naast het programma zijn er ook groepsbijeenkomsten door Kleuter Plus medewerkers. Samen met dit alles bereiken wij met dit programma veel kinderen van vier tot zes jaar in achterstandsituaties, voor het merendeel Turkse en Marokkaanse gezinnen, maar ook autochntone gezinnen.
De schoolprestaties van kinderen uit laag-sociaaleconomische milieus liggen onder het landelijk gemiddelde. Al op jonge leeftijd vertonen deze kinderen achterstanden in vaardigheden die nodig zijn om vorderingen te maken in het schoolse leren. Kleuter Plus bereikt deze doelgroep met goede resultaten, ook landelijk gemeten. Enkele resultaten:
-Kinderen die aan het thuisgerichte programma hebben deelgenomen, stromen beter door naar groep 3 dan kinderen uit de controlegroep; 70% stroomt door
naar groep 3 tegenover 50% van de controlegroep.
-Aan het einde van het programma Kleuter Plus vertonen kinderen een voorsprong op de toetsen voorbereidend rekenen en op de woordenschattoets.
-Uit het observatieonderzoek blijkt dat het thuisgerichte programma een positief effect heeft op de kwaliteit en de inhoud van de moeder -/kindrelatie en
interactie.
-Meedoen met het programma geeft tevens een gunstige start in het onderwijs en heeft op lange termijn een gunstig effect op hun doorstroming in het onderwijs. -Ook doubleren kinderen die het thuisgericht programma hebben gevolgd minder vaak.
-Er zijn geen verschillen op de Cito-toetsen. Bovendien krijgen de kinderen vergelijkbare vervolgadviezen.
Zijn dit geen goede resultaten? In de bijlage die we u aangereikt hebben via de griffie, kunt u deze resultaten nog eens nalezen.
Scoop welzijn Almelo wil in elk geval niet achterover leunen, maar wil proactief zijn en met u meedenken. Wat vragen wij u? Een heroverweging inzake de bezuinigingen die het Kleuter Plus project betreffen en Scoop welzijn Almelo als gesprekspartner blijven zien in kader van VVE en zij betrokken worden bij de uitvoering van de doelstelling om zo samen de kansen en mogelijkheden te integreren het aanbod van de gemeente Rijssen-Holten. Dit vragen we omdat Scoop welzijn in staat is en open staat voor aansluiting. Wij hebben ervaring en expertise en we willen graag een serieuze gesprekspartner zijn en blijven om samen voor deze groep iets te kunnen betekenen in de gemeente Rijssen-Holten. Dit in het belang van ouders en kinderen. Dit is u denk ik veel waard.
Dank voor uw aandacht.”
De heer A. SMIT (Scouting Oosterhof Niej-begin)
“Geacht college, geachte leden van de raad, aanwezigen. Scouting krijgt dit jaar jeugdlidsubsidie voor 123 leden; totaal een bedrag van € 844. Als de plannen doorgaan, wordt dit bedrag gehalveerd. Daar zijn wij niet blij mee.
In de kadernota, paragraaf 4.4, wordt beschreven hoe belangrijk sport is voor jongeren en voor jongvolwassenen. Juist binnen scouting is er veel aandacht voor sport, spel en sociale vaardigheden.
We zijn een vereniging met relatief veel jeugdleden: 123 van de 160 leden zijn jeugdlid tot 18 jaar. We leren kinderen sociale vaardigheden: samen werken, samen spelen. Er is bij scouting plaats voor kinderen met wat mindere motoriek of wat minderen sociale vaardigheden. Door de veelheid aan spelaanbod is er voor ieder wat wils. Juist niet-sportieve kinderen worden bij scouting geprikkeld om toch lekker te bewegen en buiten te spelen. We hebben een opleiding, waar de oudere jeugd leert om leiding geven aan de jongere jeugd. Misschien is dat wel een voorbeeld voor andere verenigingen.
We zijn een grote vereniging met 160 mensen, maar met een klein budget. Op een jaarbudget van ongeveer € 20.000, krijgen we € 850 euro subsidie; dat is ongeveer 4%. We maken geen gebruik van gemeentelijke sportaccommodaties, maar houden financieel, bijna helemaal, onze eigen broek op.
Als laatste: u wilt onze subsidie van € 850 korten met 50%. Daarnaast wordt de subsidie een soort van persoonsgebonden budget. Als dat doorgaat, moeten we verantwoording afleggen over een budget van 50% van € 844, en dat wordt dan ook nog weer eens een keer door de gemeente beoordeeld. Wij verwachten dat de maatschappelijke beheerskosten dan waarschijnlijk hoger worden dan de verstrekte subsidie.
Scouting maakt wekelijks waar wat u in uw kadernota voorstaat: Sport, Spel, Sociale vaardigheden. En juist dat wilt u nu gaan korten.
Namens Scouting Oosterhof-Niej Begin vraag ik u om uw voorstel voor de halvering van de jeugdlidsubsidie in te trekken, en om de uitvoering van de subsidieregels eenvoudig en goedkoop te houden.
Dank u voor uw aandacht.”
De heer J. KARSTEN
“Vooraf: ik spreek op persoonlijke titel en niet namens de WMO-Adviesraad, niet via mantelzorg of de gezamenlijke diaconieën.
Ik heb vanavond eens even geluisterd naar al die mensen die gesproken hebben via de sport. Ik heb een heel ander geluid. Ik heb het hele bezuinigingspakket doorgelezen en ik heb mij verwonderd dat de gemeente zo veel geld weggeeft. Nu wordt er bezuinigd, waarschijnlijk met de kaasschaafmethode: hier een beetje, daar iets meer. Dit is slechts de eerste ronde. Over tien jaar zeggen wij: wat hadden wij het tien jaar geleden toch goed.
Ik heb een alternatief voorstel om te bezuinigen, om te beginnen bij het nulpunt en vandaar uit opbouwen naar noodzakelijkheid.
Het eerste gedeelte: Met noodzakelijkheid bedoel ik de eerste levensbehoeften, te beginnen met het belangrijkste punt: water, brood, kleding, slapen, huisvesting, warmte, gezondheidszorg, veiligheid, scholing, werkgelegenheid, ontspanning. Er staat geen kerk, vereniging en sport tussen, omdat dit niet tot de eerste levensbehoefte behoort.
Het tweede gedeelte: als er vanuit deze gedachte wordt ondersteund, dan moet dit wel vanuit het gelijkheidsprincipe zijn, dus zonder discrimininatie naar ras, overtuiging, enzovoort. Ook moeten alle doelen over een kam worden geschoren, ook weer te beginnen vanuit de eerste levensbehoefte. En dan bedoel ik niet het eten en drinken, maar dan bedoel ik subsidie voor de zorgverlening van: lichaam en psyche, de maatschappelijke zorgverlening, welbevinden, ontspanning, zwemles en, als laatste, de sport. Ik ben niet populair.
Het derde gedeelte. Nogmaals: vanuit het gelijkheidbeginsel. Breed gezien, hebben verenigingen een maatschappelijke functie; de schaakclub net zoals de voetbal en de kerk. De kerken vragen geen steun, maar hebben wel degelijk een maatschappelijke functie. In Nederland worden de kerken de laatste decennia bekeken als een gewone vereniging, zij het met een andere wettelijke status. Dat komt, omdat de diaconie vroeger een sociale dienst was. Omdat tijdens de secularisatie ook onkerkelijke mensen ondersteund moesten worden, heeft de regering de taak overgenomen. Dit is de reden dat de kerken nog geen subsidie vragen voor hun goede doelen. U zou er rekening mee kunnen houden dat de diaconieën in de verre toekomst geld komen vragen.
Ik vind dat de zwakken in de samenleving eerder geholpen moeten worden dan de hobbyisten. Als je wilt voetballen, dan moet je dat zelf maar betalen. Niet gooien met tomaten.
Zwemles is veilig en heeft een prioriteit. Bewegen is gezond. Te veel sport niet.
Ik ga afronden. Moraal van dit verhaal: wij zijn verwend met onze verzorgingsstaat. Wij moeten terug naar de burenplicht. Den Haag wil weer de situatie van de jaren ’30 terug, de familie moeten buren en elkaar helpen. De jongere moet de oudere helpen. Er zal nog vaker een beroep op mantelzorg gedaan worden.
Dank u voor uw aandacht.”
De heer G. LEPPINK (Stichting Welzijn Ouderen Rijssen-Holten SWOR-H)
“Geachte voorzitter, raadsleden, aanwezigen. Namens de Stichting Welzijn Ouderen Rijssen-Holten dank ik u voor de mogelijkheid te reageren op de onzalige gedachte van het college om de subsidie ten behoeve van die Stichting Welzijn Ouderen Rijssen-Holten vanaf 2012 te halveren en daarmee het voortbestaan van deze stichting het spel te zetten. Mijn naam is Geurt Leppink en ben voorzitter van genoemde stichting.
Op 1 april 2008 is in de commissie Maatschappelijke Dienstverlening een verzoek tot subsidie ten behoeve van 2 ouderenadviseurs door u aangenomen en is dit bevestigd in de raadsvergadering van 16 april 2008. Enkele citaten om tot dit besluit te komen waren:
“de heer Noordam vindt het schrijnend dat er geen geld beschikbaar komt voor de SWOR-H”;
“mevrouw Tijhof vindt het noodzakelijk dat met professionele krachten voor advies en bemiddeling ouderenwerk een must is”;
“de gemeente Rijssen-Holten een achterstand heeft in te halen t.o.v. andere gemeenten en de SWOR-H vanuit haar doelstellingen hierin een belangrijke bijdrage kan leveren.” Citaat van het
amendement kadernota 2009-2012 ondertekend door alle partijen.
“Wethouder ter Keurst vindt het probleem van de ouderen ook schrijnend”.
Het college van B en W stelt uw raad nú voor die incidentele subsidie stop te zetten. Dit, terwijl de evaluatie alleen maar uitwijst dat de inzet van ouderenadviseurs zich heeft bewezen. Dat is dus terug naar af, terug naar die achterstandsituatie, waarin het ouderenwerk in deze gemeente zich in 2008 nog bevond. Alle energie, menskracht, vrijwilligersinzet –wij hebben er behoorlijk wat hier zitten - en niet te vergeten veel geld, wordt daarmee over de schutting gegooid en is dus weggegooid.
Op 2 januari 2009 zijn 2 ouderenadviseurs in dienst getreden. Zij maken het mogelijk, samen
met secretariële ondersteuning, in totaal slechts 2,8 fte, om dat en zelfs meer te doen dan u van de SWOR-H hebt gevraagd: “namelijk zorgen dat ouderen zo goed en zo lang mogelijk kunnen deelnemen aan de maatschappij”. In onze, door u gevraagde evaluatie na ruim 2 jaar, is heel nadrukkelijk de betekenis van ouderenadvieswerk weergegeven.
