Commissie ABZM 10 oktober 2016 (19.00)
- Datum:
- 10-10-2016
- Tijd:
- 19:00 - 21:00
- Zaal:
- Raadzaal
- Openbaarheid:
- Openbaar
- Voorzitter:
- J.W. Reterink
- Griffier:
- drs. G.H. Veerman
- Notulist:
- E.J.H. Linssen-Nijland
Aanwezig | Naam |
---|---|
Voorzitter | J.W. Reterink |
SGP | A.J. Scheppink, dr. E.G. Bosma en R. Jansen |
D66 | C. Polman en ir. H. Klein Velderman |
CDA | F.J. Wessels, drs. I. Kahraman en G.D. ten Berge |
ChristenUnie | mr. W.L. Riezebos-Tessemaker en J. Berkhoff |
VVD Lokaal | R.A. de Koe en B.J. van den Berg |
PvdA | R.W. Meijerink en S. Kök |
Gemeentebelang | W.A.J. ter Schure en W.J.M. Muller |
Griffier | drs. G.H. Veerman |
Wethouders | B. Beens, A.C. Hofland, B.D. Tijhof, R.J. Cornelissen |
Pers | 3 |
Publiek | 38 |
1 Opening
De VOORZITTER opent de vergadering en heet iedereen hartelijk welkom.
2 Inventarisatie spreekrecht
Voor het spreekrecht over agendapunt 9, raadsvoorstel vaststellen verordening Reclamebelasting Bedrijventerreinen Rijssen 2017 hebben zich gemeld:
- De heer Bouwens, namens de Stichting Ondernemersfonds Bedrijventerreinen Rijssen
- De heer Draaijer, namens Rick Beltman Service
- De heer Haase, namens Timmerfabriek Webo BV
3 Vaststellen definitieve agenda
De heer MULLER zegt dat in de laatste raadsvergadering is besloten het raadsvoorstel over de reclamebelasting aan te houden. Daarna is er aanvullende informatie verstrekt, maar het raadsvoorstel dat nu bij punt 9 is geagendeerd, is ongewijzigd gebleven. Spreker begrijpt niet waarom dit onderwerp opnieuw in de commissie behandeld wordt. Als de beraadslagingen in de raadsvergadering worden voortgezet, kunnen er moties en amendementen ingediend worden en kan er voor- of tegengestemd worden. Wat Gemeentebelang betreft, wordt het agendapunt vanavond niet behandeld, ook al heeft Gemeentebelang veel interesse in de informatie van de insprekers. Die informatie kan meegenomen worden naar het fractieoverleg. De heer SCHEPPINK vraagt of Gemeentebelang niet meedoet aan de discussie vanavond.
De heer MULLER zegt dat Gemeentebelang meedoet aan de discussie als het agendapunt gehandhaafd wordt. Hij wil aangeven dat de gang van zaken hem verbaast.
De heer NOORDAM zegt dat agendapunt 9 wat VVD Lokaal betreft behandeld kan worden.
De heer BERKHOFF sluit zich aan bij de woorden van de heer Noordam.
De heer KLEIN VELDERMAN zegt dat het jammer zou zijn als het onderwerp vanavond niét ter discussie komt. D66 is groot voorstander van behandeling hiervan.
De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.
4 Verslag van de commissie ABZM van 5 september 2016
Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.
5 Mededelingen vanuit samenwerkingsverbanden en over strategische projecten
Wethouder TIJHOF deelt mee dat SOWECO werkt aan een nieuw businessplan. Hierover vindt binnenkort een informatieavond plaats. Aansluitend wordt er een afspraak gemaakt in Rijssen-Holten om de situatie aldaar verder uit te diepen.
De heer SCHEPPINK verzoekt de stukken die op die avond behandeld worden, vooraf beschikbaar te stellen.
6 Stand van zaken Agenda van Twente
De BURGEMEESTER zegt dat er recent een ‘oploop’ is geweest van gemeenteraden. Het proces van besluitvorming over de evaluatie komt nog in de gemeenteraad ter discussie. Momenteel wordt achter de schermen verder gewerkt en nagedacht over de vervolgstappen. Vrijdag is er bijvoorbeeld een bijeenkomst met-de-benen-op-tafel over de vraag: gaat het om een Agenda van Twente alleen vanuit de gemeenten of gaat het om een Agenda van Twente vanuit de overheid, het onderwijs en het bedrijfsleven? Rijssen-Holten blijft aandacht vragen voor het tijdig meenemen van wat er gebeurt en voor het feit dat de kaders steeds gesteld kunnen worden door de gemeenteraad. In dit proces moeten geen dingen gebeuren die later gerepareerd moeten worden.
Het eerste formele punt dat bij de gemeenteraden op tafel komt, is de afronding van de evaluatie. Vrijdag a.s. wordt er gekeken hoe snel dat gaat in dat proces. Vanuit het college van Rijssen-Holten is de insteek, dat er in elk geval een goede discussie wordt gevoerd en dat er goede voorstellen komen. Rijssen‑Holten wil zich niet laten opjagen, doordat iemand willekeurig een datum heeft geprikt, waarop alles gereed moet zijn. Het proces moet op een ordentelijke manier gelopen worden.
7 Demografische Effectrapportage - eindrapportage (opiniërend; Hofland)
Eerste termijn
De heer MULLER zegt dat er een interessant rapport voorligt met veel informatie. 2040 is echter nog ver weg. Spreker vraagt in de eerste plaats of de behandeling van het rapport vanavond gezien moet worden als een soort principeverzoek of dat het opiniërend of eventueel brainstormend is. Verder is de vraag van spreker wat er gebeurt met de reacties die de commissie vanavond naar voren brengt.
Gemeentebelang heeft de volgende vragen en kanttekening bij een aantal programmaonderdelen.
- 2.1 Bevolkingsontwikkeling
Het effect van het statushoudersbeleid staat niet vermeld in het rapport. Is de impact te beperkt of te onzeker? - 2.2 Wonen
Zijn Is de voorgestelde aantallen haalbaar en niet tegenstrijdig met het provinciebeleid? Kan de gemeente door voldoende kracht te zetten, het beleid mee-ombuigen? - 2.4 Zorg
Er is veel aandacht voor de woonservicezones. Is het een optie dit te combineren met het wijkgericht uitvoeren alle zorgtaken? - 2.5 Sport
In het rapport staat “Vanaf 2040 is er behoefte aan een extra gymzaal”. In een presentatie van 2015 staat dat die behoefte voor 2030 gepland is en een nieuwe sporthal voor 2040. Waarom is die behoefte naar beneden bijgesteld?
De buitensporten. De conclusie dat ouderen – 55plus-competities ‑ vooral overdag sporten, lijkt kort door de bocht, want ouderen werken langer door. Spreker mist de sterke groei van het damesvoetbal bij de overwegingen, dat er een overschot aan velden kan ontstaan. - 2.6 Cultuur
Toegevoegd zou kunnen worden aandacht voor de amateurkunstsector, de effecten en strategie. Het belang van cultuur voor de leefbaarheid en aantrekkelijkheid van de gemeente: deze onderdelen zijn niet benoemd als speerpunten in het hoofdstuk Cultuur. - 2.7 Onderwijs
Bij het mbo staat het belang van opleidingen in bouw, metaal, zorg en ICT. Ter overweging is ook te kijken naar opleidingen in recreatie en toerisme, een speerpunt van het beleid in de gemeente. - 2.9 Economie
Gemeentebelang mist de aandacht voor ontwikkelingen in de agrarische sector. Alleen het VAB-beleid wordt genoemd. Er zijn grote verschuivingen gaande in deze branche. Spreker verzoekt ook op dit punt een visie en een strategie, die opgenomen kunnen worden in dit plan.
- Monitoringsplan. Het koopstromenonderzoek staat gepland voor één maal per vijf jaar. Dit lijkt Gemeentebelang weinig.
- Het eindrapport telt 92 pagina's. Spreker vraagt of het wellicht een optie is om een beknopte uitvoering toe te voegen voor geïnteresseerde inwoners, die minder ingevoerd zijn in de materie.
De heer WESSELS zegt dat met deze rapportage in beeld is gebracht wat de verwachting is van de bevolkingsopbouw in Rijssen-Holten in 2030/2040. Daarmee kan de woningbehoefte gepland worden in de toekomst, kan bekeken worden wat de economie gaat doen en wat men aan zorg et cetera nodig heeft. Dit kan vertaald worden in allerlei beleidsprogramma’s in komende periodes. Spreker vindt dat de gemeente trots kan zijn op dit rapport. Men kan nu aan de slag gaan met het rapport en het meenemen in de plannen voor de toekomst.
De heer BERKHOFF spreekt namens de ChristenUnie zijn waardering uit naar de opstellers van dit gedegen rapport en voor het vele werk. De ChristenUnie onderstreept het rapport van harte, dat gebruikt kan worden voor de toekomst. De ChristenUnie heeft niet de behoefte in te gaan op details of het aanscherpen van punten. Het rapport is bedoeld voor meerdere jaren. Er moet zo veel mogelijk uitvoering aan gegeven worden en betrokken worden bij beleidsvoorstellen.
Spreker wijst op een stuk monitoring, dat achter in het rapport is opgenomen. Hij vraagt of de raad daarvoor financiën beschikbaar moet stellen.
De heer JANSEN spreekt namens de SGP zijn dank uit voor het verrichte werk. Er ligt een goed stuk voor, vooral betreffende de demografische ontwikkelingen op de diverse beleidsterreinen. Spreker wil hier niet verder op detailniveau ingaan. Eén onderdeel dat is opgevallen betreft het bouwen. Er zijn drie scenario’s: positief, neutraal en negatief. Als het gaat om bouwen voor de lokale behoefte en voor de juiste doelgroep, is het opvallend dat het eerder richting het positieve scenario dan richting het neutrale scenario gaat. Dat is een detail waar de gemeente iets mee kan en iets mee moet.
Het is prima dat er ook veel aandacht is voor de ouderen. Daarnaast is het uitvoerings- en monitoringsprogramma van essentieel belang om te kunnen anticiperen op allerlei beleidsterreinen. Er zit ongetwijfeld een kostenplaatje aan het monitoren hiervan. Zodra het aan de orde is, beoordeelt de SGP de kosten op hun merites.
De heer NOORDAM zegt dat de rapportage die voorligt, niet het enige goede stuk is. Het rapport moet betrokken worden bij de beleidsvoorstellen, maar voor VVD Lokaal is het lastig vast te stellen wat te zijner tijd voorrang krijgt. Volgens de jongste prognoses komt er de komende jaren minder nieuwbouw in de provincie. Rijssen-Holten heeft een eigen woonvisie en een eigen strategische visie vastgesteld. De nu voorliggende effectrapportage moet betrokken worden bij de beleidsvoorstellen. Als ingezoomd wordt op alle details en als die door de raad vastgesteld worden, is de vraag wat nog de waarde is van de strategische visie en hoe zwaar de woonvisie gewogen wordt. Spreker vraagt wat de mening van het college hierover is: als het document is vastgesteld, is het dan een document waarmee de koers wordt uitgezet? VVD Lokaal wil bij dit punt de vinger leggen. Er zouden dan namelijk te veel documenten zijn, die hierbij betrokken moeten worden.
De heer KÖK zegt dat de PvdA blij is met voorliggend stuk en dat zij het van harte steunt.
Burgemeester HOFLAND zegt dat er een belangrijk document voorligt voor het college. Er is op een gedegen manier onderzocht en vastgelegd hoe het college een aantal ontwikkelingen in met name Rijssen-Holten ziet. Het college maakt enige keuzes in de scenario’s die naar voren komen.
Het is niet de bedoeling zaken tot achter de komma uit te discussiëren. Het gaat meer om de vraag of de commissie instemt met het voorleggen van het rapport aan allerlei instanties en verenigingen, zodat zij daarop kunnen reageren. Nadat die informatie is vergaard, kunnen er echte keuzes worden gemaakt. In dit rapport is een aantal ambtelijke keuzes gemaakt, waarvan het college op dit moment kennis neemt om de discussie niet te belasten. Het college wil dit rapport in deze brede omvang inbrengen in die maatschappelijke discussie.
Het college is van mening, kijkend naar alles wat in het rapport naar voren komt, dat een groeiscenario haalbaar moet zijn. De werkgelegenheid in Rijssen-Holten is van een uitstekend niveau, het ondernemerschap is uitstekend georganiseerd en het aantal arbeidsplaatsen is groeiend. In die zin zit daar een impuls in, die doorwerkt op de arbeidsmarkt. Te zien is dat ook Rijssen-Holten vergrijst, maar er is voldoende aanwas en er zijn voldoende jeugdigen. Wellicht zullen er impulsen gegeven moeten worden aan jongeren, die tijdelijk de gemeente verlaten voor het volgen van een studie, zodat zij later met enthousiasme terugkeren.
Wat betreft het groeiscenario zou het jaar 2025 wellicht genomen kunnen als tussenstation, waarbij er op dat moment 10.000 mensen wonen in Holten en 30.000 in Rijssen. Daarmee wordt geen tekort gedaan aan afspraken met de provincie om te bouwen voor eigen behoefte. “Voor eigen behoefte” heeft ook te maken met de werkgelegenheid. Het is goed wonen en werken in deze gemeente. Het college ziet dan ook wel degelijk mogelijkheden via dat scenario te gaan werken.
Spreker spreekt zijn dank uit voor de waarderende woorden over het rapport. Die woorden zullen overgebracht worden aan diegenen die hieraan gewerkt hebben.
Spreker gaat op dit moment niet te diep in op de vragen van de heer Muller, omdat deze punten later bij de beleidsintensivering terugkomen. Wat betreft de statushouders zegt spreker dat dit onderwerp niet in volle omvang is meegenomen. Het is de vraag wat het effect is van deze tijdelijke ‘rimpeling’. De gemeente moet zich hiermee niet rijk rekenen.
Naar aanleiding van de vraag over het programma Wonen, zegt spreker dat het college denkt dat dit haalbaar is.
De overige vragen, waaronder vragen over damesvoetbal en een nieuwe gymzaal, zijn erg detaillistisch. Wat betreft het programma Onderwijs zegt spreker dat het vorige college zich nadrukkelijk heeft bemoeid om mbo-opleidingen naar Rijssen-Holten te halen. Dat wordt in deze periode geïntensiveerd en krachtig voortgezet. Het college kijkt steeds naar wat haalbaar is. Het is niet zo dat Rijssen-Holten een volwaardige, zelfstandige ROC-opleiding krijgt. Als er vraag is naar een opleiding op het gebied van recreatie en toerisme en het zou haalbaar zijn, dan staat het college daar niet afwijzend tegenover, al is het de vraag of de gemeente als overheid dat zelf moet entameren.
Eén koopstromenonderzoek per jaar vijf jaar vindt het college op dit moment voldoende. In de uitwerking van het rapport kan daar nog een keer naar gekeken worden.
De opmerking over de agrarische sector is een punt dat bekeken kan worden na de ronde met het maatschappelijk middenveld. Na deze ronde komt er een volwaardig moment voor de raad, waarbij het college duidelijk maakt waar de prioriteiten gelegd worden en tegen welke kosten dat gedaan wordt. Op dat moment hoort daar ook de monitoring bij, inclusief het kostenplaatje, waar de raad zijn mening over kan geven. Wat het college op dit moment wenst met het voorleggen van het rapport, is het vragen van toestemming om de discussie met het maatschappelijk middenveld aan te gaan.
Tweede termijn
De heer MULLER merkt op dat de commissie wordt gevraagd om een opinie. Spreker ziet dat als iets meer dan alleen het geven van toestemming om hier wel of niet mee door te gaan. De opmerkingen en vragen van spreker in de eerste termijn zijn bedoeld als aanvullingen om mee te geven. Gemeentebelang ondersteunt het rapport van harte. Er is veel werk verzet en er ligt een goed product voor.
De heer NOORDAM zegt dat er een discussie met het maatschappelijk middenveld gevoerd zal worden, maar het maatschappelijk middenveld ziet ook de andere rapportages, waaronder de woonvisie en de strategische visie, en ziet ook de jongste prognoses. Spreker vraagt of die zaken op elkaar aansluiten of dat men straks zal opmerken dat in het ene rapport een ander criterium staat dan in het andere rapport. Hij wil graag weten of dit rapport leidend is, of rapporten gezamenlijk leidend zijn, of het hulpinstrumenten zijn en of een van de rapporten het ‘afrekenmodel’ is.
Burgemeester HOFLAND zegt dat het voorliggende rapport niet strijdig is met de woonvisie. Het is zelfs zo dat op het moment dat de woonvisie ontwikkeld werd, er ook al aan voorliggend rapport werd geschreven. De beide stukken sluiten goed op elkaar aan. De strategische visie ligt op een iets hoger abstractieniveau. Geprobeerd wordt met voorliggend rapport vooral de beleidseffecten in beeld te krijgen en die zaken waarmee de gemeente rekening moet houden in de toekomst. Wat in dit rapport staat, moet later vertaald worden naar beleidsdocumenten. Dat geldt ook voor de strategische visie. Aan de andere kant wordt eens in de zoveel jaar een aantal zaken herijkt om te zien of de gemeente op koers ligt en hoe zij verder gaat. Zes jaar geleden is de strategische visie vastgesteld en bescheiden herijkt in januari 2016. Het is echter mogelijk om over vier jaar, met als basis de oorspronkelijke strategische visie, alles te herijken. Het is niet de bedoeling nu alles telkens overhoop te halen, maar het uitzetten van een consistent beleid te bewaken, zowel door het college als de raad.