Vorige week dinsdag, 15 maart 2011, hebben afgevaardigden van alle fracties, in een overleg samen met ons kennis kunnen nemen van de noodzaak tot het structureel maken van ouderenadvieswerk door middel van ten minste 2 professionele ouderenadviseurs. Mijn beeld daarbij was dat wij u overtuigd hebben.
Wij hebben meegedacht en u handvatten aangereikt om te komen tot een vermindering van subsidiegelden voor onze stichting, en wel 35% van de reguliere subsidie te gaan inleveren. 35%. Dat kan door welzijnsactiviteiten in de gemeente fijnmazig en op elkaar af te stemmen en de
hele levensloop omvattend. Maar: door te bezuinigen op het Sociaal Cultureel Werk in Holten en de SWOR-H ongeveer weg te bezuinigen, blijven er twee uitgeklede organisaties over. Twee uitgeklede organisaties hebben niets meer over om één nieuwe aangeklede organisatie te vormen.
Het is thans aan u om uw overtuiging van de noodzaak van het op nog meer op peil brengen van ouderenwelzijn en de continuering ervan, om te zetten in een structureel bedrag van € 90.000 per jaar. Dit, om onze 2 ouderenadviseurs dat te kunnen laten doen wat u 2 jaar geleden als zeer noodzakelijk hebt gevonden. Ik kan mij nauwelijks voorstellen dat uw destijds geventileerde mening nu ineens niet meer van toepassing is.
En bedenk één ding: Bert Holman, secretarisgeneraal van het ministerie van VWS, en dus niet zomaar iemand, zegt het zo: “1 euro Welzijn bespaart 5 euro Zorg”.
Ik ga ervan uit dat wij u voldoende hebben aangegeven dat het behouden van de ouderenadviseurs een must is om datgene wat u zelf in uw strategische visie hebt gesteld, namelijk: “dat ouderen zo goed en zo lang mogelijk moeten kunnen deelnemen aan onze maatschappij”, uit te kunnen blijven voeren.
Ik wens u veel wijsheid.”
Mevrouw C. KLAASSEN (voorzitter OAR, Ouderen Advies Raad Rijssen-Holten)
“Geachte leden van de gemeenteraad. Ik wil gaarne gebruik maken van het recht tot inspreken over het onderwerp: “De in te voeren bezuinigingen bij de SWOR-H”.
De SWOR-H is een jonge organisatie, ontstaan na het samengaan van Stichting De Koepel te Rijssen en de Stichting Welzijn Ouderen te Holten in 2008. Na het samengaan zijn twee ouderenadviseurs, met een hbo-opleiding, gaan werken aan de opzet van een organisatie, die het welzijn van de senioren in onze gemeente Rijssen-Holten beoogt. Of en hoe dit gelukt is, na slechts korte tijd, kunt u lezen in het rapport Evaluatie Ouderenadviseurs 2009-2010, dat u door de directeur a.i. in maart j.l. ter hand werd gesteld. Uit dit rapport komt duidelijk naar voren dat een goede start is gemaakt met het verwezenlijken van de gestelde doelen. De organisatie staat en heeft in korte tijd veel bereikt. Datgene wat nu bereikt is, mag niet verloren gaan.
Aan de andere kant mag niet worden voorbijgegaan aan de noodzaak van bezuinigingen. De OAR is zich hier terdege van bewust en wil hier graag aan meewerken door enkele punten aan u in overweging te geven:
· Het is een oud-Nederlands gezegde, dat de trap moet worden schoongemaakt van boven naar beneden.
· Engelsen zeggen dat een organisatie “Lean and mean” moet zijn.
Naar aanleiding van het voorgaande, denkt de OAR aan de volgende punten:
· Directe verantwoordelijkheid van de twee ouderenadviseurs met hbo-opleiding, voor de organisatie en uitvoering van een door het bestuur opgesteld beleidsplan.
· Het beëindigen van de organisatie van ‘pretbijeenkomsten’ ofwel sociale bijeenkomsten, georganiseerd door de SWOR-H.
· Opzeggen van de huur in het Kulturhus en dit vervangen door een spreekuur van twee keer per week in bijvoorbeeld De Boschkamp, immers het bureau van de
SWOR-H is ook per telefoon slechts een beperkt aantal uren per week bereikbaar. Dus waarom een ruimte huren in Holten voor continu gebruik? En, wie is de
eigenaar van dat Kulturhus?
De ruimte, gehuurd in het medisch centrum in Rijssen is gebeurd in opdracht van de gemeente, dus slechts gedeeltelijk de verantwoordelijkheid van de
SWOR-H en beide zullen in overleg het probleem van de hoge huur of lengte van het huurcontract moeten oplossen.
· De noodzaak voor een nieuw Senioren Voorlichtingsproject dient te worden heroverwogen, omdat het vorige project zowel in Rijssen als in Holten voldoende
informatie heeft gegeven voor enige jaren werk.
De hiermee vrijgekomen vrijwilligers kunnen dan worden ingezet, onder aanvoering van de ouderenadviseurs, om de eenzaamheid van de senioren te bestrijden.
· Training van de bezetting door gemeenteambtenaren van het Zorgloket, zodat de senioren, zonder hulp van de ouderenadviseurs hun frustraties omtrent de
wirwar van regels en wetten kunnen overwinnen.
Dit is een probleem van de gemeente, waarvoor momenteel ouderenadviseurs worden ingezet om het op te lossen. Wij vinden dat fout.
· Inzetten van de bestuursleden van de SWOR-H, die vrijwilligers zijn, voor het overnemen van diverse taken die momenteel door beroeps – of ingehuurde
krachten worden gedaan.
De OAR is dan ook van mening dat door overleg en gezamenlijke inzet de vereiste besparingen kunnen worden gerealiseerd, waarbij het welzijn van de senioren in onze gemeente niet, of slecht weinig, behoeft te lijden.
De OAR is door een mogelijke communicatiefout helaas niet tijdig ingelicht over deze bijeenkomst, waardoor slechts op hoofdpunten kan worden gereageerd, maar ze wil graag meewerken aan de oplossing van dit probleem.
De OAR zal op korte termijn en in detail schriftelijk haar ideeën uiteenzetten en u, de gemeenteraad, hiervan op de hoogte stellen. Ook de betrokkenen zullen, in kopie, op de hoogte worden gebracht.
De OAR hoopt op een positieve en open wijze en waar nodig, met de betrokkenen van gedachten te kunnen wisselen en zodoende te kunnen bijdragen aan de oplossing van de huidige problemen.
Ik dank u voor uw aandacht.”
De heer E. ZWOFERINK (Adviesraad leerlingenvervoer)
“Geachte burgemeester en wethouders, raadsleden en andere aanwezigen. Dank dat wij de tijd krijgen om hier in te spreken. Ik wil graag een stukje citeren uit de concept Kadernota 2012-2015 gemeente Rijssen-Holten, waarin staat op pagina 9, onderdeel H: ”Het leerlingenvervoer is een wettelijke taak, waarvoor een verordening bestaat. Door een toename van het aantal leerlingen dat gebruik maakt van het leerlingenvervoer stijgen de kosten structureel met circa. € 150.000,-. Het gebruik van centrale opstapplaatsen wordt inmiddels toegepast voor het vervoer naar de Eliëzer- en Obadjaschool in Zwolle. Door onder meer het gebruik van centrale opstapplaatsen verder uit te breiden en te kijken naar andere mogelijkheden rond stage van leerlingen in het speciaal voortgezet onderwijs kan naar verwachting ongeveer € 50.000,- worden bezuinigd. Per saldo levert dit een nadeel op van afgerond € 100.000,-.”
Bezuinigen: een bezuiniging dus van € 50.000 voor het leerlingenvervoer. De gemeente wil de centrale opstapplaatsen uitbreiden. Dit zal inderdaad een bezuiniging voor de gemeente te weeg brengen, maar of dit het welzijn bevordert van de toch al kwetsbare kinderen, die met het leerlingenvervoer worden vervoerd, is nog maar zeer de vraag. Wij trekken dit als adviesraad zeer in twijfel. De zwakkeren uit de samenleving mogen niet de dupe worden van deze bezuinigingsronde. Dit wil niet zeggen dat wij niet mee willen denken in termen van bezuinigingen, alleen vinden wij dat de in de concept kadernota beschreven maatregelen voor het leerlingenvervoer niet de juiste zijn. Centrale opstapplaatsen voor de kinderen die vervoerd moeten worden naar de Eliëzer- en Obadjaschool zijn, helaas, een gepasseerd station. Wij kunnen discussiëren of wij het ermee eens zijn of niet, maar het is doorgevoerd. Deze groep kinderen kan echter niet vergeleken worden met clusterkinderen, die een beperking hebben en vaak aangewezen zijn op kleinschalig vervoer. In het verleden zijn er genoeg slechte voorbeelden geweest. In de tijd dat er nog een grote bus naar Almelo reed, zijn er heel erg veel klachten binnengekomen. Deze kinderen hebben daarmee emotionele schade opgelopen. In overleg met de gemeente is destijds dan ook besloten om dit soort vervoer te schrappen, omdat dit vervoer de kinderen absoluut geen goed deed.
Als adviesraad zouden wij u dan ook willen vragen om ons als gesprekspartner aan te wijzen voor deze bezuinigingen, maar dan ook als volwaardige partij die dan ook zijn expertise in kan brengen en die de kinderen kan helpen. Nu worden nog vaak onze adviezen in de wind geslagen en dat is toch erg jammer. De aanbesteding van het leerlingenvervoer hebben wij destijds in samenwerking met de betreffende afdelingen van de gemeente Rijssen-Holten begeleid. Van alle 30 aanbevelingen door ons gedaan, zijn er daadwerkelijk in principe maar 3 overgenomen. Dit geeft al aan dat wij graag meedenken, maar wij willen later liever niet constateren dat er weer een voldongen feit op tafel ligt.
Nogmaals, de adviesraad ziet in dat iedereen de broekriem aan moet halen, maar als adviesraad leerlingenvervoer willen en moeten wij opkomen voor onze kinderen. Deze kinderen en hun ouders/verzorgers moeten elke dag weer een strijd voeren om het beste voor zijn of haar kind eruit te halen. Duidelijk mag zijn dat het hebben van een kind met een beperking een zeer grote impact heeft op het hele gezin. Deze ouders/verzorgers hebben er niet voor gekozen, ze doen niemand kwaad, breken niet in, ze frauderen niet. Ze doen alleen maar hun uiterste best om het beste voor het kind eruit te halen. Dit begint met goed vervoer, een zorg minder in het gezin, want zorgen, beste raadsleden, hebben ze al meer dan genoeg.
Wij zouden u als raadsfracties dan ook willen vragen de bezuinigingen op het leerlingenvervoer kritisch te bekijken en kritisch tegen het licht te houden. Het gaat om kwetsbare kinderen, die het toch al moeilijk hebben. Nog meer bezuinigen zou het welzijn van de kinderen niet bevorderen.
Wij als adviesraad leerlingenvervoer willen graag met u meedenken, u adviseren over hoe er bezuinigd kan worden zonder dat het welzijn van deze kinderen aan wordt getast.
Ik dank u voor tijd en we hopen dat u de wijsheid mag hebben om samen met ons de juiste beslissing te nemen voor deze kwetsbare groep in onze gemeente.”
De BURGEMEESTER: Ik constateer dat wij wat voorlopen op ons schema. Ik stel voor even een kop koffie te drinken en even de benen te strekken.
Schorsing van 20.52 tot 21.08 uur.
Mevrouw A. ROL (MEE Reizen)
“Geacht college, al vele jaren ontvangt MEE Twente subsidie voor het vakantiewerk van MEE Reizen ten behoeve van mensen met een verstandelijke beperking. Dit jaar gaan er meer dan 800 deelnemers uit de Twentse gemeenten met ons op vakantie. Om de reizen betaalbaar te houden worden onze vakanties begeleid door enthousiaste vrijwilligers. Gelukkig vinden we elk jaar weer ruim 300 vrijwilligers bereid om de deelnemers een leuke vakantie te bezorgen. Zij stellen belangeloos tijd beschikbaar, maar dat betekent wel dat de mens met een verstandelijke beperking altijd dubbel zijn vakantie moet betalen: voor zichzelf en voor zijn vrijwilliger.
De reizen kosten gemiddeld € 850, dus de € 50 die wij van de gemeente krijgen, zijn altijd meer dan welkom. € 50 voor deze mensen met een verstandelijke beperking is tenslotte een heel groot bedrag. Dit, omdat deze mensen veelal van een uitkering moeten leven en weinig te besteden hebben en omdat zij door hun beperking ook heel vaak extra geld nodig hebben. Zij hebben veel medicijnen nodig en veel attributen nodig om hun leven leefbaar te maken. Ik hoop dus heel erg dat wij op de € 50, die wij per persoon krijgen van mensen uit jullie gemeente, kunnen blijven rekenen.”
Mevrouw I. HIDDINK (Stichting Sociaal Cultureel Werk)
“Voortvloeiend uit de kadernota en met de motivatie “volwassenen en ouderen dienen hun eigen hobby te betalen” heeft de wethouder Onderwijs aan SoCuWe meegedeeld een bedrag van € 60.000,- in 5 jaar te moeten bezuinigen. Een voorstel waar we op een aantal punten kritische kanttekeningen bij willen plaatsen.
In de eerste plaats is het bedrag volstrekt irreëel, omdat het op verkeerde uitgangspunten is gebaseerd. Wij hebben u daarover al uitvoerig schriftelijk geïnformeerd en gaan daar nu niet verder meer op in. Wij gaan er zonder meer vanuit dat de gevolgen van deze foutieve aanname in de definitieve bezuinigingsvoorstellen worden hersteld en gaan verder bij onze inhoudelijke bezwaren tegen de bezuiniging uit van het reële bedrag van ruim € 37.000,-
In de tweede plaats bevreemdt het ons bijzonder de bezuiniging terug te vinden onder het hoofdstuk Onderwijs, met de bewoording “Vormings- en Ontwikkelingswerk voor Volwassenen”, VOV. Een sterk verouderde benaming, stammend uit de tijd van de VOS (vrouwen oriënteren zich in de samenleving) cursussen en de moeder-MAVO.
SoCuWe is geen opleidingsinstituut of Educatief Centrum. Onze beroepskrachten zijn geen onderwijsmensen maar Welzijnswerkers.
In de derde plaats zouden wij aandacht willen vragen voor de uitspraak van Bert Holman, WMO-medewerker bij het ministerie van VWS, die stelt: “€ 1,- Welzijn bespaart € 5,- Zorg. € 63 miljard geven we in Nederland uit aan gezondheidszorg. Aan Welzijn vele malen minder. Waarom eigenlijk? Het is allang bekend dat gelukkige mensen gezonder zijn. En omgekeerd weten we dat mensen met gezondheidsklachten lang niet altijd geholpen zijn met dure behandelingen, maar vaak veel meer met aandacht en een zinvolle tijdsbesteding. Dat is werken aan Welzijn, dat is waar wij ons verantwoordelijk voor voelen. Maar het is ook de verantwoordelijk van de overheid, van u. Net zo goed dat u moet zorgen dat fietspaden veilig zijn, lantaarnpalen op de goede plek staan en de gaten in het wegdek worden gedicht, is werken aan Welzijn ook uw zorg.
Wij vragen u dan ook goed na te denken of fors bezuinigen op Welzijn wel zo’n sterke zet is, wetende dat de rekening hiervan elders meer dan dubbel zo hard wordt gepresenteerd.
Als vierde punt willen we aangeven grote moeite te hebben met de motivatie: “Volwassenen en ouderen betalen hun eigen hobby”. Wij kunnen dit uitgangspunt billijken daar waar het gezonde, weerbare volwassenen betreft. Maar echt: Welzijn is zoveel meer dan alleen een hobby. Welzijn is dat je je niet eenzaam voelt, dat je het gevoel hebt dat je meetelt, dat je bestaan zinvol is. En dat is waar veel van onze activiteiten voor volwassenen en ouderen op gericht zijn. Daar waar het uitsluitend de beoefening van een hobby is, zullen we moeten bekijken of en hoe we dit aanbod kostendekkend kunnen gaan aanbieden.
Maar daar waar onze activiteiten zuiver gericht zijn op welzijnsdoelen, heeft dit desastreuze gevolgen: Als alle kosten doorberekend moeten worden aan de deelnemer betaalt een eenzame oudere geen € 8,- voor een gezamenlijke brunch en gaan 12 lessen seniorengymnastiek in plaats van € 24,- zo’n slordige € 70,- kosten. Tja, hoe goed bewegen voor ouderen ook is, velen zullen hierdoor om financiële reden moeten afhaken.
We willen u erop wijzen dat de voorgestelde bezuiniging voor SoCuWe een forse inkrimping van het aantal formatie-uren betekent. In de strategische visie, in de kadernota, in de conceptnota Wonen, Zorg en Welzijn: overal vinden we het belang van de inzet van vrijwilligers terug. We onderschrijven dit. Ten zeerste zelfs, SoCuWe heeft meer dan 150 vrijwilligers. Maar de kwaliteit en de continuïteit van Welzijn is de verantwoordelijkheid van beroepskrachten. Welzijn kan en mag geen taak voor alleen vrijwilligers worden. Als het bezuinigingsvoorstel, zoals het er nu ligt, in zijn volle omvang wordt uitgevoerd, betekent dit voor SoCuWe een inkrimping met 30% op het aantal formatie-uren. Echt, de rek om nog efficiënter werken, zit er bij onze organisatie niet meer in. Dus het betekent simpelweg dat een flink aantal activiteiten, ook voor kwetsbare burgers en groepen, komt te vervallen.
De kadernota geeft aan voordelen te zien in het toewerken naar een brede welzijnsinstelling, waarvan ook Welzijn Ouderen deel uit maakt. Wij delen die visie, zien inhoudelijke voordelen en denken dat het zeker efficiëntiekorting zal opleveren, maar niet als eerst fors bezuinigd wordt, én op SoCuWe én op Welzijn Ouderen. Dan tel je nul en nul bij elkaar op en echt, dat blijft nul.
Tot slot: wij hebben enorm veel waardering voor de wijze waarop in deze gemeente in de afgelopen jaren het jeugdbeleid is vormgegeven en het feit dat dit ondanks de noodzaak tot bezuinigen wordt standgehouden, maar goed welzijnsbeleid stopt niet bij 21 jaar. Er zijn meer groepen die onze nadrukkelijke aandacht verdienen. Laat het jeugdbeleid een voorbeeld zijn van hoe het totale welzijnsbeleid vormgegeven moet worden: preventief werken met speciale aandacht voor kwetsbare groepen. Wij willen daar graag ons steentje aan blijven bijdragen.
Dank u hartelijk.”
De heer H. BOSMAN (Stichting Korenmolen De Hegeman)
“Geachte burgemeester, geachte gemeenteraadsleden. Wij hebben als stichtingsbestuur Korenmolen De Hegeman een brief gestuurd naar aanleiding van de bezuinigingsvoorstellen. Ik neem aan dat u die allen heeft ontvangen. Hierop wil ik graag nog een toelichting geven.
- Als eerste vinden wij het vreemd dat we dit bedrag als taakstelling bezuinigingsopdracht opgelegd hebben gekregen.
- Tijdens de gesprekken met de gemeente over het restauratieproject van De Hegeman kregen we het verzoek om de molen over te nemen van de gemeente. Toen werd ons gezegd dat dit geen gevolgen had
voor de exploitatiesubsidie.
- De vergelijking Pelmolen met De Hegeman is niet reëel, zoals ik heb aangegeven in onze brief. De Hegeman is eigendom van de gemeente en de
Beheersstichting regelt de dagelijkse gang van zaken van de molen.
- Dit is een behoorlijke winst voor de gemeente qua ambtelijke inzet, vergeleken met 6 jaar geleden.
- De Hegeman draait zijn rondjes met trots: dankzij de inzet van 25 vrijwilligers.
- Dankzij de inzet van stichtingsbestuur, de molenaar en de vele vrijwilligers is De Hegeman een toeristische trekpleister geworden in het mooie buitengebied
van Rijssen-Holten.
- Deze bezuinigingsopdracht is een klap in het gezicht van al die vrijwilligers die zich kosteloos hebben ingezet voor de molen.
- Het stichtingsbestuur heeft een overeenkomst getekend samen met de gemeente, wat betreft beheer en exploitatie Korenmolen De Hegeman.
- Hier wil het stichtingsbestuur samen met de vrijwilligers zich graag voor blijven inzetten, maar met deze taakstellende bezuinigingsopdracht zien we het
somber in.
- We kunnen binnen onze exploitatie niet zomaar € 6.000,-- naar boven toveren.
- Het klein onderhoud waarvoor de stichting jaarlijks zorg draagt, kost ± € 13.000,-- per jaar. Dit wordt o.a. betaald vanuit de exploitatiesubsidie.
Bovendien wordt de molenaar ingehuurd bij Soweco voor een vast aantal uren hiervan betaald.
- Om extra inkomsten te generen, zullen we het met Molen De Hegeman over een heel andere boeg moeten gooien. Dit betekent dat de laagdrempeligheid van
dit stuk Cultureel Erfgoed komt te verdwijnen.
Beste burgemeester en gemeenteraadsleden, wij begrijpen heel goed dat er bezuinigd moet worden door de gemeente, maar doe dit niet met een kaasschaafmethode, zoals nu wordt voorgesteld.
Wij zijn van mening dat we - met de opzet zoals in 2006 is afgesproken – dit geld al dubbel en dwars voor de gemeente hebben verdiend.