De VOORZITTER concludeert dat het stuk in het algemeen positief ontvangen is en de procedure ingaat zoals is voorgesteld door de burgemeester.
8 Evenementenbeleid 2016 (o.v.v. de SGP; Hofland)
De heer SCHEPPINK zegt dat in januari 2016 het concept-evenementenbeleid is besproken, waarbij er veel opmerkingen zijn gemaakt door de commissie. Nu, een half jaar later, heeft het college het beleid vastgesteld. De SGP heeft verzocht het evenementenbeleid te agenderen, om in discussie te gaan over de vraag: hoe nu verder? Van de opinies die in januari 2016 zijn meegegeven aan het college, is een aantal punten wel en een aantal punten niet meegenomen in het nieuwe beleid. Met betrekking tot de onderwerpen veiligheid, openbare orde, verantwoordelijkheid, zorgvuldigheid en handhaving, vraagt spreker zich af hoe de commissie c.q. de raad daarmee omgaat in de toekomst. In de ogen van de SGP lijkt het erop dat het nieuwe beleid vooral tegemoet komt aan de organisatoren en dat, behalve vechtsport, alles kan en mag.
Er zijn volgens spreker ook goede punten in het stuk opgenomen. Deze punten hebben betrekking op duidelijke regels en instrumenten op het gebied van alcoholmatiging en drugsgebruik. De SGP is in die zin blij met het beleid, alhoewel zij het niet helemaal kan steunen.
Door de SGP is eerder een punt gemaakt van het beperken van geluidsoverlast, waarbij zij heeft gevraagd de normen te hanteren van de Milieu-inspectie Limburg. Dat wordt door het college afgedaan met de woorden dat er dan bijna geen evenementen meer zullen zijn. Spreker vindt dat een drogreden. Als het gaat om alcoholmatiging en drugsgebruik, kan er ook een punt gemaakt worden van gehoorbeschadiging.
Het beleid is zo generiek en algemeen, dat het niet meer algemeen genoemd kan worden. Spreker wil hieromtrent alvast een ‘winstwaarschuwing’ geven. In het beleid staat dat er nog een voorstel komt: met name als de gemeente meewerkt aan evenementen, met bijvoorbeeld dranghekken, die het algemeen belang dienen. Volgens spreker vallen niet alle activiteiten of evenementen die in de gemeente georganiseerd worden bij voorbaat onder het algemeen belang. Daarmee is spreker het absoluut niet eens. Als er een raadsvoorstel komt in het kader van de Wet markt en overheid en er zijn zaken of activiteiten die de gemeente uitvoert, maar die ook een commerciële partij kan uitvoeren, dan moet er gewoon een commerciële prijscalculatie gehanteerd worden en dan moet het niet zo zijn dat dit als “algemeen” wordt verklaard. Spreker is nieuwsgierig wat dit de gemeenschap allemaal kost.
In het vorige beleid van de gemeente zat er een rem op het aantal evenementen, hoewel dat niet gehanteerd werd. In het nieuwe beleid kan elk evenement gewoon aangevraagd worden, ook al is dat onder bepaalde voorwaarden. Als het echter gaat om de handhaving, dan moeten de Boa’s dat uitvoeren. Spreker vraagt of dat consequenties heeft voor de inzet van de Boa’s op andere terreinen, zoals overlast van honden.
De SGP heeft eerder een punt gemaakt van de zorgvuldigheid: bepaalde vergunningen waren niet zorgvuldig verleend. Het blijkt dat er ook in maart 2016 een evenement is geweest, waarvoor een vergunning is verstrekt, waarbij niet zorgvuldig is gehandeld. De ontvangen bezwaren zijn op alle punten ontvankelijk verklaard. Spreker vraagt zich af of de vergunningen wel op de goede manier behandeld worden. Ook in dit geval is te zien dat het beleid gericht is op de organisator en niet op de omwonenden die overlast kunnen ervaren. De SGP heeft daar moeite mee.
Spreker heeft bij zijn motivatie voor agendering van het evenementenbeleid verzocht het Parapluplan Evenemententerreinen te betrekken. Over sportvelden en kantines staat waaraan een organisator moet voldoen. Hij vraagt wat de commissie ervan vindt om evenementen toe te staan op evenemententerreinen, om sportfaciliteiten alleen te laten gebruiken voor sportevenementen en daarin meer regulering toe te passen dan nu het geval is.
Elk jaar blijkt er een overlap te zijn van evenementen en festiviteiten. Elke horecagelegenheid kan zes incidentele festiviteiten aanvragen zonder vergunning. Daarnaast zijn er nog de evenementen. In de zomerperiode blijkt dat men elk jaar overlast ervaart. Spreker vraagt of het mogelijk is het aantal festiviteiten te verminderen, de evenemententerreinen specifiek aan te wijzen en minder toe te staan op ander gebruik van bijvoorbeeld sportvelden.
De heer NOORDAM zegt dat de heer Scheppink sprak over “rem op evenementen”. In de zojuist besproken Demografische Effect Rapportage staat op pagina 68 dat de gemeente uitdrukkelijk wordt uitgenodigd meer in te zetten op meer evenementen. Spreker vraagt of de heer Scheppink heeft bedoeld: sportevenementen op sportlocaties, feestevenementen op feestlocaties.
Verder sprak de heer Scheppink over overlast. Spreker vraagt hem die woorden toe te lichten.
De heer BERKHOFF zegt dat de ChristenUnie blij is dat er een evenementenbeleid voorligt, al blijft zij pleiten voor het terugbrengen van de openingstijden. Zij heeft nog de volgende kanttekeningen.
De ChristenUnie heeft bezwaar tegen wat wordt gesteld over bijvoorbeeld dranghekken, waarbij de gemeente faciliterend is. Het moet zo zijn dat mensen zelf ophalen wat zij nodig hebben en daarvoor betalen.
Spreker is verbaasd over wat is geschreven over het algemeen belang en het economisch belang van evenementen. Hij vraagt een reactie van de andere fracties op het volgende. De triatlon is belangrijk voor Holten en er is een algemeen en economisch belang. Dan is het vreemd dat Albert Heijn een schadevergoeding verlangt van de gemeente, omdat er een groot evenement wordt gehouden. Spreker vraagt zich af, vooral richting de Holtense commissieleden, hoe hiermee omgegaan moet worden en of er echt sprake is van een algemeen belang.
De ChristenUnie is blij dat er een informatiebijeenkomst komt voor organisatoren van evenementen. Aan het college geeft spreker mee daarbij vooral ook de volgende punten naar voren te brengen: de ‘voors en de tegens’ van het beleid, veiligheid, alcohol, drugs en alle zaken die in het beleid genoemd zijn.
De heer KAHRAMAN zegt dat hij als Rijssens raadslid de Holtense zaak uitstekend kan behartigen. De triatlon is een briljant voor Holten in economisch opzicht en Holten wordt gepositioneerd als een toeristische plaats.
De heer Scheppink vraagt of sportaccommodaties alleen moeten dienen voor de bestemming sport. Het CDA vindt dat het jammer zou zijn als deze accommodaties niet breder gebruikt mogen worden.
Met dit evenementenbeleid wordt een basis vastgelegd. Daarnaast is het een verantwoordelijkheid van de burgemeester en daarmee van het college om te toetsen op openbare orde en veiligheid. Het college moet verantwoording afleggen naar de raad als er zaken fout gaan. Voor het CDA is het belangrijkste dat elke aanvraag op zijn merites beoordeeld wordt en dat gekeken wordt in hoeverre de openbare orde en veiligheid in het evenement geborgd is.
De heer POLMAN zegt dat ook D66 niet helemaal tevreden is over het opgestelde beleid. Het evenementenbeleid zou meer moeten aansluiten bij het horecaconvenant dan bij de nu geldende horecasluitingstijden. Anderzijds is D66 tevreden met een groot deel van het beleid. Dat is het gevolg van compromissen. In een eerdere commissie is het evenementenbeleid uitvoeriger bediscussieerd. Een meerderheid heeft toen aangegeven zich in hoofdlijnen te kunnen vinden in het beleid.
In het stuk dat nu voorligt is naar aanleiding van de eerdere bespreking een aantal punten doorgevoerd. Om niet de eerdere commissievergadering over te doen, wil spreker graag weten wat de SGP vraagt aan de commissie.
De heer TER SCHURE zegt dat de discussie over het evenementenbeleid begin 2016 uitgebreid is gevoerd. Gemeentebelang heeft op dat moment haar wensen ingebracht. Die wensen zijn niet allemaal overgenomen, maar zij kan wel leven met het resultaat.
Er is een opmerking gemaakt over Albert Heijn en de claimcultuur. Spreker is volksvertegenwoordiger van de gemeente Rijssen-Holten. Uit zijn acteren in de laatste jaren blijkt dat hij dat doet op de manier van ‘kernenbeleid is mij vreemd’. De triatlon Holten heeft een internationale uitstraling, die past bij de toeristisch-recreatieve gemeente die Rijssen-Holten wil zijn. Het is een geweldig positief evenement voor de gemeente.
Spreker is benieuwd op welke evenementen is gedoeld toen is gesproken over het faciliteren middels bijvoorbeeld dranghekken. Bij de triatlon wordt dit geregeld via professionele bedrijven. Daarvoor wordt gewoon betaald.
De heer MEIJERINK zegt dat er een redelijk uitgebalanceerd stuk voorligt, ondanks het feit dat D66 en SGP niet tevreden zijn. Het stuk lijkt op een redelijk breed draagvlak te kunnen rekenen. Het is een ultiem compromis, waarmee de PvdA blij is. Ook is zij blij dat er in de gemeente mensen zijn die de gemeenschapszin willen versterken door het organiseren van evenementen en dat de gemeente dat eventueel faciliteert door bijvoorbeeld dranghekken ter beschikking te stellen.
Over de kwestie Albert Heijn Holten heeft de PvdA als fractie geen mening. Als burger van Holten wijst spreker op een heel scherp geformuleerde column hierover in Holten Extra, die enigszins verwoordde wat hierover leefde in Holten.
De heer BERKHOFF vraagt bij interruptie wat de strekking van deze column is.
De heer MEIJERINK zegt dat de tekst op internet te vinden is.
De heer KLEIN VELDERMAN reageert als Holtenaar op de vraag van de ChristenUnie. Hij is trots dat hij een Holtenaar is, zoals de heer Berkhoff trots is Rijssenaar te zijn. In de bestuurlijke samenwerking gaat het om Rijssen-Holten. D66 is niet blij met de actie van Albert Heijn, die absoluut niet strookt met de wijze waarop men in Holten over de triatlon denkt.
Burgemeester HOFLAND zegt dat in januari een boeiende discussie is gevoerd. Hij dankt de SGP-fractie, dat zij de daadkracht van het college ziet om met het voorstel aan de slag te gaan. In januari was de vraag van de SGP-fractie wat de visie was van het college. Het antwoord daarop luidde, dat er een bestuurlijk document voorlag, waaruit bleek dat het college zich had ingespannen om te weten te komen hoe het gaat in de samenleving, welke evenementen er zijn, wat daaraan bijgesteld moet worden en wat er, in bestuurlijk opzicht, fout gaat en eventueel aangepast moet worden. Dat heeft ertoe geleid dat het raamwerk er nu staat, dat het deugt en functioneert in de praktijk, maar dat het op onderdelen mogelijk bijgesteld moet worden. Spreker heeft in januari ook opgemerkt dat er fracties zijn die vanuit hun visie naar de samenleving kijken en dat hij begrijpt dat zij andere keuzes maken. Enerzijds zijn er partijen ontevreden, die vinden dat het wel een ‘slok meer had mogen zijn’. Anderzijds zijn er partijen ontevreden, die vinden dat het wel een ‘slok minder had mogen zijn’. Over dat evenwicht is in januari gediscussieerd en de gemaakte opmerkingen heeft het college uiterst serieus bekeken.
Spreker refereert naar aanleiding van de discussie over de dranghekken aan de inspreker, die in januari aangaf dat men door allerlei veiligheidsmaatregelen steeds meer kosten moest maken voor het organiseren van een evenement. Het gaat vaak om evenementen die door vrijwilligers worden georganiseerd. Zij zijn vaak erg blij met enige ondersteuning van het gemeentebestuur bij het neerleggen van een goede aanvraag. Daarnaast zien ook organisatoren dat veiligheid een steeds groter issue is en worden zij bij het afsluiten van verzekeringen met nadruk bevraagd over de organisatie en of alles adequaat geregeld is. Zij zien het dan ook als een goede ondersteuning dat de gemeente dranghekken beschikbaar stelt. Dat is direct na de herindeling gebruik geworden in de gemeente. Ooit is daarover in een beleidsdocument vastgelegd dat de kosten daarvoor in rekening gebracht moeten worden. In de praktijk is dat echter nooit gebeurd. Het college is van mening dat als een blijk van waardering voor alle vrijwilligers die een evenement organiseren, deze bijdrage geleverd moet worden.
De heer SCHEPPINK zegt bij interruptie dat het dan gaat om subsidie, die per evenement gekapitaliseerd moet worden.
Burgemeester HOFLAND zegt dat het voorstel zou moeten passen in de Wet markt en overheid. Het college zal daarnaar kijken, maar spreker is zelf van mening dat een gemeente moet onderkennen dat er evenementen in de gemeente georganiseerd worden, waar veel vrijwilligers bij betrokken zijn en waar veel mensen plezier aan beleven. Als er dan een bescheiden bijdrage geleverd kan worden, dan is hem dat wel wat waard. Het brengt levendigheid in de samenleving en mensen waarderen het. Daarover kan men van mening verschillen.
De heer BERKHOFF zegt dat bij de triatlon nu de dranghekken verzorgd worden door een professionele partij. Hij vraagt of men in toekomst een beroep op de gemeente kan doen voor het verzorgen van dranghekken en bebording. Als een aanvraag hiervoor bij de gemeente binnenkomt, kan niet gezegd worden dat een klein evenement wel hekken krijg, maar een groot evenement niet.
Burgemeester HOFLAND antwoordt dat hij niet weet hoe de organisatie van de triatlon hiermee omgaat. Het is zelfs mogelijk dat de gemeente niet zoveel hekken heeft als daarvoor nodig zijn.
Door de SGP is terecht aandacht gevraagd voor handhaving door de Boa’s. Jaarlijks wordt het programma van handhaving vastgesteld. Er is altijd capaciteit beschikbaar, maar ook is uitgesproken dat er niet een Boa kan staan bij ieder pilsje dat geschonken wordt bij een evenement en dat zaken steekproefsgewijs gecontroleerd worden.
Spreker neemt kennis van de woorden van de heer Berkhoff, die zijn zorgen uitsprak en graag wilde dat de sluitingstijden teruggebracht worden.
De suggestie van de heer Berkhoff om in de informatiebijeenkomst in de volle breedte aandacht te vragen voor wat er speelt, waaronder het alcohol- en drugsbeleid en eventueel ook de sluitingstijd, neemt spreker mee. Als er een maatschappelijke tendens plaatsvindt en evenementen zijn vroeger afgelopen, dan is het college de laatste die zich daartegen verzet. Anderzijds moet men rekening houden met de maatschappelijke werkelijkheid.
Openbare orde en veiligheid is voor spreker een belangrijke leidraad en ook het belangrijkste vertrekpunt. Het is zeker niet zo alle evenementen worden toegestaan. Er wordt gekeken naar de aard van de activiteiten bij een evenement. Daarnaast wordt gekeken naar de hoeveelheid politie- en Boa-capaciteit die een evenement vraagt, omdat de beperkte beschikbaarheid van de politie bij grootschalige evenementen in de regio een punt van zorg wordt. Als de politie geen capaciteit kan leveren en er geen andere adequate oplossing met bijvoorbeeld particuliere beveiliging mogelijk is, dan verbiedt spreker een evenement.
Het werkt verhelderend dat alle aanvraagtermijnen nu gesteld zijn op 12 weken voor een evenement. Op de informatiebijeenkomst zal hierop nog een keer nadrukkelijk gewezen worden. Slechts sporadisch kan hiervan afgeweken worden.
Tweede termijn
De heer SCHEPPINK concludeert dat het college geen visie heeft en dat dit symptomatisch is voor het hele betoog van de burgemeester. Het woord “organisatoren” is veelvuldig gevallen, maar niet of de rest van de gemeenschap overlast ervaart. Het hele stuk staat in het teken van de organisatie. Het voorliggende beleid is een verruiming van het staande beleid. Daarnaast werd nog opgemerkt dat de politie zich nu al zorgen maakt over het aantal evenementen.
De SGP zal scherp toezien op de openbare orde en veiligheid, waarvoor het college verantwoordelijk blijft. Bij de evaluatie over twee jaar neemt de SGP dit mee.