Als vrienden van De Hegeman in Dijkerhoek hopen we dat u nog eens goed naar deze bezuinigingstaakstelling kijkt.
Wij zijn trots op wat er in 5 jaar is opgebouwd en willen daar graag mee verder. Ik hoop u ook.
Dank u wel.”
De heer D. TER HARMSEL / De heer R. BORGHUIS (Stichting Oudheidkamer Riessen)
“Geachte leden van de gemeenteraad, namens de Rijssense Musea, gevestigd in de Oosterhof, wil ik graag het belang van de KRR, de Kulturele Raad Rijssen, ook voor onze Stichtingen onderstrepen. De KRR is in de afgelopen 35 jaar als woordvoerder voor het Rijssense culturele veld opgetreden en heeft als overkoepelend en samenbindend orgaan duidelijk haar functie bewezen. Wij als Rijssense Musea zijn dan ook geschokt te moeten vernemen van het voornemen vanuit de gemeente dat de KRR binnen 2 jaar haar financiële grondslag zou verliezen en derhalve haar functie als spreekbuis namens de culturele verenigingen en subsidieverstrekker bij bijzondere initiatieven van die verenigingen niet meer kan vervullen.
Ook wat de Rijssense Musea betreft, ziet de financiële toekomst er qua gemeentelijke subsidie niet zo goed uit. Het Rijssens Museum, ofwel de Oudheidkamer Riessen en het Internationaal Brandweermuseum, moeten samen bij een bedrag van € 140.000, € 12.000 bezuinigen, terwijl er al € 118.000 aan personele kosten opgaat, inclusief de huisvesting en de beveiligingskosten die niet gering zijn. Beïnvloedbare kosten : € 22.000.
Dat deze opgelegde bezuiniging voor een niet-commerciële culturele instelling als de onze niet zonder grote gevolgen voor de museale dienstverlening zal zijn, behoeft geen betoog.
Weet u overigens dat in heel Overijssel slechts twee gemeenten nu al nog minder subsidie op cultureel gebied verstrekken dan onze gemeente?
Namens de Rijssense Musea en als lid van de KRR verzoek ik u derhalve deze kaalslag op Rijssens Cultureel terrein niet door te voeren. Rijssen, de oudste stad van Twente, met stadsrechten in 1243, verdient ook op cultureel gebied beter.
Dank u.”
De heer R. WESTERA (COV Hosanna)
“Geachte leden van de raad. De aanleiding dat wij hier allemaal bij elkaar zijn is u als raad en bij ons als aanwezigen genoegzaam bekend. Voor ons ligt het concept strategische visie gemeente Rijssen-Holten 2010-2030 en u zult daarover binnenkort een besluit moeten nemen. Een visie die aangeeft hoe de gewenste ontwikkelingen op een aantal terreinen binnen onze gemeente eruit zal gaan zien. Op zich een goede zaak, want regeren is vooruitzien.
De strategische visie stoelt op 3 pijlers en deze pijlers hebben gevolgen voor de begrotingsprogramma’s en helaas worden er nu ingrijpende bezuinigingen voorgesteld.
Even een stukje terug in de geschiedenis. In 2009 is er terecht van alle kanten forse kritiek geuit op de uitgangspuntennotitie cultuurbeleid, met als resultaat dat de wethouder de notitie heeft terug getrokken. Er is toen toegezegd dat er gesprekken met de vertegenwoordigers van de amateurverenigingen gevoerd zouden worden om het een en ander opnieuw te bekijken. Van die toezegging heb ik en vele anderen met mij helaas niets van gemerkt.
Nu, 2 jaar later, dreigt opnieuw hetzelfde scenario. Ik citeer: “De tijd dat de gemeente het beleid bepaalt is voorbij. De gemeente doet dit samen met burgers, instellingen en bedrijfsleven.” Einde citaat. Een prachtig voornemen, maar klopt dit met de werkelijkheid?
Bij het opstellen van de taakstellende bezuinigingen zijn de amateurs weer niet gehoord. Zover mij bekend zijn alleen met vertegenwoordigers van professionele instellingen gesprekken gevoerd. Zelfs het de KRR is niet gehoord en dreigt door de voorgenomen bezuinigingen uit het cultuurlandschap van Rijssesn-Holten te verdwijnen.
Ondanks het gemeentelijke uitgangspunt dat zij de waarde van cultuur voor de leefbaarheid van onze gemeente onderkent, wordt er op het gebied van cultuur fors bezuinigd. Zo vervallen onder andere alle subsidies voor de koren binnen de gemeente. Voor Hosanna als oratoriumvereniging is dit een zware slag. In tegenstelling tot de meeste andere koren geeft Hosanna 1x per jaar een concert met begeleiding met als begeleiding een groot professioneel orkest. U zult begrijpen dat een dergelijke uitvoering voor koor, solisten, orkest en toehoorders een fantastische ervaring is. U zult ook begrijpen dat dit geen goedkope uitvoering is. Hoe is dan een dergelijke uitvoering dan toch financieel mogelijk? Dat kan door het volgende. Koorleden brengen op allerlei manieren een groot deel van de benodigde gelden bijeen, verkoop van zoveel mogelijk toegangskaarten en, niet onbelangrijk, de gemeente draagt in de vorm van subsidie bij in de kosten. Dat is wel 15% van de uitvoeringskosten van zo’n concert.
Als er strikt wordt vastgehouden aan het argument dat volwassenen hun eigen hobby dienen te betalen, dan zal er voor Hosanna het volgende moeten gebeuren om de grote uitvoering toch mogelijk te maken:
- Forse contributieverhoging. Gevolg: geen nieuwe leden en het opzeggen van huidige lidmaatschappen.
- Drastische verhoging van toegangsprijzen. Gevolg: minder kaartverkoop.
Dit alles zal er toe leiden dat wij als oratoriumvereniging deze prachtige concerten niet meer kunnen uitvoeren en zal bestaansrecht voor ons op houden te bestaan en zullen de bewoners naar omliggende plaatsen moeten uitwijken. Als u, als raad, het uitgangspunt “cultuur heeft grote waarde voor de leefbaarheid binnen onze gemeente “ kunt onderschrijven, dan doe ik een dringend beroep op u om de voorgestelde bezuinigingen op subsidies voor koren te schrappen.
Tot slot. Op tv is er een programma te zien met de naam: Korenslag. Enthousiaste koorleden laten hun muzikale prestaties horen. Ik spreek de wens uit dat wij binnen onze gemeente geen korenveldslag zullen beleven met als resultaat een korenkaalslag. Want wat verdwijnt, komt helaas nooit meer terug.
Dank u wel.”
De heer B. SMEIJERS (Koor Pursang)
“Goedenavond allemaal, ik vertegenwoordig het koor Pursang. Pursang is een gemengd koor met ambitie, bestaande uit zo’n 32 zangers en zangeressen. Pursang is het niet eens met de voorgenomen bezuinigingsvoorstellen met betrekking tot de begroting van 2012. Het door burgemeester en wethouders gesloten cultuurconvenant met de provincie richt zich op, in onze ogen, ‘Mega-Projecten’. Voor het koor Pursang is dit ‘een-ver-van-mijn-bed-show’. Met de subsidie, die wij tot nu toe hebben ontvangen van de gemeente Rijssen-Holten en de vruchtbare samenwerking met de Kulturele Raad Rijssen, zijn wij in staat gebleken regelmatig onze culturele en muzikale bijdrage te leveren aan de gemeente Rijssen-Holten en haar inwoners. Indien onze subsidie vervalt en de Kulturele Raad Rijssen ophoudt te bestaan, zal het voor ons als koor niet meer mogelijk zijn zo’n bijdrage te leveren. Iets wat wij ten zeerste betreuren.
Geachte gemeenteraadsleden, het koor Pursang wenst u allen veel wijsheid voor het te nemen besluit.
Dank u wel.”
De heer A. VAN ’T HUL (RMK: Rijssens Mannenkoor)
“Geachte voorzitter, geachte leden van de gemeenteraad. Namens het Rijssens Mannenkoor willen wij graag onze grote zorgen uiten over de inzet van het beleid met betrekking tot cultuur de komende jaren. Een goed verstaander kon ruim anderhalf jaar geleden al nagaan dat er op cultuurgebied het nodige ging veranderen. Reeds op 24 juni 2009 organiseerde de gemeente Rijssen-Holten een bijeenkomst, in Holten, met als agenda:
- Op dat moment werd de cultuurmakelaar en het cultuurplatform geïntroduceerd, een term die toen en nu nog steeds de nodige vragen oproept.
- Daarnaast is toen een eerste aanzet gegeven om de subsidiekraan richting hardwerkende verenigingen dicht te draaien. Dit werd toen nog genoemd: het
harmoniseren van de subsidies van de culturele verenigingen.
Een detail van destijds is dat de volgende tekst destijds in de uitnodiging stond: “Bij de uitwerking van deze onderwerpen en de totstandkoming van de cultuurnota wil de gemeente alle culturele verenigingen, instellingen en groepen betrekken; de experts bij uitstek.” Daarmee ben ik het helemaal eens, echter “betrekken” is er nooit van gekomen. Het is dan vervolgens wel heel vreemd dat de KRR tot op de dag van vandaag geen zitting heeft in het cultuurplatform, ondanks dat dit tijdens de bewuste vergadering al is aangeven door een aantal amateurverenigingen.
Sinds jaar en dag worden de culturele amateur-verengingen in Rijssen vertegenwoordigd door de KRR:
- Zij organiseren culturele activiteiten voor een brede laag van de bevolking.
- Zij bedienen een breed spectrum op cultuurgebied, dat aanslaat en aansluit bij de bevolking.
- Zij ondersteunen verenigingen met het organiseren van activiteiten.
- Zij zorgen dat subsidies rechtstreeks besteed worden aan de culturele activiteiten zonder tussenkomst van organisatiebureaus of makelaars die dit niet voor
niets doen.
Wij zijn dan ook als RMK van mening dat een goed functionerende KRR niet mag worden wegbezuinigd in de gemeente Rijssen-Holten. Daarmee sluit je de ogen voor de waardevolle bijdrage in het verleden, maar blokkeer je ook alle initiatieven in de toekomst die voortkomen uit de KRR en indirect uit de verenigingen. Ook de individuele verenigingen gaan hun subsidie in toekomst missen, zo valt te lezen in de kadernota. Daarbij is het argument: “Volwassenen betalen hun eigen hobby”. Onze koorleden vragen zich dan ook terecht af of dit ook geldt voor de enorme investeringen met betrekking tot aanleg van sportvoorzieningen, die ook ten dienste staan aan een hobby van volwassenen.
Uiteraard betalen wij onze eigen hobby, echter wil je voor de samenleving op gebied van cultuur iets doen, dan is dat niet alleen hobby, maar dan sta je ten dienste van de bevolking. Te denken valt aan:
- Tweejaarlijks organiseren van een Oranjeconcert alleen voor bejaarden. Deze mensen vallen buitende boot in de reguliere oranjeactiviteiten. Hier wordt geen
entree gevraagd, dus is het voor iedereen bereikbaar.
- Meewerken als koor aan een dodenherdenking.
- Meewerken aan de opening van het gemeentehuis op eigen kosten.
Met andere woorden als wij er moeten staan voor de gemeenschap, dan staan we er ook. En natuurlijk: de zangers doen het allemaal voor de hobby, maar zeker bovenstaande activiteiten worden met name gedaan uit plichtsbesef en niet alleen uit hobby.
Over de hoogte van de subsidie voor de verschillende vereniging kan men twisten, echter het principe om subsidie botweg te schrappen is een miskenning van het verleden en gooit de deur dicht voor de plaatselijke activiteiten in de toekomst.
Ik wil de raad dan ook oproepen tot het volgende:
- Zorg dat zowel plaatselijk als provinciale subsidies direct besteed worden aan cultuur zonder tussenkomst van allerlei organisaties en makelaars die betaald
moeten worden.
- Ga achter de KRR staan. Ze hebben namelijk al bewezen dat ze cultuur kunnen maken en vertegenwoordigen een groot deel van de verenigingen en bevolking.
- Demotiveer de ambitieuze amateurverenigingen niet door het laatste beetje subsidie wat ze krijgen ook nog een keer af te pakken.
Ik dank u voor uw aandacht.”
De heer R. KOLKMAN (Holtense Muziekvereniging HMV)
“Voorzitter, hierbij vraag ik uw aandacht voor het verschil in subsidiëring van de diverse muziekopleidingen binnen onze gemeente.
Aristoteles wist het al: “Muziek biedt ontspanning en troost en is bijzonder heilzaam voor onze hersenen. Onderzoek wijst uit, dat muziek goed is voor het geheugen en het concentratievermogen, de coördinatie, de ontwikkeling van de visuele en auditieve vermogens en het onder controle houden van stress. De stress begon bij onze vereniging toen we erachter kwamen, dat de wijze van subsidiëring van de verenigingen c.q. opleidingsinstituten zo verschillend zijn. In een aantal gesprekken met uw ambtenaren is vastgesteld dat er geen verschil bestaat tussen de opleidingen aan de muziekscholen en de plaatselijke muziekverenigingen, met dien verstande dat leerlingen van muziekverenigingen examen doen volgens de normen van de Koninklijke federatie van Muziekgezelschappen (KNFM), nl. het A, B, C en D examen. Dit laatste sluit aan bij een opleiding aan het Conservatorium. Dit houdt dus in dat wij met gekwalificeerde docenten en een raamwerkleerplan werken om deze doelstellingen te halen.
Voorzitter: ‘SONMO-normen’ zijn door professionals opgestelde regels om verenigingen te subsidiëren. Wij stellen voor op deze normen de subsidiëring vast te stellen. Dit schept duidelijkheid en is tevens professioneel.
Onze opleidingen zijn mede gericht op het in stand houden van de kwaliteit van de orkesten en de jeugd dat plezier te geven om gezamenlijk muziek te beoefenen. Wat is er mooier dan samen muziek maken, en niet alleen voor je eigen ontwikkeling? Ook staan wij regelmatig paraat bij diverse activiteiten in het dorp.
Wij verzoeken u erop toe te zien, dat deze normen van subsidiëring gelijk getrokken worden. Ook wij moeten voldoen aan de landelijke richtlijnen wat betreft gekwalificeerde docenten. Onze leslokalen kosten ook geld. Willen we onze opleidingen en vereniging in stand houden door laagdrempelige opleidingen, maak dan in de subsidiëring dan geen verschil.
Doet u uw best voor een gelijke verdeling dan doen wij ons best om de huidige opleidingen c.q. vereniging in stand te houden.
Ik dank u voor uw aandacht.”
De heer B.J. VAN COEVERDEN (Wilhelmina)
“Geachte gemeenteraadsleden, u dient op 15 april 2011 te beslissen welke bezuinigingsvoorstellen kunnen worden opgenomen in de begroting van 2012 en hoe de strategische visie van de gemeente eruit komt te zien. Ik sta niet graag in uw schoenen, want u zult besluiten moeten nemen die de meeste culturele organisaties direct raken en die voor een aantal daarvan mogelijk zullen leiden tot opheffing.
Ik kan u gepassioneerd omschrijven waarom u juist de muziekverenigingen van Rijssen en Holten dient te ‘sparen’ en wat het maatschappelijk belang van muziekverenigingen voor Rijssen-Holten is. Bij het bestuderen van de ambtelijke stukken heeft u wellicht zelf al een afweging gemaakt. Ik wil u graag in die afweging nog het volgende meegeven:
1. De commissie Maatschappelijke Dienstverlening heeft 2 jaar geleden de nota “cultuurbeleid, voorzet kerntakendiscussie” ‘afgeschoten. Uit de voorstellen
blijkt mijns inziens nu klip en klaar dat de huidige bezuinigingsoperatie wordt aangegrepen om twee doelen te bereiken, namelijk het harmoniseren van de
cultuursubsidies en het ‘binnenloodsen’ van een cultuurbeleid waarvoor 2 jaar geleden in de commissie Maatschappelijke Dienstverlening (nog) en daaruit
voortvloeiend in de gemeenteraad geen draagvlak was.
2. Het standpunt “volwassenen betalen hun eigen hobby” dient mede als basis voor de bezuinigingsplannen. Het is jammer dat dit kennelijk alleen - in eerste
instantie althans - voor culturele hobby’s geldt.
Fysieke gezondheid (sport) staat hoog in het vaandel van de gemeente en uit de stukken blijkt dat sportieve volwassenen voorshands nog niet hun eigen
hobby geheel behoeven te betalen, maar is geestelijke gezondheid en welbevinden niet even belangrijk? En, komen volwassenen die - al dan niet tijdelijk -
niet over voldoende financiële middelen beschikken, niet in een groot isolement terecht?
3. De beoogde bezuiniging op de muziekorganisaties is naar mijn indruk gebaseerd op een kortingspercentage op het totale bedrag dat aan muziekscholen
en verenigingen wordt uitgekeerd. Vanuit die gedachte zou je kunnen veronderstellen dat het allemaal - en dan met name voor de muziekverenigingen - nog
wel meevalt. Een muziekvereniging is echter geen muziekschool en moet dat in mijn ogen
ook niet worden. Juist op dat punt mis ik dan ook een visie en is dat niet toevallig het belangrijkste wat de strategische visie beoogt?
4. Tot op heden maakten wij regelmatig gebruik van de mogelijkheden die de Kulturele Raad
- Rijssen ons bood om middels een projectsubsidie concerten te geven met professionele artiesten. Met het collegevoorstel om de subsidie van de Kulturele Raad in te trekken, en ook het feit dat op de gemeentelijke projectsubsidies wordt gekort, zullen dit soort concerten niet langer mogelijk zijn; in mijn ogen een slechte zaak, omdat onze voornamelijk jonge leden een uniek kijkje kregen in de keuken van professionals.
en weten hoe u met puberteit moet omgaan.
Vanuit die gedachte heb ik het volste vertrouwen in u als raad, dat u prudent zult omgaan met een muziekvereniging als Wilhelmina, een krasse 113 jaar
oude vereniging met maarliefst 160 voornamelijk jonge leden, die voor hun hobby echter de steun nodig hebben van hun volwassen mede-muzikanten.
Wij hopen nog vele jaren deel uit te maken van de Rijssen-Holtense gemeenschap, hoe en in welke vorm deze ook groeit naar volwassenheid; zonder (of met aanzienlijk minder gemeentelijke subsidies) gaat dat echter niet lukken.
Rest mij u veel wijsheid te wensen.”
De heer J. RIEZEBOS (Muziekschool)
“Geachte leden van het college en leden van de gemeenteraad, allereerst wil ik u hartelijk danken voor de mogelijkheid die u biedt om in het kader van de Strategische visie - en de daarmee helaas gepaard gaande bezuinigingen - hier in te spreken. Namens de Muziekschool wil ik de complimenten overbrengen voor de zorgvuldige wijze waarop het proces is vormgegeven en voor de manier van communiceren.
Het is natuurlijk altijd vervelend om te moeten constateren, dat bezuinigingen, ondanks onze unieke manier van het geven van muziekonderwijs, ook aan ons niet voorbijgaan. Toch zien wij ook mogelijkheden; mogelijkheden om synergie te bewerkstelligen tussen verschillende organisaties. In de voorstellen, zoals ons die bereikt hebben, geeft het gemeentebestuur daar ook een voorzet voor.
Desondanks zijn er een paar zaken die we graag onder de aandacht brengen. Allereerst betreft dat de bezuinigingen op zich.
Als uitgangspunt voor die bezuinigingen wordt genomen, dat “volwassenen hun eigen hobby’s betalen”. Het is al meer gezegd vanavond. Voor de Muziekschool is dat de gewoonste zaak van de wereld. Al sinds jaar en dag zijn de lesgelden, ofwel contributies om in sporttermen te spreken, voor volwassenen (veel) hoger dan die voor de jeugd. Voor het lesjaar 2010/2011 geldt voor de jeugd een bedrag van € 365,- per jaar. Inderdaad, dat is 2,5 tot 8 keer zoveel als de contributie voor een sportvereniging. Voor volwassenen is dat bedrag maar liefst € 864,- per jaar. Waarom? Heel simpel, omdat we daarvoor kostendekkend moeten en willen lesgeven.
Dit betekent dat een bezuiniging op de Muziekschool dus ook direct een bezuiniging op de jeugd is. Wij willen u daarom verzoeken om dat mee te nemen in uw overwegingen. Met dit gegeven in uw achterhoofd zult u ook de noodzaak inzien om de voorgestelde bezuiniging op de Muziekschool te matigen.
In de tweede plaats willen we pleiten voor een echte budgetsubsidie. Daarmee kan ons inziens bezuinigd worden op de ambtelijke ondersteuning. Wij hebben begrepen, dat er vanuit de gemeentelijke organisatie ook de bereidheid is om daaraan mee te werken.
Als volgend punt willen we ingaan op de voorgestelde Persoonsgebonden Budgetten (PGB’s) voor het muziekonderwijs. Op het eerste gehoor mag het sympathiek klinken om op die manier maatwerk te leveren voor de jeugd, maar bij nadere beschouwing hebben wij onze zorgen over de uitvoering. Gaat deze maatregel niet heel veel extra geld kosten aan bureaucratische rompslomp?
Ons voorstel is om dit eenvoudiger op te lossen. Geef het betreffende bedrag als geoormerkte subsidie aan de desbetreffende organisaties. Als Muziekschool willen wij wel meedenken in de opzet van een eenvoudig registratiesysteem met verantwoording achteraf van de besteding van die geoormerkte gelden. Nog eenvoudiger is het uiteraard om helemaal af te stappen van de PGB’s en het bedrag gewoon als subsidie aan de betreffende organisaties uit te keren.