Met betrekking tot de kosten c.q. subsidie voor hand- en spandiensten zegt spreker dat alles wat de gemeente doet, middels leges in rekening wordt gebracht. Door de gebruikte woorden van de burgemeester, dat hij niet de organisator is van de triatlon en niet weet wat het kost, geeft hij aan dat er een pijnpunt zit in het beleid. Bij de behandeling van het raadsvoorstel Wet markt en overheid komt de SGP hierop terug.
Tegen de heer Noordam zegt spreker dat hij had gehoopt dat er een evenementenbeleid werd vastgesteld, dat richting geeft aan het type evenementen dat men in Rijssen-Holten wil hebben. Rijssen-Holten wil zich profileren als toeristische gemeente. Dan verwacht spreker daar toeristische evenementen bij en dat er in die zin richting aangegeven wordt.
Tegen de heer Kahraman zegt spreker dat evenementen, waarvoor een vergunning nodig is, op sportterreinen iets anders is dan het organiseren van een activiteit. Sportverenigingen zouden daarnaast een ontheffing moeten aanvragen voor een incidentele festiviteit.
De PvdA is bezig met uitbalanceren en een dergelijk compromis is vlees noch vis.
Tegen de heer Polman zegt hij dat de SGP wil kijken welke richting zij op wil met evenementen. Zij wil graag een jaarkalender vaststellen en kiezen welke evenementen wel of niet georganiseerd worden.
Tegen de heer Ter Schure, die sprak over kernenbeleid, benadrukt spreker dat de SGP geen kernenbeleid wil.
De heer BERKHOFF zegt dat hij het eens is met de beantwoording van de SGP op de vraag over evenementen op sportterreinen. Hij blijft bezwaar houden tegen het faciliteren door middel van dranghekken en bebording door de gemeente. Hij is benieuwd naar het voorstel dat hierover komt. De ChristenUnie is in elk geval geen voorstander en vindt dat iedereen hiervoor moet betalen.
Spreker is blij met de toezegging van de burgemeester om op de informatieavond de openbare orde en veiligheid en het beleid rondom alcohol en drugs aan de orde te stellen.
Door de woorden van diverse fracties over het standpunt van Albert Heijn is er duidelijkheid gegeven. Spreker draagt de triatlon een warm hart toe, maar wil wel graag weten hoe de ondernemers in Holten hiertegen aankijken. Verder is hij blij met de toezegging van Gemeentebelang, dat zij geen kernenbeleid zal hanteren.
De heer NOORDAM zegt dat de commissie vanavond datgene wat staat over het kernenbeleid in de Demografische Effectrapportage heeft omarmd. Bij het evenementenbeleid zegt Gemeentebelang echter geen kernenbeleid te willen. Hierover staat genoemd: Ook wij hechten waarde aan de plaatseigen cultuur en de volkscultuur en geschiedenis.
De heer TER SCHURE zegt dat de conclusie van de heer Noordam een heel vrije interpretatie van zijn woorden is. De heer Noordam koppelt dit aan een rapportage, die niets te maken heeft met dit agendapunt.
De heer NOORDAM zegt dat daarover vanavond wel wordt gesproken en dat het in de discussie in januari is vastgesteld. Het gaat hier om de eigen identiteit van Dijkerhoek, Espelo, van Rijssen of van Holten. Een feest in Dijkerhoek kan niet vergeleken worden met zomaar een evenement in het dorp. Evenementen moeten steeds op hun merites kunnen worden beoordeeld. In Dijkerhoek wil men bijvoorbeeld niet dat het feest om 11 elf ’s avonds eindigt. Dat moet de commissie begrijpen en daar moet de vinger bijgelegd worden. In de DER staat dat de gemeente waarde hecht aan de plaatseigen cultuur. In dat kader moet de brief van Albert Heijn vanavond dan ook niet genoemd worden. Het hele dorp is bezig met de triatlon. Natuurlijk heeft een ondernemer even last van dit evenement, maar het hele dorp is er blij mee.
De heer KAHRAMAN zegt dat het CDA niet alles kapot wil regelen. Het college heeft een lijn gekozen, waarin men kijkt naar wat de materiële bijdrage is aan een evenement. Er moet niet bij voorbaat gezegd worden dat de gemeente bij evenementen nergens de helpende hand biedt.
De heer SCHEPPINK interrumpeert de heer Kahraman en vraagt hoe op basis van dit beleid wordt bepaald dat een evenement bijdraagt aan Rijssen-Holten.
De heer KAHRAMAN zegt dat dat hetzelfde beleid is, dat gehanteerd wordt bij al dan niet verstrekken van subsidies aan evenementen. De criteria hiervoor zijn gedelegeerd aan het college. Alles kan wel dichtgetimmerd worden, maar dan krijgt men niets meer voor elkaar in de gemeente. Als er straks een voorstel over de marktwerking komt, moet de inhoudelijke discussie gevoerd worden.
De heer POLMAN zegt dat de heer Scheppink sprak over een evenementenkalender, waarin de gemeente blijkbaar vrij is om te strepen. Dat lijkt D66 geen goede ontwikkeling. De overheid stelt de kaders en bepaalt niet wanneer welke evenementen plaatsvinden. Dat bepalen de inwoners en de vrijwilligers.
Burgemeester HOFLAND zegt dat er zeker geen verruiming van het beleid aan de orde is. Op tal van terreinen zijn er accenten gelegd, die in het vorige beleid anders tot uitdrukking kwamen.
Naar aanleiding van de discussie over het parapluplan en sportterreinen versus andere locaties, zegt spreker dat in het college is afgesproken dat nog een keer te bekijken, omdat er voor- en nadelen aan zitten. Het zal niet zo zijn dat sportterreinen helemaal uit beeld verdwijnen. Wel is het de vraag hoe gelukkig de gemeente mag zijn met het parapluplan en de eventuele consequenties als dit strikt gehanteerd wordt. Een voorbeeld is dat het Europaplein in het parapluplan is aangewezen als evenementenlocatie. Er zijn echter enkele activiteiten, waarbij men blij mag zijn dat die niet op het Europaplein gehouden worden. Als een van de consequenties van het parapluplan is dat een bepaald evenement alleen mag plaatsvinden op de aangewezen locaties, dan is de vraag of dat de richting is die de fracties zoeken.
Vaststelling van het evenementenbeleid is een bevoegdheid van het college. Het college wil echter de opinie van de fracties vragen en daar serieus naar kijken. Het college is er inmiddels mee aan de slag gegaan en over twee jaar wordt de tussenbalans opgemaakt. In het stuk staat echter ook dat als er zaken tussentijds moeten worden aangepast, het college dat zal delen met de raad.
9 Raadsvoorstel vaststellen verordening Reclamebelasting Bedrijventerreinen Rijssen 2017 (Tijhof)
De heer BOUWENS spreekt in. De ondernemersverenigingen Kring Werkgevers Rijssen en Bij de Tijd hebben hun leden steeds tijdig en zorgvuldig geïnformeerd. Middels een enquête onder hun leden, blijkt dat zij unaniem voor de plannen hebben gestemd. Ook niet-leden zijn aangeschreven en uitgenodigd voor de inspraakavond op 25 mei 2016 voor alle bedrijven op het bedrijventerrein. Er is het afgelopen anderhalf jaar veel werk verzet, waarbij veel partijen betrokken waren. De KWR en BdT zouden het zeer betreuren als niet gezamenlijk gekomen kan worden tot een positief besluit. Het gaat om een gezamenlijk belang. Er zijn drie redenen waarom de twee ondernemersverenigingen collectief cameratoezicht noodzakelijk achten:
- Zaaksbescherming: voorkoming van schade door criminaliteit en overlast. Intelligent cameratoezicht in de openbare ruimte heeft zich bewezen als effectief middel voor ondernemers om zaken te beschermen en schade te voorkomen. Het verhoogt het veiligheidsgevoel van gebruikers en bezoekers van de bedrijventerreinen in Rijssen. Kentekens worden gescand op alle toegangswegen en live gematched met de database van de politie. Overzichtscamera’s worden live uitgekeken door gecertificeerde beveiligers in de toezichtruimte van de Stichting I-Watch. Bij afwijkende beelden en alarmen wordt zowel door politie als beveiligingsdienst snel opgevolgd. Op basis van ervaringen op andere industrieterreinen, zoals Deventer en Zutphen, resulteert dit in maximale schadelastbeperking bij de ondernemers.