Als laatste punt willen we nog even ingaan op een onderwerp, waarover al veel gesproken is.
In de concept strategische visie en de bezuinigingsvoorstellen zien we het stopzetten van de subsidie aan de KRR, de Kulturele Raad. Tegelijkertijd zien we ontwikkelingen rond klankbordgroepen, cultuurmakelaars en aanverwante zaken. Voor de Muziekschool is de KRR een belangrijke gesprekspartner. Zij organiseert verschillende activiteiten, waarbij leerlingen van de Muziekschool betrokken zijn. Daarnaast stimuleert de KRR in algemene zin de culturele vorming in de gemeente.
Het bevreemdt ons dat de KRR wordt buitengesloten van een nieuw opgezette klankbordgroep, die, weliswaar voor provinciale subsidies, adviserend moet optreden, terwijl toch ook eerder uitspraken zijn gedaan waaruit kan worden opgemaakt, dat het belangrijk wordt gevonden dat amateurverenigingen een rol hebben in het cultuurbeleid.
En daar komt dan nog bij, dat we uit de krant vernemen, dat er twee stichtingen zijn opgericht – met een commerciële achtergrond - die zonder goed doordacht plan elk € 20.000,- krijgen toegeschoven, terwijl diezelfde stichtingen recent laten optekenen in de krant, dat ze niet zelf gaan organiseren, maar dat partijen bij hen kunnen aankloppen voor kant en klare organisatie van evenementen. Als ik het goed begrijp, gaan die stichtingen dus, met in totaal bijna tweemaal zoveel subsidie als de KRR nu, passief afwachten om diezelfde activiteiten te stimuleren die de KRR nu al actief oppakt. Dat kan toch niet de bedoeling zijn?
Kortom: overweeg nog eens goed of de ingezette koers met klankbordgroepen, cultuurmakelaars en commerciële stichtingen wel de juiste is.
Samengevat:
1. In het kader van de al zeer hoge contributies of lesgelden verzoeken wij om matiging van de bezuinigingen op de Muziekschool.
2. Wij pleiten voor omvorming van de subsidies naar echte budgetsubsidies.
3. Wij verzoeken u de plannen rond de PGB’s te heroverwegen.
4. Wij verzoeken u een duidelijk beleid te maken met betrekking tot cultuur in de gemeente Rijssen-Holten, waarbij wij het nut en de noodzaak van een
cultuurmakelaar, klankbordgroepen en ommerciële stichtingen die het werk van de KRR gaan overnemen, betwijfelen.
Al met al wens ik u als college en raad veel wijsheid toe in een moeilijke tijd van bezuinigingen. Wij vertrouwen op uw verstandige besluiten rond het cultuurbeleid in de gemeente Rijssen-Holten in het algemeen en de Muziekschool in het bijzonder.
Ik dank u voor uw aandacht.”
De heer F. NIEUWENHUIS (Kulturele Raad KRR)
“Mijnheer de voorzitter, geachte gemeenteraadsleden, geachte aanwezigen. Ik zal vanavond namens de KRR geen lang verhaal houden, want het meeste wat gezegd moest worden heeft onze secretaris Jan van Coeverden vorige week maandag in de commissie Maatschappelijke Dienstverlening naar voren gebracht toen het ging over de klankbordgroep kunst- en cultuurbeleid en de deelname van de amateurs in een dergelijk cultuurplatform. Het is al door andere verenigingen zojuist gezegd.
Er is toen een schets gegeven van de ontstaansgeschiedenis van de KRR en hoe de KRR tot op de dag van vandaag functioneert als overkoepelende organisatie van ruim 25 plaatselijke culturele verenigingen en ook zelf de nodige culturele evenementen organiseert dan wel stimuleert. Het Dagblad Tubantia heeft hiervan uitvoerig verslag gedaan.
Het zal duidelijk zijn dat de KRR door de jaren heen een grote betrokkenheid heeft getoond bij de plaatselijke kunst en cultuur. De inspraakreacties van de hier aanwezige culturele verenigingen spreken voor zich en daar heb ik eigenlijk niets aan toe te voegen
Het is dan ook niet te begrijpen dat een KRR die 35 jaar bestaat, binnen 1 à 2 jaar volledig wordt wegbezuinigd. Er zijn hier vanavond percentages genoemd. Nu, dat gaat dan nogal. Maar helemaal wegbezuinigen? Nu, dan ben je er helemaal niet meer. Dat is zo simpel als maar zijn kan. En dan onder het motto dat volwassenen hun eigen hobby’s moeten betalen. Is dat een argument? Zo gaan er iedere keer wisselende argumenten over tafel, waar ik eigenlijk geen touw aan kan vastknopen.
Dat er bezuinigd moet worden is duidelijk. De KRR is bereid daar ook een bijdrage in te leveren, maar helemaal wegbezuinigen vinden we beslist niet reëel en dan druk ik het nog zacht uit. Het zal leiden tot een culturele kaalslag in het culturele leven van Rijssen-Holten.
Ten slotte vraag ik mij af hoe de KRR in 2012 – dat heeft het college namelijk besloten - een visie kan geven namens de amateurverenigingen – dat mogen wij dan wel gaan doen - aangaande brede participatie in de klankbordgroep. Maar, als de KRR is opgeheven, wat voor status heeft zo’n orgaan dan nog? Nul komma nul dus.
Het is jammer dat Gerrit Dannenberg nog niet aanwezig is, anders had hij vast een verhaal gehouden over het succes van de Twentse culturele avonden. Dan had hij ook vast een verhaal gehouden in het dialect, want het is deze maand uiteindelijk de dialectmaand. Daorumme wil ik persoonlijk met wat gezegdes afsloetn: ‘Hoo korter a-j bie mekoar zitt, hoo meuilliker daj mekoar (s) mangs begriept, mer an de aandere kante is het ok zo: der bint vol dinge good te begriepn at ze mer niet wordt oeteleg.’
Dank u voor uw aandacht.”
De heer J.F. BUURMEIJER (Stichting Kulturhus Holten)
“Voorzitter, ik zal hier aan u het woord richten namens de Stichting Kulturhus Holten, maar het zal mij niet lukken dat in het dialect te doen, omdat ik het dialect van deze streek niet zo goed spreek. Als ik in het Gronings spreek, krijg ik misschien problemen. Dus ik houd het bij het Nederlands.
Ik heb eerder in deze zaal een keer wat mogen zeggen over het Kulturhus. Dat is nog niet eens zo lang geleden. Toen heb ik mogen uitleggen wat de bedoeling was van het Kulturhus, wat het zou gaan worden en waar wij als aantredend bestuur ons heel sterk voor zouden gaan maken. Ik heb toen niet kunnen bevroeden dat zo kort na die aardige start in deze zaal en met deze raadsleden een veel pijnlijker moment zou komen. Ik zeg dat juist in deze woorden, omdat dat juist voor datgene wat in Holten tot stand is gebracht nu opeens een heel grote domper is. Als je zo’n brief krijgt, die begint met “alom moet er bezuinigd worden”, dan zult u mij dat niet horen ontkennen. Wie zou dat wel willen ontkennen? Maar het wordt heel pijnlijk als er in de brief die aan ons gericht is, wordt gezegd: De infrastructuur willen wij in stand houden. Toen dacht ik: dat herken ik. In een vorige gesprek op weg naar de scans op de bezuinigingen hebben wij een keer mogen praten met ambtenarren en toen zei ik: als je nu moet bezuinigen, zorg dan vooral dat je de infrastructuur in stand houdt en dat het vandaar uit, als allerlei mensen toch nog activiteiten willen ontwikkelen, toch nog wat mogelijk blijft. Ik dacht: dat heeft men begrepen, want het Kulturhus ís infrastructuur. Als zodanig zitten daar vanuit onze stichting nauwelijks of geen uitvoerende activiteiten in.
Als er vervolgens staat dat wij een efficiencykorting van 10% moeten opbrengen, dan denk ik: wat voor overleg hebben wij nu gehad? Vorig jaar en het jaar daarvoor hadden wij een heel goed overleg tussen de gemeente en de Stichting Kulturhus Holten over onze begroting. Dat was wel eens even een heen en weer gaan en dat was wel eens even: wij willen de ene kant uit en de gemeente wilde een andere kant uit. Ik moet echter zeggen: een buitengewoon positief overleg. Daarover wordt dan een bedrag afgesproken van € 233.000 dat wij zullen ontvangen. Op 24 december komt u, voorzitter, naar Holten en gaan wij feestelijk in het Kulturhus het contract ondertekenen. Dan krijg je in februari een brief, waarin staat dat wij efficiënter kunnen werken. Dat lijkt mij niet mogelijk. Er is aan alle kanten bij ons gekeken hoe onze begroting eruit zou moeten zien. Daar zit op dit ogenblik geen ruimte in voor een efficiencykorting. Dat betekent, als die korting van 10% onverkort wordt doorgevoerd, dat wij de ruimte die er nog is en die juist bedoeld is om met de mensen uit de bevolking tot activiteiten te komen, met vrijwilligers, om iets in de multifunctionele zalen te kunnen doen waarvoor zij bedoeld zijn, dat dan met dat kleine bedrag dat nog over en dat bij ons niet vastzit in vaste lasten – het overgrote deel van de € 233.000 zijn vaste lasten en geen variabele lasten – er verder heel weinig zal gaan gebeuren vanuit het Kulturhus, dus vanuit de stichting. Ik zeg niet dat andere instellingen niet iets zullen doen, maar wij zullen hoegenaamd niets meer kunnen ondernemen. Dan denk ik: dat is toch een buitengewoon raar effect van datgene wat beoogd werd en dat bedoeld was om in Holten juist dat centrum, dat Kulturhus, die functie te geven die er steeds aan toe werd gedacht. Als wij niet uitkijken, dan zal dat leiden tot een ernstige verschraling van de leefbaarheid van Holten. Dat mag naar mijn idee en naar het idee van ons bestuur en naar het idee van alle mensen die je daarover spreekt, niet de bedoeling zijn.
Ik doe dus een ernstig appèl op de raad om toch nog eens goed te kijken naar de evenwichtigheid. Er is namelijk sprake van dat er evenwichtig gekeken is naar alle mogelijke gesubsidieerde organen, instellingen en verenigingen. Toch vind ik dat ten aanzien van het Kulturhus niet goed uitwerken.
Ik kom nog bij een technisch punt. Het heeft mij zeer verbaasd dat in de brief 10% wordt aangeduid als € 29.000. Van € 233.000 10% nemen, kan nooit € 29.000 zijn. Wij hebben de gemeente gevraagd daarover opheldering te geven. Die is tot op dit moment niet gegeven. De eerste € 6000 meen ik dus zelf te hebben verdiend. Ik hoop niet dat straks, als u uw succes gaat meten, die € 6000 eraf gaat, maar ik hoop dat het bedrag dat overblijft nog aanzienlijk lager wordt.
Ik dank u wel dat u naar mij hebt willen luisteren en wens u succes en sterkte bij de beraadslagingen.”
De heer T. VAN RHEENEN (Parkgebouw)
“Mijnheer de voorzitter, dames en heren leden van het college en de raad en andere bezoekers. Graag maak ik gebruik van de mogelijkheid om in te spreken. De gemeente Rijssen-Holten staat voor de zware taak om een forse bezuinigingstaakstelling te realiseren. Natuurlijk beseft ook het Parkgebouw dat zij er niet aan zal ontkomen onderdeel van deze bezuinigingen te zijn. De genoemde 10% vinden wij daarom, hoe pijnlijk dan ook, wel te begrijpen. Alleen het bedrag van € 40.000 is voor ons wat discutabel. Bij de berekening van dit bedrag is 10% van de totale subsidie genomen, terwijl er geen rekening is gehouden met de bedragen die geoormerkt zijn. Dat zijn er een paar, bijvoorbeeld:
- Huur van meer dan € 138.000. Daar kunnen wij niks mee, want die huur dragen wij direct af aan de gemeente. Nu wil ik daar best 10% van afhalen als de
gemeente 10% minder huur gaat vragen.
- Wij krijgen € 41.000 om te investeren. Dat is een bedrag ter dekking van de kapitaallasten en is in 2007 bij de privatisering afgesproken om te investeren in het
gebouw. Dat gebouw blijft eigendom van de gemeente, dus dat bedrag komt uiteindelijk weer terug bij de gemeente. Dit bedrag kan dus eigenlijk niet als
subsidie gezien worden.
- Het enige bedrag waarop wij invloed kunnen uitoefenen, is het bedrag van € 216.000, dat gekoppeld
is aan de salariskosten binnen het Parkgebouw. Wij stellen daarom ook voor daarop de 10% toe te
passen en een bezuinigingstaakstelling van € 22.000 op te leggen. Wordt dat € 40.000, dan bezuinigen wij ons inziens geen 10%, maar 20%.
Ook bij ons stond er dat wij een efficiencykorting zouden moeten toepassen. Nu, als je ons gebouw en onze instelling gaat vergelijken met instellingen in onze omgeving, dan doen wij het erg goedkoop. Ik heb alle cijfers voor u op papier. Ik zal ze nu niet allemaal opnoemen, maar dan kunt u een vergelijking maken hoe goedkoop het Parkgebouw werkt met de kleine bijdrage en wat wij daarvoor allemaal doen.
Wij willen graag nog wel duidelijk maken dat de culturele activiteiten van het Parkgebouw, zoals de professionele theatervoorstellingen, het filmhuisprogramma, de jeugdtheaterschool en de culturele verhuur aan verenigingen, helemaal worden bekostigd uit eigen middelen. Daar gaat dus geen cent subsidie of gemeenschapsgeld naar toe.
In de brief wordt ook gezegd dat het geen consequenties mag hebben voor de infrastructuur die wij aanbieden. Nu, als wij 40% moeten bezuinigen, heeft dat natuurlijk consequenties. Dan moeten wij keuzes maken en een ander beleid gaan voeren.
Een aantal consequenties zou kunnen zijn, dat de speciale huurprijs voor culturele instellingen binnen Rijssen-Holten zal verdwijnen. Verenigingen kunnen nu namelijk tegen een heel lage prijs gebruik maken van de verschillende zalen. Daarom, omdat wij de gaten die daarmee zullen vallen uit eigen exploitatie moeten betalen, subsidiëren wij eigenlijk via een omweg de culturele verenigingen in Rijssen. Dat kan dan op een gegeven ogenblik niet meer. Dat geldt ook voor de huur van de theaterzaal en de Van Damzaal bij theatervoorstellingen.
Ook zullen wij, om die bezuiniging te kunnen realiseren, onze openingstijden moeten aanpassen. Wij hebben een heel kleine personele bezetting, zeker als u dat vergelijkt met andere organisaties van deze grootte. Wij moeten dat personeel efficiënter gaan inzetten, dus minder vaak open zijn en alleen open zijn als er echte activiteiten zijn.
Daarnaast staat er in de strategische visie: “De gemeente onderkent de waarde van cultuur voor de leefbaarheid, maar beschouwt cultuur in beginsel als een zaak van particulier initiatief. De gemeente draagt zorg voor basisvoorzieningen als een multifunctioneel centrum, in zowel Rijssen als Holten. Het gebruik en de exploitatie daarvan worden overgelaten aan particulieren.” Dit is voor ons geen nieuw beleid. Er is natuurlijk over het cultuurbeleid heel veel te zeggen, maar voor ons is het geen nieuw beleid, want de gemeente heeft de afgelopen vier jaar niets anders gedaan dan subsidie geven om het gebouw in stand te houden. Alle activiteiten, de culturele functie van het Parkgebouw, zijn de afgelopen jaren door de bezoekers, door de sponsoren, door de huurders, betaald.
In elk geval wensen wij u veel wijsheid toe en succes bij de moeilijke keuzes die u moet maken.
Ik dank u voor uw aandacht.”
De heer W. WEVERS (Stichting ROOS)
“Geachte leden van de gemeenteraad, ik spreek namens de Stichting ROOS, het schoolbestuur van de openbare scholen in uw gemeente. Ik wil beginnen met mijn steun uit te spreken voor het voornemen voor nieuwe beleid. Dat betreft het onderhoud en de voorziening voor Dijkerhoek. Beide punten zijn hard nodig en het doet mij goed dat het onderkend wordt en dat daarop beleid ontwikkeld wordt. Dank daarvoor.
Een tweede punt is geen steun, maar dat is uw oproep om de bezuiniging op het Peuter Plus Project, zeg maar, te omzeilen. Woordenschat vormt zich met name op jonge leeftijd. En wij merken daadwerkelijk in de school en in de samenwerking dat dat bij heel veel kinderen, juist dankzij dit project, goed op gang komt.
Een laatste punt dat ik wil uitspreken, is dat de halvering van de middelen voor schoolbegeleiding ook echt ingrijpt in de mogelijkheden om meer maatwerk voor kinderen met specifieke onderwijsbehoeften mogelijk te maken. Dat is weliswaar niet meer een wettelijke taak voor de gemeenten, maar dat is niet hetzelfde als er daarmee alternatieven zijn om die voorzieningen te hebben. De omstandigheden op dit moment in het onderwijs, passend onderwijs wordt ingevoerd, er komen veel bezuinigingen aan, en dat betekent dat de mate waarin kinderen met specifieke onderwijsbehoeften kunnen worden popgevangen, nog verder terugloopt en dat is ernstig, ook in onze gemeente.
Ik wens u wijsheid bij het vinden van alternatieven voor met name die laatste twee punten.”
De heer G. DANNENBERG (KRR, Twentse Culturele avonden/dialectavonden)
“Hartelijk dank, voorzitter, dat ik hier het woord mag voeren namens de KRR-werkgroep Twents Culturele Avonden/Dialectwerkgroep Riessen. De Twents Culturele Avonden zijn ervoor bedoeld om het Twents te promoten als geschikt communicatiemiddel voor dagelijks gebruik. Om te laten zien hoe dat kan, zal ik nu op het Nedersaksisch overstappen.
Vuurzitter, het feit da’k hier stoa namens de werkgroep van de Kulturele Raad, zeg al nen heeln hoop oawer de functie van dizzen Kulturelen Road. Vanoet de KRR maakt de leu zich drok vuur de streektaal/plat/Twents. Twee KRR-leden – Dick ter Harmsel en Gerrit Ligtenberg - zit in oonze werkgroep, de aandern zeent leu van boeten dee belangeloos metdoot um de Twents Culturele Oawende te organiseren. Dee externen zeent Thea Kroese, Arie Jansen en ikke. En dan is der nog ne oawerlap met de dialectwerkgroep Riessen woerin o.a. Erik Brinks en Jan Lankamp zit. Een soort dialectdeanktank dus.
De Kulturele Raad Riessen hooldt dizzen deanktank in de bene, hooldt um gangs duur het oondersteunen van alle meugelijke initiatieven. Vuural initiatieven roond zaken woer nit dreks geeld an te verdenen is, mear wal zaken woe’w heel zeunig op munn wean. Wat vot is koomp nit wier. Det geeldt vuur nen Kulturelen Road mer ook vuur de Nedersaksische Sproake. Ok vuur het Limburgs trouwns.
Een initiatief van de KRR zeent de Twents Culturele Oawende: dóar wordt bewezen dat Twents méár is dan een komisch taaltje van vroger vuur oonderboksenhumor vuur de boertjes van buutn. Het is ne volweardige taal woe’j in köant göllen en lachen en den ’t júúst geschikt is vuur de Twentse acceanten woer ze heurt.
De Twents Culturele Oawende zeent al dikke tien joar een begrip en zeent biej oetstek bedoeld um vuural jonge leu te loaten zeen wat ‘r met det plat allemoal kan. Het wordt d’r ook alverdan voller en viej munn al an ’t zeuken noar gröttere ruumte um al det volk kwiet te können zoonder det de brandweer ne rolbereurte krig. De Mirreweenteroawende in december heurt doar ook biej: kwaliteitsmuziek van de Muziekschoolleerlingen en mooie streektaalverhalen. Ne monstermooie combinatie. Het hef ook een oetweei-effect in de regio. In aandere plaatsen wordt in noavolging van Riessen ook Twents Culturele Oawende eheulden.
De initiatieven um van het gemeentehoes een meartalig gemeentehoes te maken met vreandelijke borden biej de receptie, komt oet oonzen KRR-deanktank. De KRR hef doar oge vuur. Het gemeentehoes van Riessen-Hoolten steet bekeand as het meest dialectvreandelijke gemeentehoes van Twente. Is um dee readen al eens nomineerd vuur de Twentse Taalpries, det wee’k toevallig en mu’j mer nit vearder vertellen.
Een Karel Schönfeld Wichers Wisselbeker koomp ook oet den KRR-deanktank. Een gemeenteroad van Riessen-Hoolten vergadert in de dialectmoand meart al joaren in het plat. Tot vuur kort dorf ginnen eankeln Tweantsen gemeenteroad met ne serieusn agenda det an, mer dee van Riessen-Hoolten wal. Groot complimeant da’j één keer per joar de modersproake weelt promoten ook duur zonne vergadering. Vanoet aandere gemeenten wordt met jaloersigheaid ekekken hoe ’t de dames en hearen politici det hier gewoon doot. Stoarker nog: in Heldern hebt ze ’t ook al edoan, in Wierden géét het volgende moand geburen en ook in Twenterand wordt de roop um nen dialectroad alverdan dudelijker. ’t Is ok neet vuur niks dat dee gemeentn heel stoark met mekaa samenwoarkt. Det hej misschien wal een betje te daanken aan de KRR.