- Omliggende bedrijventerreinen zijn al beveiligd middels cameratoezicht. In Deventer zijn sinds de plaatsing van camera’s de aantallen inbraken bij aangesloten deelnemers in het eerste jaar met 78% gedaald. Steeds meer bedrijventerreinen en winkelgebieden beschermen zichzelf met collectief cameratoezicht. Voorbeelden zijn Deventer, Zutphen, Almelo en Enschede en ook is men op bedrijventerrein ’t Lochter in Nijverdal bezig met het opzetten van cameratoezicht. De praktijk wijst uit dat er een verplaatsing plaatsvindt van criminaliteit naar minder goed bewaakte gebieden.
- Concurrentiekracht van bedrijventerreinen. Rijssen doet het goed als ondernemende gemeente. Om bedrijven te behouden en nieuwe bedrijvigheid aan te trekken moet Rijssen-Holten uitblinken op aspecten die belangrijk zijn voor bedrijven. Veiligheid is een van de primaire vestigingsfactoren voor bedrijven.
Met betrekking tot privacy zegt spreker dat het juridische kader van het camerasysteem onder zaakbescherming valt en dat het niet gaat om openbare orde en veiligheid; daarvan ligt het alleenrecht bij politie en gemeente. De privacy is gewaarborgd in de Regionale Toezichtruimte van I‑Watch, waar alleen de politie en een aangewezen beveiligingsdienst de beelden uitlezen. Dit betreft een publiekprivate samenwerking, waarbij de politie de regie voert. De beelden worden binnen de wettelijke bewaartermijnen bewaard. De camera’s kennen overigens de mogelijkheid van softwarematige maskering ten behoeve van de privacy van bewoners.
KWR en BdT spannen zich al jaren in voor verdere verbeteringen van het bedrijventerrein. Bedrijven die geen lid zijn van de ondernemersverenigingen profiteren mee van o.a. het Keurmerk Veilig Ondernemen. Cameratoezicht vergt een aanzienlijke investering, die mogelijk wordt als de kosten door alle ondernemers op de bedrijventerreinen worden gedragen. Een ondernemersfonds biedt de mogelijkheid dit te doen op basis van draagkracht.
De voorgestelde gestaffelde heffing is de eerlijkste methode en past in verhouding het beste bij de geleverde diensten. Zo betalen objecten met een kleine WOZ-waarde € 170 en de grootste € 2670 per jaar. De ondernemersverenigingen hebben nog twee andere varianten bekeken. Als alleen gekeken wordt naar een vast percentage over de WOZ-waarde, betalen de kleinste objecten € 5 en de grootste meer dan€ 7000 per jaar. Bedrijven betalen dan te weinig en te veel in verhouding tot de geleverde dienst. Dat geldt deels ook als een vast bedrag met een percentage wordt gehanteerd. De kleinste objecten betalen dan € 153 en de grootste meer dan € 5000. De objecten met een hoge WOZ-waarde betalen te veel voor de geleverde dienst.
De beide ondernemersverenigingen vinden de door hun gekozen gestaffelde methode de meest eerlijke methode. In Zuthpen werkt men bijvoorbeeld met vier staffels. In Rijssen-Holten zou met elf staffels gewerkt worden.
De heer BOSMA vraagt hoe groot de schade per jaar ongeveer is, die bedrijven momenteel lijden aan inbraken en dergelijke. Voorts vraagt hij of dit plan de ondernemer geldt gaat kosten of dat bijvoorbeeld een deel van het ingelegde geld in mindering wordt gebracht van bijvoorbeeld verzekeringspremies. Ook vraagt hij waarom niet is gekozen voor een zogenaamde BIZ (Bedrijfs Investerings Zone) en wordt gekozen voor een generieke maatregel.
De heer BOUWENS zegt dat er bedrijven zijn die op dit moment geen kosten voor beveiliging betalen. Een groot aantal bedrijven betaalt echter wel voor die kosten. Het gaat hier echter om een collectief belang.
De heer KLEIN VELDERMAN zegt dat de werkgeversverenigingen een enquête hebben gehouden, waaruit blijkt dat men unaniem voor de nieuwe maatregel is. D66 heeft stukken gezien, waar dat niet uit blijkt; 40 van de 100: dat is niet unaniem.
De werkgeversverenigingen hebben met de gemeente een veiligheidsborrel georganiseerd, waar 100 mensen op afgekomen zijn, niet zijnde ‘alle andere ondernemers’. Spreker vraagt hoe het zit met het draagvlak, wat de werkgevers-verenigingen hebben gedaan om ook andere methodieken te vinden en hoe de communicatie is geweest met niet-leden.
De heer BOUWENS zegt dat 40 van de ongeveer 90 bedrijven, die lid zijn van de KWR, ja gestemd hebben. Anderzijds heeft geen van de leden nee gestemd.
In de besturen van de businessclubs zijn discussies gevoerd en heeft overleg plaatsgevonden met de leden. Er zijn uitnodigingen verstuurd, er waren berichtgevingen in de krant en er is een inloopavond geweest.
De heer DE KOE zegt dat de heer Bouwens in zijn betoog heeft gezegd het algemeen maatschappelijk belang te zien. Ondanks dat gegeven zijn de ondernemers op het bedrijventerrein niet in staat het cameratoezicht zelf te organiseren en hebben zij, via de reclamebelasting, de gemeente daarbij nodig
De heer BOUWENS zegt dat de vraag is of er wellicht een verantwoordelijkheid ligt bij gemeente om hiervoor de nek uit te steken, zoals ook de ondernemers dat doen.
De heer DE KOE vraagt waarom de werkgevers deze constructie nodig hebben. Verder wil spreker graag weten of er andere gemeenten zijn, waarin is gekozen voor eenzelfde constructie met de reclamebelasting als basis.
Mogelijk zijn er straks ondernemers die de reclame van hun gevels halen. Spreker vraagt of daarmee rekening is gehouden. Daarmee zou juridisch een probleem kunnen ontstaan.
De heer BOUWENS zegt dat rekening is gehouden met ondernemers die reclame van hun gevels halen. De werkgeversverenigingen gaan ervan uit dat dit geen grote problemen oplevert en dat het gemeenschappelijk belang de boventoon zal voeren.
Ook anderen gemeenten gebruiken op deze manier de reclamebelasting, o.a. de gemeente Zutphen.
De heer KLEIN VELDERMAN verzoekt, als punt van orde, om een schorsing.
De VOORZITTER merkt op dat de termijn van de inspreker nog niet is afgelopen.
De heer MULLER zegt dat er een bijeenkomst is geweest voor alle ondernemers, maar de enquête was beperkt tot de leden van de twee werkgeversverenigingen. Hij vraagt waarom de enquête niet is gehouden onder alle ondernemers.
Er is niet gekozen voor een BIZ en een wettelijk model dat daarvoor opgetuigd zou kunnen worden. Spreker vraagt of het een rol heeft gespeeld dat daar een draagvlakmeting een verplicht onderdeel van is.
De heer BOUWENS zegt dat de werkgeversverenigingen voor de reclamebelasting hebben gekozen, omdat zij van mening waren dat de kans van slagen daarmee het grootste was.
De heer BERKHOF zegt dat hij kennis heeft genomen van het financieringsmodel met de bijbehorende kosten. De kostenstructuur van ruim € 300.000 per jaar roept hier en daar enige ergernis op. Hij vraagt of is overwogen te kiezen voor een goedkoper model zonder opvolging of alarmering en dergelijke.
De heer BOUWENS antwoordt dat alle aspecten van deze plannen zijn bekeken. De werkgeversverenigingen waren van mening dat zij het meest optimale willen bewerkstelligen: samenwerking met de Stichting I-Watch en met Veneberg en te zorgen voor een snelle opvolging. Als de plannen doorgaan is er continue een auto en is men altijd binnen 10 tot 15 minuten aanwezig.
De heer KAHRAMAN zegt dat het CDA eerder vraagtekens heeft gezet bij de kostenverdeling. Als de staffelkorting wordt gehanteerd, gaat het bij de kleinere ondernemers c.q. bij de waarde van hun gebouwen, over 100% verzwaring van gemeentelijke lasten. In een andere zone waar de gemeente reclamebelasting heft, gebeurt dat op basis van een percentage en betaalt iemand met een duurder pand procentueel even veel als diegene met een goedkoper pand. Uit het hele voorstel dat voorligt, blijkt een gemiddelde lastenverzwaring van 82% voor bedrijven.
De heer BOUWENS zegt de werkgeversverenigingen primair hebben gekeken naar wat men krijgt aan veiligheid en beveiliging op basis van de plannen die zijn voorgelegd. Een kleine ondernemer c.q. een klein object betaalt € 170 per jaar, een grote ondernemer c.q. een groot object betaalt € 2670 per jaar. Dat zijn redelijke bedragen.
De heer DRAAIJER, namens de ondernemers Handelsweg, spreekt in. Pas laat zijn zij via-via achter de voorliggende plannen gekomen. Zij vinden het belangrijk dat de commissie kennis neemt van de mening van een groep ondernemers, die geen lid zijn van de werkgeversverenigingen. Spreker wijst erop dat bewoners en bedrijven van de Handelsweg geen enkel bezwaar hebben tegen camerabeveiliging. Wel hebben zij problemen met de wijze waarop gecommuniceerd is en wordt met de ondernemers. Veel ondernemers zijn niet op de hoogte van het plan en de manier waarop het gefinancierd wordt. Naar aanleiding van gespreken met deze ondernemers stelt spreker de volgende vragen:
- Welk aandeel heeft de gemeente Rijssen-Holten in dit plan?
- Heeft de gemeente of een afgevaardigde namens de gemeente zitting in de het stichtingsbestuur?
- Wat is de financiële bijdrage van de gemeente in dit project en gaat het om een eenmalige of structurele bijdrage
- Hoe is de samenstelling van het stichtingsbestuur tot stand gekomen, welke personen hebben zitting in dit bestuur, waarom zijn hun namen niet bekend, hoe is deze samenstelling ontstaan en wie is hiervoor verantwoordelijk?
- Is er een enquête gehouden onder alle ondernemers op het industrieterrein De Mors of is een bepaalde doelgroep benaderd? Wat de uitslag van de enquête betreft: is er voldoende draagvlak voor om dit te laten uitvoeren?
- Veel bedrijven hebben zelf flink geïnvesteerd in de beveiliging van hun eigen bedrijven. Waarom moet deze maatregel via WOZ-belastingheffing gebeuren, zijn er andere mogelijkheden onderzocht en zo ja, welke, en zo nee, waarom niet.
- Vanmorgen hebben enkele bewoners van de Handelsweg bedrijven aldaar benaderd en zijn op de hoogte gebracht van de manier waarop de rekening gepresenteerd gaat worden en hoe men aan de hoogte van het bedrag is gekomen. Is aan deze bewoners gevraagd of zij het met de plannen eens zijn, of zij willen dat de plannen worden afgestemd met de ondernemers die geen lid zijn van een ondernemersvereniging of dat de plannen eventueel worden herzien?
Spreker overhandigt handtekeningen aan de voorzitter. Aan bewoners en bedrijven is gevraagd aan te geven of zij op de hoogte waren van het camerabeveiligingssysteem op het industrieterrein. De meeste personen waren niet op de hoogte.
Namens de ondertekenaars verzoekt spreker de plannen met ondernemers die geen lid zijn van een werkgeversvereniging door te spreken en daar waar nodig de plannen aan te passen. Zij willen kunnen meeslissen over de uitvoering van de beveiliging, over de kostenverdeling en over de wijze waarop de bijdrage van de ondernemers wordt geïnd. Zij vinden het belangrijk dat het plan voor camerabeveiliging breed wordt gedragen en niet meer kost dan strikt noodzakelijk.
De heer MULLER vraagt waarom de heer Draaijer niet aanwezig was bij de bijeenkomst in Lucky, waarvoor alle ondernemers uitgenodigd zouden zijn.
De heer DRAAIJER zegt dat de ondernemers van de Handelsweg waren vertegenwoordigd. De ondernemers zijn op de hoogte gebracht van wat er is besproken. Daarna is er niets meer vernomen.
De heer DE KOE zegt dat de naar schatting 40 ondernemers van de Handelsweg in grote meerderheid geen voorstander van voorliggend plan zijn.
De heer DRAAIJER zegt dat dat inderdaad het geval is.
De heer BOSMA zegt dat hij kennis neemt van de interessante vragen die de heer Draaijer heeft gesteld en vraagt hem of het zijn inschatting is dat men op jaarbasis op het bedrijventerrein € 382.000 schade oploopt door diefstal en onveilige situaties.
De heer DRAAIJER zegt dat hem geen bedragen daarover bekend zijn. Op de plek waar hij zelf woont, is er weinig tot geen schade. Op andere plekken zal echter heus wel wat gebeuren.
De heer KLEIN VELDERMAN dankt de heer Draaijer voor zijn inspraak, die de commissie hard nodig heeft om van alle kanten te horen wat de ondernemers van het plan vinden. Het is goed dat de handtekeningen zijn verzameld; nu is de verhouding weer in evenwicht.
De heer HAASE spreekt in aan de hand van een presentatie. Drie onderdelen zijn daarbij van belang: wie heeft er belang bij het plan, is er genoeg draagvlak, wie betaalt de rekening? Spreker heeft geen idee waarom de gemeente Rijssen-Holten meedoet met dit plan. Een mogelijkheid is dat Rijssen‑Holten de veiligste gemeente is. Deventer en Zutphen zijn echter de onveiligste gemeenten. Het is logisch dat het plan daar goed werkt, het aantal inbraken is stabiel.
Volgens spreker gaat een vergelijking met het centrum niet op, omdat het centrum een gezamenlijk belang is. Er wordt reclamebelasting betaald om meer publiek naar Rijssen te krijgen en de ondernemers er voordeel bij hebben.
Met het voorliggende plan komt er meer veiligheid, maar meer veiligheid is niet nodig, volgens spreker. Het is logisch dat er ondernemers zijn, die belang hebben bij dit plan, zoals transport- en autobedrijven en bedrijven die goederen hebben die gewild zijn. Volgens de stichting zijn er veel bedrijven die opvolging hebben. Spreker zou hiervan graag de aantallen willen hebben. Het lijkt hem niet verstandig om voor de economische belangen van een paar ondernemers het bestuurlijke orgaan te gebruiken. I-Watch heeft als commercieel bedrijf wel belang, ook bij een nieuwe opdracht.
Wat betreft het onderwerp draagvlak zegt spreker dat er een brief is gestuurd. Persoonlijk was spreker ook voor het plan. Rijssen wordt veiliger en ondernemers werken hierin samen. In de brief staat dat de meeste kleine bedrijven – er wordt niet gesproken over objecten ‑ € 175 betalen en grote bedrijven maximaal € 2600. Dat is niet waar; het gaat per object. Ook het verkrijgen van korting bij verzekeraars klopt niet.
Spreker vraagt zich af of er draagvlak is of dat wordt voorkomen dat er echt draagvlak wordt gevraagd. Op een website over beveiligingsnieuws zegt de wethouder: “Op deze manier kunnen we toestanden met BIZ zoals in Nijverdal voorkomen; meer dan een derde wilde niet meebetalen. “ Spreker vraagt zich echter af, als er genoeg draagvlak is en iedereen vindt het een goed idee, waarom men dan niet zou betalen.
Rijssen-Holten verdient een beter plan, volgens spreker, en dat is mogelijk.
€ 318.000 per jaar: dat is € 2 miljoen de komende vijf jaar. Volgens spreker is er niet zoveel schade. Het bedrijf van spreker zelf, dat bestaat sinds 1988, heeft nimmer schade gehad.
Enkele opties van spreker:
- aangezien de betrokken partijen claimen dat er genoeg draagvlak is, kan het plan doorgaan, maar niet in de vorm van reclamebelasting. Als elke ondernemer voor het plan is, kan het gewoon geregeld worden door de ondernemers zelf;
- de kosten worden verdeeld naar risicoklassen;
- helemaal geen veiligheidsplan en geen reclamebelasting;
- de € 381.000 per jaar kan ergens anders ingezet worden, waar iedereen voordeel van heeft.
De heer KLEIN VELDERMAN vraagt waarom de heer Haase niet bij de eerste behandeling van het voorstel aanwezig was. Verder vraagt hij of hij meer ondernemers kent, die er precies zo over denken als de heer Haase en zo ja, hoeveel ondernemers dat zijn. Voorts vraagt spreker wat de persoonlijke voorkeur van de heer Haase is en hoe de werkgeversverenigingen dat kunnen aanpakken.
De heer HAASE zegt dat hij in elk geval twee ondernemers kent die er net zo over denken. Hij heeft geen grote actie op touw gezet en vindt ook dat dat niet zijn taak is. Spreker is voor een veilig Rijssen. Een indeling naar risicoklassen lijkt hem een gangbare weg.
Er is al gezegd dat men de reclame van een pand kan verwijderen. Op veel panden staat echter geen reclame. De begroting moet daarom nog een keer goed nagekeken worden.
Het verwijt dat spreker niet bij een eerdere behandeling van het voorstel geweest, heeft hij vaker gehoord. In de eerste brieven werd de suggestie gewekt dat het maximaal € 2600 kost en dat men er zelfs geld aan overhoudt. Na goed onderzoek komt er echter een heel ander plaatje naar voren en gaat het om een WOZ-verdubbelaar.