Vuurzitter, dames en hearen politici, ik zol miej nog eerst ’s effen good achter de oren krabben, vuu’j de KRR een nekke ummedreeit. Ne club van de leu van de woarkvloere, ze weet wat ‘r leawt, dichter biej de woarkvloere kö’j nit stoan want ze zeent deel van de woarkvloere. A’j de KRR der achterhen doot, gooi iej een stukke van oezelf vot.
De KRR koomp op vuur dinge dee ’t wearloos zeent en beschoarmd munn worden, det is de taal van Twente en Sallaand. Ne taal den ’t past biej ’n volksoard (identiteit) van de strekke: bedachzaam, nit dreks achter oet ’n haals, eerst deanken en vuural ook lustern noar wat nít ezegd wordt. At nen Twentsen veugelkweker zeg dette van oe wal geane nen jongen wol hebben. Weant ‘r op verdach, want dan dech’e der achteran: dan doo’k een ooldn dood.
Loat ze det temet van oeleu nit willen zeggen.
Hartelijk daank.”
De heer O. BAK (Twentezangers)
“Voorzitter, geachte raad. Wij danken u voor de gelegenheid die u ons geeft om in te spreken over het onderwerp dat ons zeer nauw aan het hart gaat. De verenigingssubsidie die wij als Twentezangers altijd van de gemeente Rijssen en later van de gemeente Rijssen-Holten ontvingen, maakt voor ons als Twentezangers optredens mogelijk die wij anders niet of moeizaam kunnen bekostigen. Zoals u allen weet, zijn wij een koor bestaande uit zestien personen, dat Rijssen toch behoorlijk op de kaart zet. Denk aan ons behaalde Nederlands kampioenschap en onlangs zijn wij nog Overijssels kampioen geworden in de afdeling Ensembles.
Wij geven al sinds jaar en dag een aantal optredens per jaar voor bejaarden, gehandicapten en de afdeling Het Rode Kruis. Gelet op hun kleine budget, doen wij dit kosteloos. Zo verlenen wij dit jaar voor de dertigste keer op rij in Sion medewerking aan de Kerstviering van het Rode Kruis. Wij doen dit geheel kosteloos, maar hebben wel de kosten van de dirigent. Onze dirigent is professional en moet betaald worden. Hij vraagt voor deze optredens een kleine vergoeding; zodoende kunnen wij medewerking verlenen. Van de contributie, zestien leden, kunnen wij onze dirigent niet betalen. Dat zult u wel kunnen begrijpen. Daarom organiseren wij al jaren een bloemenactie om de organisatie van onze vereniging rond te krijgen. Altijd weer zorgen: of het lukt, gelet op de weerverwachtingen et cetera. Vandaar dat wij zeer blij zijn met de subsidie die wij van jullie ontvangen.
Daarnaast zijn wij aangesloten bij de KRR en die ons om de twee/drie jaar na het indienen van de begroting een bijdrage schenkt, zodat wij ook de mogelijkheid hebben om een uitvoering te kunnen geven met een bekende zanger, zangeres of orkest. Dit zouden wij als klein koor moeilijk kunnen bekostigen.
Gelukkig kunnen wij als vereniging nog terugzien op optredens met een volle grote zaal in het Parkgebouw. Als echter de subsidie wegvalt, kunnen wij als vereniging bepaalde uitvoeringen niet meer aangaan en zal ons voortbestaan uiteindelijk moeizamer worden. Toen twee/drie jaar geleden dit mooie pand werd geopend, werden wij door mevrouw Sarink benaderd, dat Rijssen-Holten veel cultuur in huis heeft en dat het mooi zou zijn om dit ten toon te spreiden tijdens de openingsweek van dit gemeentehuis. Hieraan hebben wij en vele anderen kosteloos meegewerkt. Fijn dat er dan in Rijssen-Holten nog zoveel amateurverenigingen zijn, die daaraan dan kosteloos hun medewerking hebben verleend. Zou zoiets nog weer gehouden kunnen worden, denkt u, als de subsidies aan de verenigingen niet meer verstrekt worden. Zouden zij nog weer klaarstaan? Zou u willen overwegen de voorgestelde afwijzing van de subsidie aan onze vereniging te herzien en dat wij deze blijven behouden?
Ik leg deze vraag bij u allen neer. Dank voor deze spreektijd.”
De BURGEMEESTER: De heer Wolterink is de laatste inspreker. Hij staat genoteerd voor 22.20 uur. Wij wachten nog even af of hij komt.
Schorsing van 22.12 tot 22.18 uur.
De BURGEMEESTER: Inmiddels is de heer Wolterink aanwezig. Hij richt als laatste spreker het woord tot de raad.
De heer D. WOLTERINK (Fakkeldrager)
“Burgemeester, excuus dat ik wat aan de late kant ben, maar ik ben blij dat u op mij hebt gewacht.
Geachte gemeenteraad, namens de Stichting De Fakkeldrager meld ik dat wij een aantal bezwaren hebben tegen de voorgenomen bezuinigingen. Een stuk van ons heeft u al ontvangen, maar het is goed datgene wat niet aan het papier is toevertrouwd, toch hier te zeggen. De Stichting Fakkeldrager is een interkerkelijke stichting. Daarover zijn wat misverstanden. Er zijn mensen die denken dat de Fakkeldrager een kerkelijke achtergrond heeft. Dat is niet zo. Dat wil ik eerst even gezegd hebben.
De bezwaren die wij tegen de bezuinigingen hebben, zijn vier- of vijfledig.
Een jaar of vijf geleden is in een periode van drie jaren structureel extra geld beschikbaar gekomen. Dat waren bedragen van € 50.00 per jaar, zodat na drie jaar € 150.000 structureel ter beschikking kwam in het welzijnspotje voor jeugd- en jongerenwerk. Daarvan hebben wij als Fakkeldrager destijds bij een inspraak gezegd: je moet dat geld besteden daar waar dat het meest nodig is. Dat was toen richting Pand 11 en, naar ik meen, SoCuWe. Wij hebben daaruit uiteindelijk een urenuitbreiding gekregen. Dat heeft, begroot, € 22.000 van de € 150.000 opgeslokt. Verder hebben wij van die uitbreiding niet wat meegekregen. Wij zien nu dat er bezuinigd moet gaan worden. De stichtingen die destijds het meeste uit dat potje hebben gekregen bij de uitbreiding, worden nu ontzien. Ik wil daarmee niet zeggen dat zij dan nu ook maar moeten inleveren, maar wij worden op dit moment als een stichting die destijds het minste geprofiteerd heeft, nu onevenredig gekort.
Ten tweede. De bezuiniging van 10% betreft de totale begroting. De begroting bestaat voor een substantieel uit huur aan de gemeente. Wij zijn door wethouder Ligtenberg geïnformeerd en wij hebben gevraagd: misschien kan de huur ook met 10% gekort worden. Dat neemt al een heel stuk van de pijn weg. Volgens mij is dat echter een utopie. Dat zal niet gaan gebeuren. Wij zullen dus op andere manieren moeten bezuinigen. Dat zal erg moeilijk zijn. Als wij dat moeten doen in het activiteitenbudget, dan treffen wij daarmee de jeugd direct en als wij dat moeten doen in de uren van de jeugdwerkleider, dan zal dat ook moeilijk zijn.
Bovendien is met betrekking tot die huur het idee geopperd: misschien zou het wel zo kunnen zijn dat jullie dat gebouw multifunctioneel gaan gebruiken, zodat je in de exploitatie iets kunt terugverdienen. Dat staat haaks op de huurovereenkomst die er is: die staat geen onderverhuur toe. Bovendien hebben wij ons in het bestuur beraden en gezegd: het mag niet een taak zijn van een bestuur van jeugd- en jongerenwerk om gemeentelijke gebouwen te exploiteren of te onderverhuren.
Ten derde. De voorgenomen bezuinigingen rijden de ontstane vacature van achttien uur bij de Fakkeldrager een beetje in de wielen door het vertrek van de heer Slagman. Het wordt nu wel heel moeilijk om deze te gaan invullen. Dat geeft voor de toekomst de nodige problematiek en moeite.
Bovendien hebben wij zojuist al geconstateerd dat de 10%, dat gaat om € 10.000, niet op de post huur bezuinigd kan worden. Op het activiteitenbudget valt dat ook niet mee. Om dan het volledige bedrag aan de salarissen te gaan korten? Ik denk niet dat je tegen je personeelsleden kunt zeggen, zoals ook niet gedaan kan worden in het bedrijfsleven: wij moeten bezuinigen, dus ga maar 10% of 15% van je salaris inleveren. Dat is niet relevant. Als je tegen iemand zegt, dat hij geen 38 uren meer heeft, maar nog maar 32 uren, dan zal dat voor de inkomenssituatie niet erg bevorderlijk zijn. Wij hebben als bestuur daarmee problemen richting de werknemer; in dit geval één werknemer. Goed werkgeverschap wordt daarmee erg bemoeilijkt.
Wij hebben eigenlijk, dat is onze conclusie, het idee dat er op dit moment in het kader van bezuinigingen nu alleen maar geld wordt vrijgemaakt voor corrigerende maatregelen en dat het preventieve jeugdwerk, dat zeker zeer belangrijk is, een beetje wordt vergeten. Ik denk dat ik dat kan benoemen als: dweilen met de kraan open. Daarbij wil ik het laten.
Dank u wel.”
- Sluiting
De VOORZITTER: Daarmee zijn wij aan het einde gekomen van deze avond, waarbij diverse verenigingen, instellingen en personen hebben ingesproken bij omvangrijke zaken waarvoor u als raad staat. Zij hebben klip en klaar hun boodschappen afgegeven. Ook wel soms wat tegenstrijdig aan elkaar. In elk geval is het voldoende voer om er nog eens bij stil te staan en ons nog eens te bezinnen. Er is aan de ene kant begrip getoond voor de situatie waar de gemeente voor staat en dat de ombuigingen toch zullen moeten worden doorgevoerd, omdat het huishoudboekje van de gemeente sluitend moet zijn. Er is op een gegeven moment ook uitgesproken door een van de insprekers dat zij niet graag in uw schoenen zou willen staan, omdat er toch een zware verantwoordelijkheid op u rust om uiteindelijk ervoor te zorgen dat dat gemeentelijke huishoudboekje sluitend zal zijn. Ik wens aan alle fracties, mede namens alle insprekers van vanavond, veel wijsheid toe in de komende weken ter voorbereiding naar 15 april toe, zodat wij op 15 april met elkaar uiteindelijk naar de definitieve besluitvorming toe zullen gaan.
Ik sluit deze bijeenkomst.
Sluiting om 22.25 uur.