De heer KAHRAMAN zegt dat de heer Haase lid is van de KWR en vraagt hem, omdat hij toch voldoende geïnformeerd zal zijn, of hij geschrokken is van het bedrag van meer dan € 300.000 als jaarlijkse kostenpost.
De heer HAASE zegt dat hij niet begrijpt dat de raad voor zo’n plan, hoe of hoe slecht het ook is, belasting gaat heffen. Persoonlijk schrikt hij niet van een bedrag van € 381.000, omdat camera’s en de technologie daaromtrent nu eenmaal veel geld kosten. Het gaat hier overigens om 6,5 fte en het is een serieus plan.
De VOORZITTER zegt dat na overleg met de voorzitter van de hierna volgende commissie MDV, is besloten te vergaderen tot 21.00 uur.
Eerste termijn
De heer KLEIN VELDERMAN zegt dat na de hallelujastemming van de eerste commissievergadering, de commissie nu op een heel ander spoor zit. Hij vraagt de wethouder opnieuw in gesprek te gaan met de werkgeversverenigingen en te zorgen voor voldoende draagvlak. Vervolgens kan een plan voorgelegd worden, waarbij de gemeente misschien wat extra financiële hulp kan bieden, maar het moet niet gaan om het heffen van een reclamebelasting.
De heer KAHRAMAN zegt dat het CDA zich schaart achter het doel, omdat zij voor een veilig industrieterrein is en de voordelen ziet van cameratoezicht. De vraag is of reclamebelasting het juiste middel is om dit toe te passen.
Zoals spreker eerder heeft aangegeven, had het CDA liever gezien dat dit plan onderling door de ondernemers geregeld was.
De heer DE KOE zegt dat de argumentatie van VVD Lokaal in de eerste twee vergaderingen luidde dat er ruim voldoende draagvlak moest zijn bij de ondernemers. Dat punt blijft staan. Daarnaast verdient de wijze waarop het plan wordt gefinancierd, niet de schoonheidsprijs. VVD Lokaal had graag gezien dat de ondernemers zelf een plan hadden bedacht en het zelf gefinancierd hadden via bijvoorbeeld een parkmanagementconstructie.
Spreker vraagt hoe de portefeuillehouder in de vorige commissievergadering tot de conclusie is gekomen, dat er een breed draagvlak was en dat er nauwelijks een weerwoord werd gehoord. Vanavond komt spreker tot de conclusie dat er een fors aantal tegenstanders is.
De heer MULLER vraagt bij interruptie of de heer De Koe de aantallen heeft gezien, die naar aanleiding van de vraag van Gemeentebelang zijn doorgestuurd naar alle partijen, over het aantal stemmers, leden en ondernemers.
De heer DE KOE zegt dat hij een vraag heeft gesteld aan de portefeuillehouder.
De heer BERKHOFF zegt dat door de insprekers vanavond veel informatie boven tafel lis gekomen. De ChristenUnie staat in principe positief tegenover het plan. Spreker wil het echter in zijn fractie nog opnieuw bespreken.
De heer MEIJERINK zegt dat de PvdA in principe niet tegen het fenomeen reclamebelasting is. Een soortgelijke vorm van belastingheffing is er ook voor de binnenstad. Het voorliggende voorstel is opgesteld om de ondernemers te helpen. Als een flinke groep ondernemers daar geen prijs op stelt, dan is het verstandig dat het college het plan terugneemt, dat de ondernemers eerst tot een breed draagvlak komen, waarna de raad er te zijner tijd opnieuw over kan spreken.
De heer MULLER zegt dat Gemeentebelang het voorstel voor het treffen van veiligheidsmaatregelen op zichzelf een goed initiatief vindt, maar dat zij geen steun geeft aan een plan zonder draagvlak. Spreker roept de ondernemers op met een voorstel inclusief draagvlak te komen.
De heer BOSMA zegt dat de SGP vanaf het begin niet gelukkig was met het middel van een generieke belastingmaatregel. Hij vraagt hoe groot de schade van inbraken en dergelijke op jaarbasis is. Het antwoord van de wethouder zou de SGP wellicht nog over de streep kunnen trekken.
Wellicht kan ook nog kritisch gekeken worden naar de communicatie.
Verder is de vraag of het plan inderdaad minder verzekeringspremies oplevert.
Na de woorden van de insprekers zijn meerdere zaken vager geworden voor de SGP. Het plan is op dit moment te prematuur. De SGP wil hierover eerst binnen haar eigen fractie verder beraadslagen.
Wethouder TIJHOF zegt dat in de vorige vergadering is gevraagd waarop het college baseerde dat er voldoende draagvlak was en hoeveel tegenstand er was. Spreker heeft daarop geantwoord, dat hij op dat moment – de week van de Habito, waarin hij veel ondernemers heeft gesproken ‑ geen ondernemers had gehoord die tegen waren. Na de raadsvergadering is dat veranderd en er zijn gesprekken geweest met ondernemers die moeite hadden met de plannen en die aangaven, om diverse redenen, niet op de hoogte te zijn van de plannen.
De gemeente heeft contact met de bedrijven door middel van de bedrijfsverenigingen. Er is een werkgroep bedrijventerreinen, waar de gemeente aan tafel zit met een vertegenwoordiging van de bedrijven vanuit de KWR en Bij de Tijd. Vanuit die werkgroep is de vraag om camerabeveiliging aan de gemeente voorgelegd. Dat neemt niet weg dat de gemeente ook openstaat voor contacten met individuele bedrijven en hun signalen graag meeneemt in gesprekken met de stichting die bezig is met het opzetten van cameratoezicht. Gehoord hebbende de discussie van vanavond is het begrijpelijk dat meerdere fracties het voorstel nog een keer intern willen bespreken.
Er zijn meer dan 400 bedrijven op het bedrijventerrein. Er zijn veel bedrijven voor het plan en er zullen ook bedrijven tegen het plan zijn. Het is de vraag of het opzetten van een handtekeningenactie met voorstanders, meehelpt aan het realiseren van het plan.
De schade op jaarbasis weet spreker niet. Hij wijst in dit verband op een grote brand op het industrieterrein.
De heer KLEIN VELDERMAN interrumpeert de wethouder en zegt dat het gaat om criminaliteit. Een branddetectie kan daarbij een ‘bijvangst’ zijn. Een grote brand wordt met dit plan niet voorkomen.
Wethouder TIJHOF zegt dat het camerasysteem er ook op is gericht bijzondere situaties te detecteren, zodat er snel ingegrepen kan worden. Als een brand zoals er op het bedrijventerrein is geweest, kan worden voorkomen, al is het maar voor de helft, dan is het schadebedrag al gedekt.
Tweede termijn:
De VOORZITTER concludeert dat diverse fracties het voorstel opnieuw intern willen bespreken, waardoor het een bespreekstuk voor de raadsvergadering wordt. Hij vraagt of de discussie op dit moment beëindigd kan worden.
Aldus wordt besloten.
10 Rondvraag
De heer WESSELS verwijst naar informatief stuk a, het concernplan, waaraan een overzicht van moties is toegevoegd. In de raad van 24 juni is gesproken over het alcoholpreventiebeleid. Daarop is nog geen actie genomen. Het CDA is benieuwd naar de stand van zaken.
Wethouder BEENS zegt toe hierover te komen met een memo. Memo alcoholpreventiebeleid
De heer NOORDAM zegt dat door een uitspraak van de Hoge Raad de OZB-inkomsten bij vakantieparkhuizen dalen met 75%. De VNG heeft inmiddels de gemeenten gewaarschuwd. Dat is een tegenslag voor gemeenten waar recreatieparken zijn gevestigd. VVD Lokaal wil graag weten wat de gevolgen zijn voor Rijssen-Holten. Nederlandse gemeenten heffen sinds 2006 een belasting die volgens de uitspraak van de Hoge Raad te hoog is.
Wethouder BEENS zegt toe hierover te komen met een memo.
Beantwoording wethouder Beens inzake vraag over daling OZB-inkomsten vakantieparken
11 Actiepuntenlijst
De VOORZITTER concludeert dat de volgende punten blijven staan:
- Actiepunt 16-10: Nadelig bedrag van € 394.000 op het punt van de uitkeringen, vermeld op bladzijde 5 van de Bestuursrapportage voorjaar 2016.
- Actiepunt 16-03: Deelname aan Euregio, discussiestuk agenderen.
- Actiepunt 15-06, Brief college 7-10-2015 over schadeclaim.
- Actiepunt 14-06, Evaluatie beleid Uitvoering Drank- en horecawet.
12 Sluiting
De VOORZITTER sluit de vergadering om 20.55 uur.
Aldus vastgesteld in de vergadering van de Commissie ABZM van Rijssen-Holten op 6 december 2016.